Direct naar artikelinhoud

'Sympa quoi'

Wie waren ze? Waarom deden ze dit? Terug naar de roots van Ibrahim El Bakraoui, zijn jongere broer Khalid, en Najim Laachraoui. Drie Brusselaars, drie verhalen.

Een salon met thee en koekjes. De Wautierstraat in Laken, februari 2010.

Enkele deuren waren verbrijzeld. De 70-jarige moeder van sp.a-politica Fadoua El Ouakili was even daarvoor met haar zoon en haar dochters urenlang opgesloten na een politie-inval op het verkeerde adres.

Brussels parlementslid Fouad Ahidar (sp.a) was meegekomen, strijdbaar: "Ge moogt dat niet over uw kant laten gaan. Ge moet klacht indienen."

De zaterdag daarvoor hadden drie jongens uit de wijk geprobeerd om een wisselkantoor van Western Union te overvallen op de Adolphe Maxlaan, hartje Brussel. Een van hen had een kalasjnikov getrokken. Het trio was verrast door de snelle aanwezigheid van de politie. Tijdens een achtervolging waren ze met hun Golfje op de Jules de Troozlaan ergens tegenaan gereden. Waarna een van de drie, de toen 24-jarige Ibrahim El Bakraoui, het vuur had geopend op de politie en een agent driemaal had geraakt in zijn been. De drie hadden zich nog een tijdlang verschanst in een huurhuis van de oom van El Bakraoui, in de De Wautierstraat. Nadat de speciale eenheden zich er rekenschap van hadden gegeven dat ze niet op nummer 34 moesten zijn, maar op nummer 36, werden daar in een kelder nog twee kalasjnikovs gevonden.

Fadoua El Ouakili, nu: "Wij hebben toen klacht ingediend bij het Comité P. We wilden op z'n minst een vergoeding voor de kapotte deuren. We wilden weten waarom er niets was gebeurd met de aangifte van de overbuurman, die de louche zaakjes in het huis naast het onze had gefilmd, de politie had proberen te alarmeren en straal was genegeerd. Er is na al die jaren niets van gekomen. Het zegt iets over de manier waarop de politie, ook toen al, tegen wijken als die van mijn familie aankijkt. Iets als een 'sorry' is er ook nooit gekomen."

De El Ouakili's waren collateral damage. Dat heb je, in oorlogsgebied. Iemand vroeg hoe dat nu moest met die kapotte deuren. Bij de thee, die avond, zei iemand: "Ibrahim met een kalasjnikov, wie had dat nu kunnen denken? Ibrahim, die sympathieke jongen uit het jeugdhuis."

Fadoua El Ouakili hoefde dinsdag slechts een seconde naar de still van het camerabeeld te staren. De drie mannen, vastberaden hun trolleys vol explosieven voor zich uit duwend. "Ik had 'm meteen herkend. Lang voor de mededeling van het federaal parket, de volgende dag. Ibrahim, de jongen met wie ik ooit zoveel plezier heb beleefd."

IBRAHIM EL BAKRAOUI

Brussel, 9 oktober 1986 - Zaventem, 22 maart 2016

De man met de trolley in het midden

Het ging niet over hem toen toenmalig Brussels burgemeester Freddy Thielemans (PS) in 2010 in Terzake sprak over "een fait divers", niet beseffend dat die uitspraak hem tot lang na zijn retraite zou blijven achtervolgen. Hij doelde op een andere raid met een kalasjnikov, kort daarna in Anderlecht. Van buitenaf werd Brussel toen ook al gezien als een hellhole, waar niemand nog vat leek te hebben op de, dankzij de implosie van een zoveelste ex-sovjetregime, plotse beschikbaarheid van kalasjnikovs, nu zelfs vanaf 50 euro. Criminoloog Brice De Ruyver had het over een verloren generatie Brusselse jongeren waar helemaal niets meer mee te beginnen viel: "We zijn ze onherroepelijk kwijt. Als we de samenleving willen beveiligen, moeten we die jongeren eruithalen."

Vandaag klinken die woorden profetisch. Toen Ibrahim El Bakraoui op 30 september 2010 voor de 47ste kamer van de Brusselse correctionele rechtbank zijn straf hoorde uitspreken door rechter Martine Devos, stonden ze niet als dusdanig in het vonnis, ze zweefden wel ergens in de lucht. Hij kreeg 9 jaar met geen enkel perspectief op verlof, gedeeltelijke opschorting of vervroegde vrijlating. In theorie, toch.

