Direct naar artikelinhoud

Uw spaargeld is slechter verzekerd dan u denkt

De Europese regels die uw spaargeld moeten vrijwaren bij een faillissement van uw bank blijken een flauw doorslagje van wat er in de nasleep van de financiele crisis beloofd werd.

Weggemoffeld op de agenda van de raad van Europese ministers van financiën in Luxemburg staat een agendapuntje over hoe de overheid uw en mijn spaargeld moet beschermen bij een faillissement van uw bank. De EU zet er een belofte uit de nadagen van de financiële crisis. Toen werd beslist om de inlagen op alle spaarboekjes in de Unie te garanderen tot een bedrag van 100.000 euro. De Europese Commissie ontvouwde meteen een ambitieus plan om dat te laten gebeuren: er moest een Europees garantiesysteem komen, met lidstaten die bijsprongen om spaarders te vergoeden als de banken van de buren in financiële moeilijkheden zouden komen. En er zou een Europees potje aangelegd worden om ervoor te zorgen dat de garantie voor spaarders geen dode letter bleef. Volgens het plan moest elke lidstaat ten laatste over tien jaar 1,5 procent van zijn spaarinlagen opzij hebben staan.

De ambitieuze plannen (die trouwens in lijn liggen met de regeling die in België geldt) werden echter al snel afgeschoten door de lidstaten. Bovendien ontstond er een stevige discussie over de omvang van het spaarpotje dat afgelegd moest worden. Een aantal lidstaten drong erop aan om de drempel van 1,5 naar 1 procent te verlagen, of zelfs om hem gewoon af te schaffen. Daardoor krijgen de Europese ministers van financien maandag een fel verwaterd plan onder de neus. Het potje moet pas tegen 2026 in werking zijn, en het zal amper 0,5 procent van de spaartegoeden dekken. Het wordt bovendien puur nationaal georganiseerd: de solidariteit onder Europese spaarders is helemaal van de tafel verdwenen.