Direct naar artikelinhoud

Van Rompuy: 'Lidstaten verplichten om pensioenleeftijd te verhogen'

Europees president Herman Van Rompuy wil dat alle Europeanen langer werken. Dat moet helpen om de overheidstekorten van de lidstaten weg te werken. Opmerkelijk: Van Rompuy wil het systeem verplichten.

In een interview met de Duitse krant Welt am Sonntag lost Herman Van Rompuy een stevig schot voor de boeg. Eind deze week is er andermaal een Europese top gepland, en daar wil de Europese president een masterplan voor Europa. Zelf spreekt Van Rompuy liever over bouwstenen, om geen al te grote verwachtingen te creëren die naderhand toch niet ingelost worden.

Tegelijk voert hij de druk op door een voorstel van de Europese Commissie dwingend te maken. Zo wil Van Rompuy een koppeling van de pensioenleeftijd aan de stijgende levensverwachting verplichten. "We kunnen aanbevelingen doen aan de Unie als geheel, bijvoorbeeld door te wijzen op de relatie tussen de leeftijd waarop men op pensioen gaat en de levensverwachting", aldus de Europese president. "We kunnen alle 27 lidstaten engageren om hun pensioensysteem binnen een bepaalde tijd te hervormen met een duidelijk doel. Beter is om dat op een verplichte manier te doen."

Onhoudbaar

Voor ons land heeft dat allicht tot gevolg dat we de wettelijke pensioenleeftijd van 65 zullen moeten loslaten. Een effectieve Europese pensioenleeftijd zet van Rompuy niet voorop in het interview, maar het staat vast dat de huidige gemiddelde leeftijd van 60 waarop mensen stoppen met werken omhoog moet. In ons land ligt de gemiddelde pensioenleeftijd op amper 58 jaar. De regering-Di Rupo trok de minimumleeftijd voor een vervroegd pensioen op van 60 naar 62 jaar en het brugpensioen werd strenger. Maar de Europese Commissie toonde zich niet echt onder de indruk. Een effectieve pensioenleeftijd van 65 jaar lijkt dus het minimum in Europa.

Van Rompuy zegt dat hij over de Europese pensioenplannen al iets op tafel wil leggen op de eerstkomende Europese top van 28 en 29 juni in Brussel. "De volgende maanden kan er dan verder over onderhandeld worden", meent Van Rompuy.

Dat lijkt alvast geen overdreven luxe, want de huidige pensioensystemen binnen de Europese Unie waaieren alle richtingen uit. Tegelijk staan de pensioenstelsels door de vergrijzing en de economische crisis onder toenemende druk. Op dit ogenblik staan er in Europa vier actieven tegenover één 65-plusser. Tegen 2060 zullen dat er nog maar twee zijn. Een onhoudbaar financieel systeem dus. Intussen heeft de economische crisis de druk op de pensioenstelsels nog vergroot, ten koste van de overheidsfinanciën en de reserves van vele particuliere pensioenfondsen.

Pijlers

Toch lijkt het pensioenplan van Van Rompuy een moeilijke bevalling te gaan worden. Zo is de pensioenleeftijd in de verschillende lidstaten allesbehalve uniform. Ook de bestaande systemen zijn onderling erg verschillend. Het pensioenstelsel met verschillende pijlers is niet overal even sterk uitgebouwd, om nog maar van de fiscale systemen te zwijgen die aan die pensioensystemen zijn gekoppeld. Vooral zuiderse Europese landen, zoals Spanje, Griekenland en Italië, hebben een dominante eerste pijler, maar die wankelt door de economische crisis. De officiële pensioenleeftijd bedraagt er ook gemiddeld 65 jaar voor mannen, en 60 voor vrouwen.

Meer uniformiteit in dat systeem vergt belangrijke wetswijzigingen in de individuele lidstaten. Tegelijk is het draagvlak voor een leeftijdsverhoging erg klein. Amper één op de drie Europeanen aanvaardt het gegeven dat de officiële pensioenleeftijd verhoogd moet worden tegen 2030, hoewel de meeste lidstaten dat al politiek beslisten, bleek uit Europees onderzoek.