"Gasten die een tijd in de gevangenis hebben gezeten, zijn anders", zegt een buurjongen in de De Wautierstraat. "Introvert. Kapot, ergens vanbinnen. Sommigen komen eruit met een baard. Je kunt geen grappen meer met ze maken zoals vroeger. Ze zijn veranderd, gehard. Maar Ibrahim, die was anders. Hij was een goeie gast. Sympa quoi. Zijn broer Khalid ook."

Ibrahim werd in oktober 2014 na net iets meer dan de helft van zijn straf te hebben uitgezeten door de Brusselse strafuitvoeringsrechtbank voorwaardelijk in vrijheid gesteld. Hij had een goed reclasseringsplan, met een cursus Arabisch, een aanbevelingsbrief en een loopbaan als textielverkoper in het vooruitzicht. Ook al weten we intussen dat hij in de zomer van 2015 tot twee keer toe in Turkije is opgepakt op verdenking zich aan te sluiten bij Islamitische Staat (IS) en uiteindelijk op een vliegtuig naar Nederland zou worden gezet, toch herinneren zijn vrienden in de De Wautierstraat zich hem als iemand op wie de gevangenis geen vat had gekregen. Hij stortte volgens zijn advocaat Bernard Tieleman netjes elke maand zijn 10 euro als symbolische blijk van schuldinzicht aan de agent die hij in het been had geraakt. Een laatste storting, 25 euro, is in december 2015 voldaan met als adresvermelding de Van Gulickstraat 40 in Laken.

Daar wonen zijn ouders, en daar is het sinds woensdag een af en aan geloop van moeders uit de wijk die hun medeleven gaan betuigen. Een stem aan de parlofoon houdt journalisten op afstand: "De familie is er momenteel niet."

Fadoua El Ouakili zegt dat ze Ibrahim, die ze als jeugdwerkster goed heeft gekend in het jeugdhuis, voor het laatst heeft gezien in januari, twee maanden na de aanslagen in Parijs. "Ik heb niet met hem gesproken, maar begreep van mensen in de buurt dat hij een nieuwe start wou nemen. Hij zag er niet opvallend anders uit dan vroeger. Hij liep hier gewoon rond. En dan hoor je nu dat hij zijn voorwaarden had geschonden en al een half jaar internationaal geseind stond. Dat zijn broer Khalid in verband was gebracht met de aanslagen in Parijs en ook werd gezocht. Ik snap het niet."

Ibrahims laatste wilsbeschikking werd dinsdagnamiddag teruggevonden op een laptop in een publieke vuilnisbak voor het appartement in de Max Roosstraat in Schaarbeek, het safehouse vanwaaruit hij en zijn broer die ochtend de bommen laadden: "Ik ben neerslachtig, ik weet niet meer wat te doen. Ik word overal gezocht, ben niet meer veilig. Als we hier blijven zitten, riskeren we naast hem in een cel te eindigen."

Het viel ook El Ouakili op: "Niets over IS, niets over religie. Het klinkt als pure wanhoop van iemand die geen kant meer op kan."

KHALID EL BAKRAOUI

Brussel, 12 januari 1989 - Brussel, 22 maart 2016

De El Bakraoui's waren met z'n drieën, er is nu enkel nog het jongste zusje.

Khalid was de eerste die werd betrapt op dealen, op diefstalletjes, een jaar of tien geleden. Hij was het soort joch dat eropuit werd gestuurd om dingen te doen waar je in België mee weg komt zolang je nog geen achttien bent.

Ibrahim voelde zich verantwoordelijk voor zijn broer, ging tegenover de politie meermaals luidkeels zijn zaak bepleiten, want dat is - vond hij - wat broers horen te doen. Altijd weer was het jeugdhuis de oase waar de broers opnieuw zichzelf leken te kunnen worden. De instuif, de jaarlijkse uitstap. "Het waren jongeren die plezier konden maken en genoten", zegt El Ouakili. "Ibrahim was een van de braafsten van mijn groep. Het was meestal Khalid die zijn broer weer in de problemen bracht."

Khalid was er niet bij, bij de raid op de Western Union. Hij was twee maanden daarvoor met drie anderen in Jette gearresteerd bij een mislukte overval. Een van hen was Yassine Dibi, een gangster die op 15 januari 2009 uit een Brusselse rechtszaal wist te ontsnappen doordat een van zijn vrienden twee pistolen had binnengesmokkeld. Hij verplichtte de magistraten, de advocaten en de aanwezige agenten op de grond te gaan liggen en wandelde naar buiten. Ook toen analyseerden we ons allemaal suf over Brussel, over de lamentabele beveiliging van het Justitiepaleis, over de verloren generatie. Moest Brice De Ruyver ons uitleggen wat we hiervan moesten denken.

