Direct naar artikelinhoud

'Ik stem koers niet af op Sagan'

De nieuwe Tom Boonen. Jasper Stuyven (24) huivert van de vergelijking. En toch, ook Eddy Merckx gelooft rotsvast in de Belg van Trek-Segafredo. Vandaag kan Stuyven zelfs de voorjaarsklassieker winnen die Boonen nooit won: Milaan-Sanremo. 'Het vertrouwen is er.'

Cool en zelfbewust zat hij er gisteren bij, naast kopman John Degenkolb in Pieve Emanuele, voorstadje van Milaan. Niet snel van de wijs te brengen, die 'Stoiven', merkte onze Italiaanse collega van Gazzetta dello Sport op. "Daar ben ik inderdaad de man niet naar", lachte hij. Zijn grote Milaan-Sanremo-debuut, de voorafgaande verkenning, de slopende capi, de ongewoon lange afstand ... Alles leek van Stuyven af te glijden. "Ik kijk er enorm naar uit, laat daar geen misverstand over bestaan. Maar voor mij is het een race als een andere, met 199 tegenstanders die ik moet proberen te verslaan."

Onder de pleister op zijn linkerelleboog welde een bloedvlek op. Souvenir van de val donderdag in de afzink van de Cipressa. Bochtig en razendsnel, leerde hij. "Ik zal er goed vooraan moeten zitten." De crash was raak. Al lijkt Stuyven ook daar niet zo zwaar aan te tillen. "Mijn linkerenkel is gekneusd en mijn schouder voelt een beetje stijf aan. Maar ik ben uitstekend behandeld. Pijn heb ik niet, fietsen lukt perfect." Geen zorg, met andere woorden. Tenzij dit: "In het begin van de race zal ik mijn schoen misschien iets minder hard aanspannen." Voetnoot, letterlijk.

In dienst van Degenkolb

Beren van 1,86 meter en 78 kilogram met zachte inborst en gouden hart vellen ze zo rap niet. Stuyven straalt pure power uit, koerst agressief en attractief. Geen wonder dat Degenkolb hem "een van de sterkste renners in het peloton" noemt. Eddy Merckx ziet in de Leuvenaar zelfs de gedroomde opvolger van Tom Boonen. Een compliment dat hij in dank aanneemt. Stuyven, met brede glimlach: "Zoiets doet deugd. Zeker als het uit de mond van een grote kampioen komt, beschouw ik dat als een enorme eer. Zoveel won ik uiteraard nog niet, maar Eddy kijkt duidelijk verder dan de naakte resultaten."

Voor de rest blijft Stuyven gruwen van alles wat hem ook maar enigszins aftoetst aan Boonen. "De vergelijking tussen ons is volstrekt onzinnig. We hebben weliswaar hetzelfde klassieke voorjaarsprofiel. Maar Toms erelijst evenaren, laat staan overtreffen, is een schier onmogelijk opdracht."

Vandaag zou Stuyven wel iets op dat palmares kunnen plaatsen wat Boonen de voorbije vijftien jaar vruchteloos nastreefde. Ware het niet dat hij in de eerste plaats in een dienende rol wordt geduwd. In een goede positie mee over de Poggio geraken is het doel. "Om dan mijn werk te kunnen doen voor John. Maar we staren ons niet blind op dat ene plan. Felline of ikzelf kunnen het indien nodig van hem overnemen. Ik ben goed uit Tirreno-Adriatico gekomen. Die derde plaats in de zesde rit, na Gaviria en Sagan, schonk me het nodige vertrouwen."

Sagan. Het hoge woord is eruit. De angstgegner. Al wuift Stuyven ook dat fluks weg. "Hoe meer je over hem speculeert, hoe meer hij een factor wordt. Tuurlijk maakte hij indruk in de Tirreno, vooral in de rit naar Fermo. Je kunt hem niet wegcijferen, hij is de grote favoriet. Maar ik vind het verkeerd om de koers exclusief op hem af te stemmen. Laten we vooral onze eigen wedstrijd rijden. Als er één op de Poggio het gat kan slaan, dan hij. Aan ons dan om meteen te reageren en de kloof te dichten."