Luchtwaardig maar toch elf doden
Een sportieve namiddag voor tien vrienden van de parachuteclub van Temploux bij Namen eindigde in een vreselijk drama. Geen van de elf inzittenden overleefde de crash. Zes maanden geleden werd het 44-jarige toestel nochtans gekeurd en luchtwaardig bevonden.
De Pilatus PC-6 Turbo Porter was zaterdagmiddag, even voor vier uur, opgestegen aan de lokalen van de paraclub van Temploux. Aan boord een ervaren piloot en tien parachutisten, allen leden van dezelfde club. De wind verplichtte piloot Fabrice Lalmand in de richting van Gelbressée en Marchovelette te vliegen.
Een viertal kilometer hoog zouden de parachutisten één voor één uit het vliegtuigje springen. Maar zover kwam het niet. Niet lang na de start verloor het toestel minstens een stuk van de rechtervleugel. Ooggetuigen in Gelbressée zagen dat.
Reddingswerkers stelden vast dat vier van de tien parachutisten hun valscherm hadden opengetrokken in een ultieme poging hun leven te redden. Bovendien had het toestel maar één deur, zodat de tien inzittenden en de piloot nooit allemaal uit het tollende vliegtuig hadden kunnen springen. Zowel de deur als de afgerukte vleugel werden één kilometer van de romp gevonden. Redding bieden aan de overleven den was onmogelijk: seconden na de crash veranderde het wrak in een vlammenzee.
Snel werd duidelijk dat deze eenmotorige Pilatus al eerder in België was verongelukt. Dertien jaar geleden, op 12 maart 2000, smakte het toestel na een fout gelopen start een eerste keer hard tegen de aarde (zie hieronder). De inzittenden kwamen er toen nog met lichte en zware verwondingen vanaf. Of er een verband is tussen beide crashes, blijft onzeker.
Luchtvaartspecialisten vermoeden dat vooral vleugelcorrosie aan de basis van dit nieuwe ongeval ligt. Al in 2000 waarschuwde de Zwitserse constructeur voor het 'sluipend gif' dat roest en metaalmoeheid zijn voor dit soort toestellen. De Pilatus '00 NAC' werd zes maanden geleden nochtans gekeurd en luchtwaardig bevonden.
Premier Di Rupo en koning Filip kwamen zaterdagavond al ter plaatse en betuigden hun medeleven aan de nabestaanden. "Dit is een vreselijk drama voor het hele land", zei binnenlandminister Joëlle Milquet. Ze had het zichtbaar moeilijk, vooral toen haar gevraagd werd of ze iets wist over de leeftijden van de slachtoffers. "Veelal jonge mensen", zei ze. "Eéntje geboren in 1991, zag ik op de dodenlijst. Geboren in hetzelfde jaar als een van mijn kinderen." Ook Di Rupo was erg aangedaan. "Veel vrouwen verloren hun man, veel kinderen hun papa. Voor hen begint een lange, lange weg van rouw."
Identificatie
Een dag later trokken ongeveer 150 mensen, familie en naasten van de slachtoffers naar de plaats van het ongeval. De stoet van twee bussen en een zestigtal auto's werd begeleid door de ordediensten. Zes van de slachtoffers kwamen uit de provincie Namen, twee uit Waals-Brabant, één uit Henegouwen, één uit Antwerpen en één uit het Groothertogdom Luxemburg.
Het identificatieteam van de federale politie is volop bezig met de identificatie van de elf slachtoffers. Gezien de crash, de explosie en de brand in het wrak, zijn sommige lichamen bijzonder zwaar verminkt en verkoold.