Direct naar artikelinhoud

Artsen Zonder Grenzen: 'Wij tillen zwaar aan gedrag van Ethiopische troepen'

De Somalische hoofdstad Mogadishu werd gisteren heroverd door de troepen van de overgangsregering, officieel bijgestaan door het leger van Ethiopië. Terwijl de militaire situatie stilaan duidelijk wordt, komt er weinig informatie naar buiten over de toestand van de burgerbevolking. 'We vragen een minimum aan humanitaire ruimte om ons werk te kunnen doen', zegt Antoine Foucher, deskverantwoordelijke voor Somalië van Artsen Zonder Grenzen.

Wat betekent de oorlog voor de activiteiten van AZG? Kunt u nog werken in Somalië?

Antoine Foucher: "We hebben ons internationaal personeel teruggetrokken, het nationale personeel blijft ter plaatse. Het essentiële deel van onze activiteiten gaat dus door, de kwaliteit van onze hulpverleningsprojecten wordt niet bedreigd. Hét probleem is echter de onvoorspelbaarheid van de weg die het conflict opgaat. In 24 uur tijd zijn niet minder dan vijf, zes nieuwe fronten geopend."

Het bleek de voorbije dagen onmogelijk om zicht te krijgen op de humanitaire situatie. Hoeveel slachtoffers zijn er volgens uw informatie gevallen?

"Het leeuwendeel van de doden zijn volgens onze informatie strijders. In twee plaatsen waar wij werken en waar hevig gevochten is, Dinsor en Galgadud, zijn alles samen twee- tot driehonderd gewonden gevallen, wat veel zegt over de bloedigheid van het conflict. Wel is het zo dat de stadscentra tot dusver gespaard gebleven zijn."

Het Ethiopische offensief gaat snel en geeft de indruk dat de Unie van Islamitische Rechtbanken (UIC) zich heeft teruggetrokken. Betekent dat dat jullie spoedig opnieuw het terrein op zullen kunnen?

"Dat is zeer onduidelijk. In Dinsor zijn de Ethiopische troepen ons ziekenhuis binnengevallen en hebben ze het personeel onder druk gezet om de dossiers van de patiënten af te geven. Wij tillen daar zeer zwaar aan en hebben Addis Abeba uitleg gevraagd, maar die is er nog niet gekomen. Ik wil het niet over politiek hebben, maar de Rechtbanken hadden de laatste tijd wel voor een soort stabiele sociale orde gezorgd, waarin het mogelijk was te werken. De oorlog brengt nieuwe vragen: zullen de rivaliserende krijgsheren weer aan zet komen? Of komt er toch een stabiele regering?"

Waar situeert u het huidige conflict in de context van onophoudelijke problemen waar Somalië de jongste twee decennia tegenaan kijkt?

"Het conflict komt boven op een situatie die zo al tragisch is. Zeventig procent van de Somalische bevolking heeft geen toegang tot medische zorg en één op de vier kinderen haalt zijn vijfde levensjaar niet. Na vijftien jaar institutionele afwezigheid, oorlog, overstromingen en droogte is de situatie rampzalig. De problemen zijn vandaag zo zwaar en talrijk dat het moeilijk is naar de toekomst te kijken. Wat wij vragen is dat er een minimum aan humanitaire ruimte is opdat wij ons werk kunnen doen."

(LD)