Direct naar artikelinhoud

'Het echte gezicht van de terreur'

De politiefoto's van Dzhokhar Tsarnaev, die in april een aanslag pleegde tijdens de marathon van Boston, zijn een kritiek op het magazine Rolling Stone, dat deze week een bijna engelachtige Tsarnaev op de cover zette.

De titel van het blad doet het natuurlijk al vermoeden. Het legendarische Amerikaanse tijdschrift Rolling Stone schrijft voornamelijk over populaire cultuur. En dus brengt Rolling Stone meestal vooral popsterren op de cover.

Meestal, maar deze week niet. Want de jongeman die zo vol lieftallig in de lens kijkt mag dan wel een zeer Jim Morrison-achtig je ne sais quoi uitstralen, in werkelijkheid gaat het om Dzhokhar Tsarnaev, bijna twintig jaar, en beter bekend als de Boston Bomber.

In een uitgebreid portret vertelt een Rolling Stone-journaliste hoe "het monster" Dzhokhar ooit als schattige zevenjarige met zijn ouders vanuit Kirgizië naar Amerika was gekomen om er een betere toekomst te gaan zoeken.

Rolling Stone achterhaalde dat de jeugd van de kleine Dzhokhar zorgeloos was, tot er problemen rezen aan het thuisfront. Vader werd ziek, moeder zocht heil in de islam, in het hoofd van zijn broer waren plots stemmen te horen.

Dzhokhar probeerde aan de ellende te ontsnappen door te gaan studeren, maar bakte er als student niets van. In die periode begon de jongeman te lezen over de Tsjetsjeense onafhankelijkheidsstrijd. Net als zijn broer radicaliseerde hij, maar niemand die er een echt gevaar in zag.

Op 15 april pleegden de twee broers een aanslag met zelfgemaakte 'snelkookpanbommen'. Er vielen drie doden en honderden gewonden.

Boston was in shock en trilt vandaag nog altijd stevig na, getuige de niet aflatende stroom reacties op de Rolling Stone-cover.

Boycot

Een van de eersten om op de bewuste cover te reageren was Thomas Menino, de burgemeester van Boston. In een brief aan Jann Wenner, de uitgever en medeoprichter van Rolling Stone, schreef hij dat het magzine een 'celebritybehandeling' had gegeven aan een terrorist. "Het is, zacht uitgedrukt, een ondoordachte keuze", zo schreef de burgemeester, "en het herbevestigt ook de vreselijke boodschap dat vernietiging roem kan schenken aan moordenaars."

Vervolgens leek half Boston zich achter het standpunt van de burgemeester te scharen. Een facebookgroep die pleit voor een boycot van Rolling Stone kreeg in geen tijd meer dan honderdduizend duimpjes omhoog. De oproep tot boycot kreeg ook bijna onmiddellijk navolging in de praktijk. Zo lieten de lokale warenhuisketen CVS en Tedeschi Food Shops donderdag weten dat de nieuwe Rolling Stone niet in hun winkels te krijgen zou zijn.

Niet minder fel, en voor Rolling Stone misschien nog pijnlijker, waren de openlijke afwijzingen van grote Amerikaanse rock- en popsterren, toch de core business van het blad. De band Dropkick Murphys liet weten dat het blad beter een moedig slachtoffer dan "een stuk uitschot" op de cover had gezet. Kelly Osbourne voegde daaraan toe dat de Boston Bomber bij haar weten "een moordenaar en geen band" is. En dan was er nog Pink, een ster die zelf meer dan één keer op de cover van het blad heeft gestaan, maar via een tweet te kennen gaf dat ze het een "domme keuze" vond. En dat ze "zeer ontgoocheld" is in het blad.

Rode stip

De stroom van kritiek lijkt ondertussen niet te stoppen. Zo plaatste Boston Magazine gisteren op zijn website een reeks foto's van politiefotograaf Sean Murphy. De meest opvallende foto is die van een zwaar bloedende jonge terrorist, vlak voor diens arrestatie. De rode stip op zijn voorhoofd vertelt dat de politie maar een trekker hoefde over te halen of Dzhokhar Tsarnaev was er niet meer geweest.

"Het echte gezicht van de terreur", noemt Boston Magazine het beeld. Het magazine laat de politiefotograaf uitgebreid aan het woord. Sean Murphy zegt dat Rolling Stone veel meer doet dan alleen maar het gezicht van de terreur verheerlijken. De cover is volgens Murphy ook "een belediging van de slachtoffers en hun familie" en een "mogelijke aanmoediging voor labiele mensen die eens graag met hun gezicht op de cover van Rolling Stone willen staan."

Of Murphy vandaag nog blij is met zijn mediaoptreden, is maar de vraag. Nauwelijks een paar uur nadat zijn foto's op de site van het Boston Magazine waren verschenen, kreeg Murphy van zijn oversten te horen dat hij voorlopig niet meer op de werkvloer wordt verwacht.

Charles Manson

Een reactie van Rolling Stone op de hele controverse kon natuurlijk niet uitblijven. Het blad zette het hele verhaal intussen op de website om aan te tonen dat de terrorist in het artikel absoluut niet verheerlijkt wordt.

In een bijbehorend statement verdedigt de redactie het verhaal als "passend in de traditie" van Rolling Stone. "Het feit dat Dzhokhar Tsarnaev jong is en behoort tot de leeftijdsgroep van veel van onze lezers, maakt het bovendien nog belangrijker voor ons om (...) te begrijpen hoe een tragedie als deze kan gebeuren."

Bij nogal wat oudere, wat minder gevoelige Amerikanen zorgt de hele controverse ondertussen ongetwijfeld voor wenkbrauwgefrons. Op de cover van de Rolling Stone hebben ooit nog wel grotere schurken gestaan dan Dzhokhar Tsarnaev. Bijvoorbeeld in juni 1970 Charles Manson, een gevaarlijke gek die een tiental mensen over de kling hielp jagen. In plaats van met een grote controverse werd Rolling Stone daar toen voor bedankt met een prestigieuze persprijs.