Direct naar artikelinhoud

Nieuw onderzoek naar moord op Lumumba

Het federaal parket zal een strafrechtelijk onderzoek voeren naar de Belgische betrokkenheid bij de moord op voormalig Congolees premier Patrice Lumumba. Ludo De Witte, auteur van 'De Moord op Lumumba', reageert opgetogen. 'Dit kan tot nieuwe onthullingen leiden.'

Lumumba werd op 17 januari 1961 geëxecuteerd door Katangese separatisten. Hij kwam door betrokkenheid van Belgische onderdanen in hun klauwen terecht. Een Belgische parlementaire onderzoekscommissie besloot in 2002 na twee jaar onderzoek dat sommige Belgische regeringsleden en derden "moreel verantwoordelijk" waren. Nu volgt er dus alsnog een strafrechtelijk onderzoek.

Het dossier wordt geopend na een klacht van Lumumba's zonen, die zich burgerlijke partij stelden tegen een twaalftal mogelijke Belgische betrokkenen, waaronder politiemensen, politici en ambtenaren. Daarvan zouden er nog een achttal in leven zijn.

De namen van de mogelijke betrokkenen werden nog niet openbaar gemaakt, maar het zou onder meer gaan om Jacques Brassinne (in 1961 Belgisch diplomaat), burggraaf Etienne Davignon (toen jong diplomaat) en Charles Huyghé (toenmalige kabinetschef van de Katangese Defensieminister).

"De Kamer van Inbeschuldigingstelling is van oordeel dat Congo in 1961 in een gewapend conflict verwikkeld was en dat de moord dus mogelijk een oorlogsmisdaad was. Zo'n misdrijf verjaart niet en mogen we onderzoeken," zegt magistraat Eric Vandersypt van het federaal parket. Er werd al een onderzoeksrechter aangeduid maar het is nog onduidelijk over hoeveel mensen en middelen hij zal beschikken. In theorie wordt ook een rogatoire commissie naar Congo mogelijk. "Onderzoek moet uitwijzen of dat nodig is", zegt Vandersypt.

De familie van Lumumba en hun advocaat wensten gisteren nog niet te reageren omdat ze pas vandaag het arrest van de K.I. in detail kunnen lezen. Maar Ludo De Witte, auteur van De Moord op Lumumba, is alvast enthousiast. "Er leven nog heel wat mensen die inlichtingen hebben over de zaak. Sommige mogelijke Belgische betrokkenen zijn hierover nog nooit ondervraagd. Dit kan zeker tot nieuwe onthullingen leiden."

Andere betrokkenen werden wel al ondervraagd door de parlementaire onderzoekscommissie die na De Wittes boek uit 1999 werd opgericht, "maar dat gebeurde dikwijls achter gesloten deuren", zegt De Witte. "Oorspronkelijke sleutelfiguren die nog leven kunnen nu ook door justitie worden ondervraagd. Voor overleden getuigen kunnen de geheime verhoren van de commissie worden opgevraagd."

Volgens De Witte is het "cruciaal" dat het besloten archief van de Lumumba-commissie wordt opengesteld voor het onderzoek. "De besluiten van de commissie waren een Salomonsoordeel, maar hun onderzoekswerk was waardevol. Dat archief ligt nog steeds achter slot en grendel in de kelder van de Kamer", zegt hij.

"Het federaal parket zou veel moeten kunnen putten uit deze authentieke documenten en opnames. Er liggen onder meer ook originele interviews van ooggetuigen die bij de moord aanwezig waren."