Direct naar artikelinhoud

Citroën brengt nieuwe 'geit' op de markt

Citroën zal eind 2013 een nieuw model lanceren dat gebaseerd is op de legendarische 2CV, in de volksmond beter bekend als de 'geit' of 'eend'. Zo trekt de autobouwer net als Fiat en Volkswagen de 'retrokaart'.

De deux chevaux mag ondertussen al meer dan twintig jaar van de automarkt verdwenen zijn, een icoon is de wagen nog steeds. De allereerste 2CV werd al in 1948 aan het publiek voorgesteld, de laatste rolde in 1990 van de band. Nu wil Citroën een gelijksoortige auto produceren, zo kondigde algemeen directeur Frédéric Banzet aan op de website van de Franse zakenkrant La Tribune.

"We hebben een project voor een eenvoudige, zuinige, moderne wagen voor een betaalbare prijs", zei Banzet. "We hebben de beslissing genomen om de wagen te bouwen. Dat zal gebeuren in Madrid." Betaalbaar, maar niet spotgoedkoop, liet Citroën snel weten. "Al zou dat het noodlijdende PSA, de moedermaatschappij van Citroën en Peugeot, uit de problemen kunnen helpen", zegt Tony Verhelle van Autogids.

Ook Vic Heylen van Flanders' Centre for Automotive Research ziet meer heil in een spotgoedkope auto. "In Europa merken we dat zowel dure auto's als budgetvriendelijke wagens het erg goed doen. Renault scoort bijvoorbeeld met de goedkope Oost-Europese Dacia. Citroën heeft nog niet echt een wagen die deze markt aanspreekt."

Of de nieuwe 'eend' dus voldoende winst zal opleveren, valt af te wachten. "Als ze erin slagen om de wagen aan te bieden voor 7.000 tot 10.000 euro, dan hebben ze gegarandeerd succes", zegt Verhelle. "Een iconische wagen voor weinig geld, dat zal heel veel mensen kunnen verleiden."

Twee zakken graan

Vast staat dat Citroën met de nieuwe 2CV de retroliefhebbers zal kunnen aanspreken. Retro is in, zo beseften Fiat, Mini en Volkswagen al eerder. Met de Fiat 500, het zogenaamde 'bolletje', de Kever en de beroemde Minicooper wisten die bedrijven alouderwetse auto's in het straatbeeld te herintroduceren.

"Maar die wagens zijn allesbehalve goedkoop", zegt Verhelle. "Terwijl die iconen in het verleden vooral door Jan met de pet werden gebruikt, zijn het vandaag auto's die in meer welgestelde kringen circuleren. Van de hippies naar de yuppies, zeg maar. Een mooi design kost helaas geld."

Zeker de 'geit' moest in zijn begindagen het 'gewone werkvolk' ervan overtuigen een auto aan te schaffen. "De wereld op wielen zetten, dat was het opzet", zegt autospecialist Heylen. "Een boer moest er twee zakken graan en 24 eieren in kunnen leggen. Hij moest ermee op zijn veld kunnen rijden zonder dat de eieren braken, en er moest een hoge hoed in passen. Dat waren de criteria. En het werkte, want ze hebben de 2CV toch jaren geproduceerd."

Hoe dan ook: de lancering van de nieuwe 'geit' zal niet onopgemerkt voorbijgaan. "Het blijft een icoon", zegt Heylen. "Iedereen kan zich er wel iets bij voorstellen. Zelfs mensen die nog nooit een 'geit' van dicht bij hebben gezien." Verhelle beaamt: "De auto spreekt tot de verbeelding. Er bestaan zelfs cadeaubonnen om met een oude 2CV te rijden. Jonge mensen vinden dat blijkbaar fantastisch."