Direct naar artikelinhoud

Middelvinger naar Peking

Afgelopen weekend won Ten Years de hoofdprijs bij de Hong Kong Film Awards. Opvallend en geladen, want de politiek getinte lowbudgetfilm wordt al sinds zijn release tegengewerkt in het Chinese bioscoopcircuit.

De grote winnaar was misdaaddrama Port of Call, met zeven awards, maar het is die ene prijs, voor beste film, die de meeste aandacht trekt. Ten Years, dat de steeds grotere invloed van China op Hongkong aankaart, is daar immers geen onbesproken film en moest het met een heel beperkte release stellen. Het is moeilijk om géén statement te lezen in de hoofdprijs.

In vijf verhalen van vijf verschillende regisseurs schetst Ten Years het beeld van Hongkong anno 2025. Dat beeld is aan de dystopische kant. Een oude vrouw steekt zichzelf in brand voor het Britse consulaat en het Kantonees, de standaardtaal in de regio, moet gedwongen plaats ruimen voor het Mandarijn. En dan zijn er nog de kinderen in legeruniformen: een stevige verwijzing naar de Rode Garde, de paramilitaire studentenbeweging die tijdens de Culturele Revolutie de communistische visie van Mao Zedong met geweld en terreur aan de bevolking oplegde. Of hoe een zwartgallig toekomstbeeld wel erg aan de zwarte pagina's van het Chinese verleden doet denken.

Volle zalen, toch uit roulatie

De première van Ten Years, een film die voor zijn productie al zo controversieel was dat sommige acteurs weigerden toe te zeggen, vond plaats op een filmfestival in november vorig jaar, gevolgd door een brede release in december. Nu ja, breed: Ten Years werd enkel in Hongkong gescreend, maar moest daardoor niet aan impact inboeten. Bioscopen verkochten hun zalen uit, en het schamele budget van zo'n 55.000 HK-dollar (6.231 euro) wisten de producers in anderhalve maand tijd meer dan tienvoudig terug te verdienen. In de Broadway Cinematheque kon zelfs Star Wars: The Force Awakens niet aan het succes van Ten Years tippen.

Maar ondanks volle zalen werd de film in januari uit roulatie gehaald. De verantwoordelijkheid daarvan wordt toegeschreven aan de steeds langere arm van de Chinese autoriteiten, een probleem dat de film net wil illustreren. "Ik heb het nog nooit meegemaakt dat een film die bij elke vertoning zalen uitverkoopt, uit de bioscopen wordt gehaald", vertelde Shu Kei, professor aan de Hong Kong Academy for Performing Arts aan The Guardian. "Maar geen enkele uitbater zal toegeven dat dit gebeurt door censuur of directe inmenging van China."

De review in China's Global Times, de krant die spreekt met de stem van de Communistische Partij, sprak nochtans boekdelen: Ten Years werd afgedaan als "absurd", "overdreven pessimistisch" en een "virus voor de geest".

En de onrechtstreekse censuur ging nog verder: na de nominatie van de film maakte de Chinese regering bekend dat de uitreiking van de Hong Kong Awards voor het eerst sinds 1991 niet zou worden uitgezonden op televisie. Regisseur Chow Kwun-wai liet zich ontvallen dat die ontwikkelingen "in het echte Hongkong nog sneller plaatsvinden dan in onze film".

Al die maatregelen hielden mensen echter niet tegen om de film te bekijken. Via Facebook nodigden fans andere Honkongers uit voor privévertoningen, waarop ook de regisseurs te gast waren. "Dat geeft ons de mogelijkheid om nadien ook met het publiek te spreken", verklaarde Chow.

Nadenken over toekomst

De boodschap is alleszins overgekomen, gezien de manier waarop de Hong Kong Film Awards erg politiek kleurden toen de makers de hoofdprijs in ontvangst namen en daarbij hun politieke gedachten niet onder stoelen of banken staken. "Als je me vraagt hoe Peking over ons denkt, zeg ik: dat maakt niets uit. Deze film is gemaakt voor de Hongkongers", liet regisseur Ng Ka-leung optekenen. "We hopen dat zij onze gevoelens delen, en dat ze nadenken over onze toekomst." De spreekwoordelijke middelvinger dacht iedereen er vanzelf bij.