Direct naar artikelinhoud

'Dit gebouw kan Bergen op de wereldkaart zetten. Echt'

Daniel Libeskind (68), Amerikaans architect en brein achter Ground Zero, is anderhalve dag in België om over zijn eerste Belgische project te praten: het congresgebouw dat Bergen binnen anderhalve maand echt de allure van 'Culturele hoofdstad van Europa' moet geven.

Hij is de man achter het masterplan van Ground Zero, de herdenkingsplek voor 9/11 in New York, de architect van het Joods Museum in Berlijn, het Militair Historisch Museum in Dresden en monumenten met de namen van slachtoffers van de Holocaust. Geen wonder dus dat Daniel Libeskind, geboren in een Pools-joods gezin, ook wel de herdenkingsarchitect, of architect of healing wordt genoemd.

Al is zijn eerste grote Belgische project, het congrescentrum in Bergen, helemaal op de toekomst gericht, en niet op het verleden. Het gebouw moet binnen anderhalve maand eindelijk klaar zijn, net op tijd voor de start van Bergen, culturele hoofdstad van Europa in 2015. De constructie met panoramisch groendak en evenementenruimte van 400 vierkante meter komt vlak naast het nieuwe treinstation van Santiago Calatrava en moet de Henegouwse hoofdstad op de wereldkaart zetten. Libeskind omschreef zijn ontwerp zelf dan ook als een langzaam ontluikende bloemknop van steen, glas en hout, die de bloei van de stad Bergen symboliseert.

"Een gebouw moet hoop voor de toekomst uitstralen, iets zeggen over de ambities van de mensen", zegt Libeskind, die anderhalve dag in België is voor een conferentie voor het bouwcontrolebedrijf Seco in Brussel en een blitzbezoek aan het congrescentrum in Bergen. "Het gebouw kost 21 miljoen euro. Niet heel veel voor zo'n project", vertelt Nina, zijn vrouw en partner bij Studio Libeskind, die hem zoals steeds trouw vergezelt.

Waarom wilde u zo graag een gebouw in Bergen ontwerpen?

Daniel Libeskind: "Ik hou ervan om bepaalde risico's te nemen. In China heb ik een gebouw ontworpen voor Wuhan, dat door sommigen als een minder belangrijke stad wordt beschouwd, maar daar ben ik het dus niet mee eens. Vaak zijn de meest bescheiden projecten de interessantste. Hier vind ik vooral de dynamiek in Bergen erg interessant. Het is een stad in opkomst. Architectuur kan veel betekenen voor een plek. Het kan een stad helemaal veranderen en op de wereldkaart zetten. Ook Bergen, ja."

Gelooft u dat echt?

"Kijk naar Bilbao (waar eind jaren negentig het Guggenheim Museum werd gebouwd, kvdp): van vrij onbekende stad naar culturele hotspot. En in het district rond Ground Zero zijn al 70.000 mensen komen wonen sinds het begin van het project. Architectuur kan niet alleen de lokale economie, maar ook mensenlevens verbeteren. Als je op een verstandige manier ontwerpt en bouwt. Ik wil geen grote ecologische voetafdruk nalaten. Duurzaamheid is belangrijk. Mensen hebben bomen nodig. Verder wil ik gewoon memorabele gebouwen ontwerpen. Uiteindelijk creëer je plekken voor mensen, op het kruispunt tussen kunst en het dagelijkse leven. Een gebouw mag geen abstracte, lege doos zijn. Het moet tot de mensen spreken. Een verhaal vertellen."

Welk verhaal moet het congresgebouw in Bergen dan vertellen?

"Er is een fascinerende en goede mix tussen nieuwe ideeën en traditie. Daar wilde ik dan ook mee spelen. Verder moet het altijd een dialoog aangaan met de omgeving. Niet elk gebouw in een omgeving moet hetzelfde zijn, die verschillen kunnen mooi zijn. Ik probeerde dan ook een relatie voor de geest te halen met het nieuwe station dat er komt. Ik probeer ook altijd iets unieks te leveren: het te oriënteren op de nabijgelegen rivier, met hout en daglicht te spelen. Want ik ben in mijn leven al in veel congresgebouwen geweest en dat was vaak geen aangename ervaring."

Hoeveel impact heeft de economische crisis op architectuur en u als architect?

"Ik geloof niet in veel geld in een gebouw steken, het sociale element is voor mij belangrijk. Bovendien: het heeft geen zin om een 'duur' groots gebouw te tekenen dat nooit gebouwd kan en zal worden. Maar crisis is geen excuus om karakterloze gebouwen neer te zetten. Zoiets maakt de mensen alleen maar depressiever.

"Het biedt ook kansen: tijdens de Amerikaanse Great Depression werden heel interessante gebouwen ontworpen en gebouwd. Zoals ik al zei: een gebouw moet hoop uitstralen. Stephen Hawking, nochtans de Einstein van onze tijd, zegt dat de wereld geen toekomst heeft en we best met raketten kunnen uitzwerven naar andere planeten. Wel, daar ben ik het dus niet mee eens."

Op de vraag 'op welk ontwerp hij het trotst is', moet hij het antwoord schuldig blijven. Zijn gebouwen zijn zijn kindjes en daar kies je niet tussen. Elke opdracht pakt hij op dezelfde manier aan: hij gaat ter plekke, praat met de mensen die in de buurt wonen en werken, en gaat op zoek naar de lokale geschiedenis. Noem hem vooral geen 'sterarchitect'. Libeskind gruwt van het woord. Zelfkritiek is zijn grootste motor. Met 3D-printing werkt hij (nog) niet. "Niet dat ik sentimenteel ben, maar het voelt gewoon anders om iets te tekenen of uit hout te snijden dan gewoon op een knop te drukken."

Hij was al 42 toen hij aan zijn eerste echte bouwopdracht werkte: het Joodse Museum in Berlijn. Toen had hij al een leven achter de rug als muzikant. "Ik speelde accordeon en verdiende toen volgens mij meer dan nu. (lacht) Ik heb het optreden opgegeven, maar zie veel overeenkomsten tussen muziek en architectuur. Het voelt nog steeds alsof ik aan een muziekstuk werk dat ik moet interpreteren, dat op zichzelf moet kunnen ademen en een echo moet krijgen in het hart van de mensen. Dit is niet zomaar een job. Ik denk niet dat ik ooit een gemakkelijke opdracht heb gehad, of het nu een herdenkingsplek is of een privéwoning in Connecticut."

Zijn er plaatsen waar of klanten voor wie u nooit zou ontwerpen om ethische redenen?

Daniel Libeskind: "Het gaat erom de juiste klant en het juiste project te vinden. En om transparant te werken."

Nina Libeskind: "Hij heeft lang niet in China willen werken. Dat we het uiteindelijk toch hebben gedaan was omdat het om een privaat museum ging met een privaat aangestelde curator, los van de regering. En omdat we garanties voor de veiligheid van de werkers hebben gekregen. Natuurlijk zijn er massa's plekken in de wereld waar je na het werk gewoon in een Lamborghini kunt stappen, maar dat interesseert ons niet. Wij hebben zelfs geen auto."

Daniel Libeskind: "Democratie is heel belangrijk. Participatie is de sleutel. De mensen moeten deel uitmaken van het proces. Het goede nieuws is dat ik de luxe heb om projecten te kiezen. Ik hoef de wereld niet te bouwen."