Direct naar artikelinhoud

Japanse premier dumpt kernenergie

De Japanse premier Natao Kan wil dat zijn land niet meer afhankelijk is van kernenergie. Centrales moeten dicht want 'ongevallen zijn niet te voorkomen.' Kan, die zwaar onder vuur ligt, voldoet daarmee aan de wens van 80 procent van de Japanners. Het betekent een totale ommezwaai van Japans energiepolitiek.

Japan zou meer gaan inzetten op hernieuwbare energiebronnen. Dat was de boodschap die premier Kan meegaf niet lang na de ramp met de kerncentrale in Fukushima. In een live op tv uitgezonden speech kondigt hij nu echter aan dat het gedaan moet zijn met kernenergie in Japan.

"Ik ben ervan overtuigd geraakt dat onze maatschappij er een moet worden die perfect kan draaien zonder dat we kernenergie nodig hebben, want ongevallen kunnen we niet vermijden. De ramp met de Fukushima Dai-Ichi-centrale heeft mijn geloof in kernenergie aan het wankelen gebracht en de massale evacuaties, radioactieve lekken en het besef dat het herstel decennia kan duren, hebben me doen beseffen dat Japan steeds minder afhankelijk moet worden van kernenergie", zegt Kan.

Uit de hoek van milieuorganisaties krijgt de premier meteen applaus voor zijn "historische engagement om kernenergie vaarwel te zeggen".

Daarmee maakt de premier, een voormalige milieuactivist, een bocht van 180 graden. Voor de ramp in Fukushima voorzag zijn regering namelijk een energiebeleid waarin kernenergie een van de sterke pijlers zou zijn. Japan heeft 54 kerncentrales en haalt bijna een derde (26 procent) van zijn stroom uit kernenergie. Bedoeling was dat aandeel tegen 2030 tot 53 procent op te trekken door veertien nieuwe centrales te bouwen.

De enorme catastrofe waarbij op 11 maart een uitzonderlijk zware aardbeving en tsunami het noordoosten troffen en drie van de zes reactoren van Fukushima Dai-Ichi volledig vernield werden, heeft het land, zijn leiders en inwoners echter grondig dooreengeschud. Een nationale opiniepeiling van persagentschap Kyodo vorige maand toont dat 82 procent van de Japanners wil dat alle kerncentrales in het land gefaseerd of zelfs meteen worden gesloten. De angst voor nucleaire straling zit er nog dik in, met zowat dagelijks berichten over te hoge waarden in voeding of gewassen.

Politieke tegenstanders van Kan menen dat de premier vooral naar die sentimenten bij de bevolking luistert om zijn populariteit weer op te krikken. De recentste opiniepeiling geeft aan dat nog maar 16 procent van de Japanners vinden dat hij het goed doet. Het gros verwijt Kan een gebrek aan leiderschap in de nucleaire crisis. Vorige maand overleefde de premier een motie van wantrouwen nipt door te beloven af te treden zodra de crisis meer onder controle is. Wanneer dat zou zijn, is niet duidelijk. In zijn speech op tv liet Kan alvast verstaan dat hij niet van plan is tussentijdse verkiezingen met als inzet de nucleaire kwestie te organiseren.

Hoe dan ook zou een kernstop niet meer binnen Kans politieke termijn gerealiseerd worden. Sommigen wijzen er ook op dat de kans zo groot is dat de premier aftreedt dat zijn aankondiging over een Japanse kernstop te relativeren valt. Maar of een opvolger het kan maken wel opnieuw de kaart van kernenergie te trekken is nog twijfelachtiger. Ook de grote media pleiten voor een kernuitstap gespreid over twintig jaar.

Kan geeft alvast geen concrete details zoals een tijdsschema over de kernuitstap die hij bepleit, behalve dat die gefaseerd moet gebeuren en dat alternatieve energiebronnen zoals wind, zon en biomassa veel meer ingezet moeten worden. Aardgas en warmtekrachtcentrales zouden eveneens een grotere rol moeten spelen in een overgangsfase naar een groen energiebeleid.

Spaarzaamheid

Van de burgers verwacht Kan ondertussen ook spaarzaamheid, vooral dan tijdens de snikhete zomermaanden, wanneer stroompannes worden verwacht. Vijfendertig van de 54 kerncentrales liggen momenteel stil en tegen augustus zullen dat er door de geplande controles vijftig zijn.

"Als de bevolking en de industrie blijven samenwerken en energie sparen raken we de zomer door", zegt Kan. Daarmee gaat hij in tegen een eerder plan van zijn regering om gecontroleerde centrales die na de ramp de deuren sloten zo snel mogelijk opnieuw te doen draaien. Bij industriereuzen en lokale overheden is daarover de afgelopen dagen heibel ontstaan.

Voor grote bedrijven zoals Toshiba, Hitachi, Mitsubishi en nog meer Japanse auto- en technologiefabrikanten die tot nu toe veel (kern)energie opslorpten, sorteert een uitstap zware gevolgen. Nu al moeten autoconstructeurs de productie in de week afzwakken opdat geen grootschalige stroompannes zouden ontstaan.

Net daarom had de minister van Industrie twee centrales die goedgekeurd waren aangespoord zo snel mogelijk opnieuw de deuren te openen. Deze week echter kondigde Kan aan dat alle centrales extra tests moeten ondergaan om uit te maken of ze tegen de zwaarste rampen bestand zijn. De premier biedt nu zijn excuses aan voor die laattijdige ommezwaai.

Een aanzienlijk deel van de zakenwereld is daar allemaal niet mee opgezet. Zo zegt Hiromasa Yonekura, directeur van de Japan Business Federation, dat de premier beter al zijn energie zou stoppen in de heropbouw van de vernielde regio's in het noordoosten. Ook vreest Yonekura een negatieve impact op de economie wanneer Japan kernenergie vaarwel zegt, omdat de alternatieve energiebronnen in het land niet volop zijn ontwikkeld. Politiek analist Minoru Morita wijst er bovendien op dat er geen wetgeving is om kerncentrales te sluiten en dat de bedrijven die ze runnen een centrale rol spelen in de lokale economie en in de heropbouw na de ramp.

De zeer winstgevende bedrijven hebben Kans Democratische Partij ook steeds gesteund. Morita: "Die steun is de premier nu zogoed als zeker kwijt. Omdat kerncentrales bij ons niet genationaliseerd zijn, kan het nog heel wat voeten in de aarde om ze gefaseerd te sluiten."