Direct naar artikelinhoud

Syrisch leger schiet zeker twintig betogers dood

Tijdens protesten in Syrië zijn zeker twintig doden gevallen nadat veiligheidstroepen het vuur openden op betogers. In minstens vijf steden kwamen na het vrijdaggebed duizenden burgers op straat tegen het bewind van president Assad. De protesten vormen de grootste uitdaging voor Assads Baath Partij, die al 48 jaar over Syrië heerst.

Dag van de Waardigheid, zo hadden de betogers het protest dat na het vrijdaggebed begon, vooraf genoemd. In de zuidelijke stad Daraa, waar eerder deze week tientallen slachtoffers vielen tijdens protesten, wilden de inwoners een aantal van die doden een waardige begrafenis gunnen. Duizenden verzamelden zich in de stad op het centrale Assad Plein, waar ze met de Syrische vlag en olijftakken zwaaiden en om meer vrijheid in het land riepen. Ze riepen ook slogans tegen Maher al-Assad, de jongere broer van de president, die het hoofd is van de Republikeinse Garde van het Syrische leger.

Toen inwoners van het vlakbijgelegen Sananeim naar Daraa wilden trekken om daar mee te betogen, versperden militairen hen de weg en openden het vuur. Daarbij vielen volgens ooggetuigen zeker twintig doden, al kon dat niet worden bevestigd door onafhankelijke bronnen. Ook in Daraa openden troepen het vuur nadat betogers een standbeeld van de voormalige president Hafiz Al-Assad, vader van de huidige president, in brand hadden gestoken. Er zouden gewonden zijn, mogelijk ook een dode. Ook hier was bevestiging van het nieuws niet mogelijk; veiligheidstroepen hielden journalisten tegen die binnen probeerden te geraken in het oude stadscentrum van Daraa, waar de protesten aan de gang waren.

Het protest beperkte zich niet tot Daraa en omgeving; in heel Syrië kwamen inwoners op straat. In een buitenwijk van Damascus vielen drie doden toen betogers stootten op een optocht van pro-Assadaanhangers. In Latakia, waar duizend mensen betoogden, viel een dode nadat veiligheidstroepen het vuur openden en ook in de stad Homs kwam een manifestant om het leven door geweervuur.

Het ministerie van Informatie verklaarde dat de veiligheidstroepen het bevel hadden gekregen in geen geval te schieten, maar dat ze uiteindelijk niet anders konden omdat sommige betogers gewapend waren en in de richting van de militairen vuurden. Maar betogers ontkenden dat. “Ze schoten met echte kogels. Ik was er zelf bij en ik zag niets anders dan jonge betogers die deelnamen aan een vreedzame betoging”, zei een manifestant aan Al Jazeera. “Ze eisten vrijheid, transparantie en een einde aan de corruptie.”

De protesten vormen de grootste uitdaging voor president Basar al-Assad sinds hij in 2000 zijn vader opvolgde en een repressief regime voerde met de hulp van een uitgebreid veiligheidsapparaat en een militair apparaat dat geïntegreerd is in het regime. Van een onafhankelijk leger, dat in Tunesië en Egypte uiteindelijk de kant van de betogers koos, is in Syrië dan ook geen sprake.

Het klimaat van angst dat die veiligheids- en inlichtingendiensten in het land installeerden, zorgde ervoor dat het in Syrië, waar het sinds de revoluties in andere Arabische landen al wekenlang broeit, nog maar sinds afgelopen week tot echte protesten kwam. Donderdagavond, nadat de bloedige onderdrukking van protesten in Daraa, ging Assad toch over tot concessies en beloofde hij hervormingen. De regering kondigde aan dat het einde van de noodwet, die geldt sinds de Baath Partij in 1963 aan de macht kwam, mogelijk zou worden bestudeerd. Ook zouden mogelijk politieke partijen worden gelegaliseerd. Maar dat vonden betogers niet voldoende, zo bleek uit de protesten na het vrijdaggebed.

Hervormingen of repressie

Een definiërend moment voor het Syrische leiderschap, zo omschreef de International Crisis Group de huidige protesten in het land. “Er zijn nu maar twee opties mogelijk”, schrijft de gezaghebbende ngo in een ‘Conflict Risk Alert’. “Ofwel komt er een onmiddellijke en onvermijdelijk riskante politieke daad die de Syrische bevolking kan overtuigen dat het regime bereid is om verregaande hervormingen door te voeren. Ofwel wordt de repressie opgevoerd, wat de kans vergroot dat dit leidt tot een bloedig en smadelijk einde.”

De Verenigde Staten roepen de Syrische regering intussen op om het geweld tegen betogers en de arrestatie van mensenrechtenactivisten te stoppen. “We veroordelen de pogingen van de Syrische regering om manifestanten te onderdrukken en te intimideren”, zei Jay Carney, woordvoerder van het Witte Huis.