Didier Reynders wil militaire tussenkomst in Syrië
Minister van Buitenlandse Zaken Didier Reynders heeft zondag op de Franse tv-zender TV5 gepleit voor een humanitaire missie met militaire bescherming in Syrië. 'Het regime is de weg van de barbaarsheid ingeslagen en ik heb steeds minder vertrouwen in president Bashar al-Assad', verklaarde Reynders in het interview.
Als het Syrische regime op hetzelfde elan doorgaat, is een humanitaire missie volgens de MR-minister noodzakelijk. Daarover zal worden vergaderd tijdens de volgende bijeenkomst van de Vrienden van Syrië, in Frankrijk. Reynders voegt er wel meteen aan toe dat een eventuele militaire interventie moet worden uitgevoerd door landen van de regio en de Arabische Liga. In geen geval zal België militairen naar Syrië sturen.
Ondertussen wordt de humanitaire situatie in Syrië met de dag dramatischer. Sinds op 27 maart het vredesplan van VN-gezant Kofi Annan werd aangenomen, zijn in Syrië al minstens 801 mensen om het leven gekomen, onder wie 47 kinderen en 53 vrouwen. Dat zegt het Syrische Netwerk voor de Mensenrechten. De telling loopt tot afgelopen zaterdag; gisteren werden volgens de LCC, een overkoepelend orgaan van Syrische activisten, opnieuw 75 mensen gedood tijdens beschietingen door het regeringsleger.
Ook aan de Turks-Syrische grens blijft de situatie bijzonder gespannen. Syrische militairen nemen vluchtelingen die het grensgebied oversteken regelmatig onder vuur. Er zouden ook mensen op Turks grondgebied worden beschoten. Dat leidde tot woedende reacties van de regering in Ankara. Aan de Syrisch-Libanese grens werd gisteren een Libanese cameraman doodgeschoten.
Deadline
Vandaag verstrijkt de deadline voor de terugtrekking van de Syrische regeringstroepen uit de steden, een onderdeel van het VN-vredesplan. Twee dagen later moet dan normaal gezien een staakt-het-vuren ingaan. Het lijkt er sterk op dat het Syrische leger in de aanloop naar de deadline nog zoveel mogelijk schade probeert toe te brengen aan wat het zelf omschrijft als de 'terroristen'.
De meeste doden vallen bij granaatbeschietingen van wijken die geassocieerd worden met de rebellen van het Vrij Syrisch Leger. "Hier en daar wordt gevochten maar voor het grootste deel gaat het om lukrake granaatbeschietingen", zegt activist 'Samsomhoms' via Skype vanuit Homs, dat al bijna een maand onafgebroken onder vuur ligt. Volgens Samsomhoms is de humanitaire situatie in Homs kritiek. "Veel mensen waren naar de wijk Khalidya gevlucht. Toen die onder vuur werd genomen, zijn de mensen naar de wijk Ghouta gevlucht, maar die wordt sinds vorige woensdag ook bestookt."
De mensenrechtenorganisatie Human Rights Watch maakte gisteren in een rapport melding van meer dan honderd standrechtelijke executies sinds eind vorig jaar, de meeste in maart 2012. "In een wanhopige poging om de opstand te onderdrukken hebben Syrische regeringssoldaten zowel burgers als strijders koelbloedig geëxecuteerd", zei Ole Solvang van Human Rights Watch. "Dat gebeurt in vol daglicht en in het bijzijn van getuigen."
Of het regime de deadline van dinsdag überhaupt zal naleven, is steeds meer de vraag. Zondag zei een woordvoerder, Jihad Makdissi, dat VN-gezant Kofi Annan één en ander "verkeerd heeft geïnterpreteerd". Damascus is namelijk bang dat de rebellen het terrein zullen bezetten als het leger zich terugtrekt. Het wil nu eerst "schriftelijke verklaringen" zien dat ook de "gewapende terroristische groeperingen" de wapens zullen neerleggen.