Dibi zou tien maanden lang op de vlucht blijven, levend van carjackings, overvallen en een reputatie van übercoole bevechter van het Systeem. Khalid had zich ergens onderweg bij de groep aangesloten en toen de vierkoppige bende op 17 februari 2011 voor de rechter moest verschijnen, beschreef de krant La Dernière Heure de strafmaten als "tombés comme autant de claques". Mokerslagen. Rechters lachen er niet mee als je het waagt een wapen op een van hen te richten.

Dibi en de andere ontsnapte kregen allebei 6 jaar gevangenisstraf bovenop de vele jaren die ze al hadden staan, Khalid kreeg 5 jaar.

"Buiten alle proportie", vindt een buurjongen. "Khalid heeft mee geboet voor de anderen. Zijn aandeel in die carjackings was niet zo groot, maar hij weigerde met de politie samen te werken met het opbouwen van nieuwe aanklachten tegen Dibi. Je verlinkt elkaar niet. Daar, met dat verdict, is het helemaal misgegaan."

Khalid kwam begin 2014 vervroegd vrij. Geradicaliseerd in de gevangenis, luidden deze week de eerste analyses, maar die worden niet gedeeld door mensen die Khalid hebben gekend. Khalid keerde terug naar zijn quartier, haalde oude vriendschappen weer aan. Hij leerde een meisje kennen, werd papa. "Wij dachten toen dat hij eindelijk volwassen was geworden", zegt El Ouakili. "We dachten dat het uiteindelijk toch goed met hem zou komen."

Ergens diep vanbinnen borrelt wrok. Viereneenhalf jaar van zijn leven die hem zijn ontnomen, die hij nooit meer terugkrijgt.

Na de zomer van 2015 wordt Khalid niet meer in Laken gezien. Hij laat vrouw en baby achter.

Onderduikadres

Op 9 december 2015, een maand na de aanslagen in Parijs, vallen speurders binnen in een appartement in de rue du Fort in Charleroi. Dit is de plek waar zowel Abdelhamid Abaaoud, de veronderstelde leider van de aanslagen op 13 november, als Brahim en Salah Abdeslam hebben overnacht voor ze met bommengordels en kalasjnikovs naar Parijs zijn vertrokken. In het appartement worden ook vingerafdrukken teruggevonden van Bilal Hadfi, eerder dat jaar nog een probleemgeval op de schoolbanken in de technische school Anneessens-Funck, hartje Brussel. Het joch, 19 jaar oud pas, is kort voor Pasen naar Syrië vertrokken. Hij is teruggekeerd met een missie. Zijn taak bestaat erin om zich te midden van een mensenmassa op te blazen in het Stade de France. Hij geraakt het stadion niet binnen, blaast uiteindelijk alleen zichzelf op, net als Brahim Abdeslam.

Het appartement in Charleroi blijkt te zijn gehuurd door ene Ibrahim Maaroufi, maar dat is een valse naam. De werkelijke huurder is Khalid El Bakraoui. Hij is hiermee het punt voorbij waarbij hij ooit nog onder de mensen kan komen.

De naam van Khalid staat vanaf december 2015 rood omcirkeld op de lijst met op te sporen terreurverdachten, maar hij slaagt er opnieuw in om onder een valse naam een flatje te huren. De Driesstraat 60 in Vorst. Dit is ongeveer het moment waarop ook Ibrahim ondergronds gaat.

Fadoua El Ouakili: "Opeens was hij verdwenen. Men stond daar niet echt bij stil."

De broers duiken onder in Vorst, weten we nu, samen met de in Syrië getrainde Algerijnse strijder Mohamed Belkaïd. Zijn naam, met alweer een hoop aliassen ernaast, komt voor op een uitgelekte lijst met IS-strijders die zich hebben opgegeven voor een zelfmoordmissie. Als zes agenten er op dinsdag 15 maart in de Driesstraat gaan aankloppen voor een routineuze check, ontstaat een vuurgevecht. Belkaïd wordt neergekogeld door de speciale eenheden, Ibrahim en Khalid slaan op de vlucht. Ze vinden een onderkomen op de vijfde verdieping van het appartement in de Max Roosstraat in Schaarbeek, drie weken eerder gehuurd door - alweer - Khalid.

Hier moeten ze vorige week vrijdag hebben vernomen dat Salah Abdeslam in Molenbeek was gearresteerd, samen met de man die bij gebrek aan meer info Amine Choukri wordt genoemd. Van die Choukri zijn vingerafdrukken aangetroffen in het appartement in Auvelais, een ander safehouse voor de aanslagen in Parijs. Choukri, of hoe hij ook mag heten, werd op 3 oktober 2015 met Salah door de Duitse politie staande gehouden in Ulm. Hij was een van die vele figuren over wie pas na de aanslagen in Parijs wat info kwam binnengedwarreld, wat erop wees dat er rond de zelfmoordcommando's van het Stade de France en de Bataclan nog een vrij ruime logistiek ondersteunende groep moet hebben bestaan.

De groep heeft zich gehergroepeerd, met de bedoeling om op paasmaandag een aan Parijs evenwaardige aanslag te plegen op de luchthaven van Zaventem, een Brussels metrostation en nog een derde locatie. De ontdekking van het safehouse in Vorst en de arrestatie van Salah hebben misschien erger voorkomen, maar hebben de survivors van de Parijse terreurcel ertoe gebracht sneller toe te slaan.

Khalid blies zich dinsdagochtend op in metrostation Maalbeek.

"Ja, ú zegt dat", reageert een oudere man voor de moskee in de De Wautierstraat. "U gaat mij niet verplichten te geloven dat deze broers tot zoiets in staat zouden zijn."

Iemand aan de overkant van de straat maakt een sissend geluid. Er komt een jongen op een brommertje aangereden: "U bent journalist of wat? C'est notre quartier."

NAJIM LAACHRAOUI

Brussel, 18 mei 1991 - Zaventem, 22 maart 2016

Het zou kunnen dat we er ons wat ongemakkelijk bij gaan voelen als Mourad Laachraoui, die net naast een ticket greep voor Rio, straks namens België medailles verzamelt in het taekwondo. Hij is een absoluut toptalent, maar riskeert vooral te worden aangesproken op zijn jongere broer Najim. Mourad hield deze week een persconferentie: "Wij hebben al drie jaar geen contact meer met Najim."

Najim is de man links op het bewakingsbeeld in Zaventem, een trolley voor zich uit duwend.

De Laachraoui's vormden in Schaarbeek een gezin met zes kinderen. Najim was van opleiding elektricien en specialiseerde zich later als vuurwerkmaker. Ook hij belandde voor een paar kleine vergrijpen in de gevangenis. Anders dan de broers El Bakraoui kwam hij eruit met een baard, een djellaba en een nieuw levensdoel. Hij geraakte in 2012 in de ban van haatprediker Mohamed Benajiba, die vanuit de moskee Ettaouba in de Edward Stuckensstraat in Evere een tiental jongelui richting Syrië wist te ronselen. Na een eerste mislukte poging om vanuit Tunesië de grens over te steken, lukte het hem op 17 februari 2013 via Turkije. Hij wist er zich op te werken tot contactpersoon voor een groep Belgen die zich via die route wenste aan te sluiten bij IS, onder wie blijkbaar ook Jejoen Bontinck.

In september van vorig jaar keerde Laachraoui onder de valse identiteit Soufiane Kayal samen met de in Vorst omgekomen Mohamed Belkaïd terug naar België. Hij werd opgehaald door Salah Abdeslam, weer hij. Laachraoui huurde als Soufiane Kayal een zoveelste safehouse voor het Parijse commando in Auvelais, bij Namen. Hij wordt beschouwd als de man die in alweer een ander safehouse, de Henri Bergéstraat in Schaarbeek, met zijn vaardigheden als vuurwerkmaker de bomgordels heeft zitten naaien voor de aanslagen in Parijs.

Waar Laachraoui nadien heeft uitgehangen, is onduidelijk. In de Driesstraat in Vorst, misschien. In de Max Roosstraat in Schaarbeek, misschien. Na Parijs leek het ergens een geruststellende gedachte dat het merendeel van de terroristen zichzelf had opgeblazen of was omgekomen tijdens het vuurgevecht in Saint-Denis. Daar waren we toch maar mooi van verlost.

Nu loopt er nog een man met een wit mutsje rond, de man rechts achter zijn trolley op het bewakingsbeeld in Zaventem. Er is ook nog Mohamed Abrini, de man die met Salah Abdeslam, twee dagen voor Parijs, voorbij een bewakingscamera liep op een autosnelwegparking en over wie de inlichtingendiensten zich de grootste zorgen maken. En er is de veronderstelde tweede man die zich in metrostation Maalbeek tijdig uit de voeten wist te maken.

Het wordt lastig om je los te maken van de gedachte dat er daar straks ergens opnieuw een appartement is, een wijk, waar werkelijk niemand iets vermeldenswaardig heeft gezien of gemerkt.