Direct naar artikelinhoud

'Je wilt altijd weten wie je vader is'

Buitenechtelijke kinderen hebben sinds de wetswijziging van afgelopen week eindelijk dezelfde rechten op de erfenis als wettige kinderen. Voor veel 'bastaardkinderen', zoals Sabine Wullus (44), die jarenlang een bittere strijd voerden om door hun biologische vader erkend te worden, is dat een belangrijke doorbraak.

door Janine Meijer

VEURNE l Heel haar leven heeft Sabine Wullus gevochten om erkend te worden door haar biologische vader. Maar de man heeft er zich tot aan zijn dood tegen verzet. Bang dat zijn vrouw en wettige kinderen erachter zouden komen. Pas na jarenlang procederen kreeg Wullus de bevestiging dat de West-Vlaamse paardenfokker wel degelijk haar vader was.

Het moet een ongelukje geweest zijn. Een slippertje met verstrekkende gevolgen waar Sabine Wullus het resultaat van was. Haar toen zeventienjarige moeder wist dat de dertigjarige Jean Levecke de vader was van het kind dat ze baarde in de winter van 1962. Zelf heeft de rijke paardenfokker uit West-Vlaanderen dat nooit hardop willen zeggen.

Wullus groeide op bij haar grootmoeder, terwijl haar biologische moeder een nieuw gezin stichtte. Haar biologische vader zag ze een of twee keer per jaar. Als hij haar in het diepste geheim kwam opzoeken. "Ik noemde hem geen papa, maar sprak hem altijd aan bij zijn voornaam. Meestal had hij een cadeautje bij zich. Dan zat ik even op zijn schoot. Veel meer kan ik me er niet van herinneren."

Toen Wullus ouder werd en rechten ging studeren, wilde ze dat haar vader haar officieel zou erkennen. "Hij had dat ook altijd beloofd. Maar toen de wetsverandering van 1987 zo'n erkenning mogelijk maakte en ik zijn medewerking vroeg, weigerde hij. Keer op keer ging hij niet in op het verzoek van de rechter voor een bloedproef."

Vanaf dat moment zag Wullus haar vader enkel nog in de rechtbank. "Dan stonden we naast elkaar voor de voorzitter van de rechtbank. Toen die hem vroeg of ik zijn dochter was, ontkende hij glashard en zei dat hij me nog nooit had gezien. Het was heel pijnlijk, maar tegelijk ook lachwekkend. Iedereen kon zien dat ik vreselijk op hem leek."

Over veel bewijzen beschikte Wullus niet. Ze had een postkaartje met zijn handtekening en een foto van haar vader waar hij opstond met zijn wettige dochter. Toch oordeelde de rechter dat er voldoende onrechtstreekse bewijslast was om aan te nemen dat Jean Levecke de vader was van Sabine Wullus.

Levecke ontkende nog steeds en ging in beroep, maar verloor. Vervolgens trok hij naar het Hof van Cassatie. Eind december 1998 kwam er eindelijk een einde aan de bittere strijd tussen vader en dochter, en velde Cassatie zijn arrest: Wullus was het biologische kind van Levecke. Ook de hoogste rechters zagen in Leveckes volgehouden weigering voor een bloedonderzoek voldoende bewijs van het vaderschap. Levecke was toen al overleden.

Wullus kan aanspraak maken op een even groot deel van de erfenis als haar halfbroer en twee halfzussen. Maar daar was het haar niet om te doen. "Je wilt als kind weten wie je vader is. Mijn moeder heeft altijd volgehouden dat Levecke mijn vader was, maar dat volstond niet. Ik wilde het ook op papier zien staan."

Afgelopen week maakte een wetswijziging een einde aan de ongelijke rechten van buitenechtelijke en wettige kinderen. Een buitenechtelijk kind heeft voortaan recht op eenzelfde deel van de erfenis als zijn halfbroers of -zussen. En het heeft niet alleen recht op de waarde van de erfenis in geld, maar ook op de familiestukken of een deel van de gezinswoning. "Dat maakt een groot verschil", legt professor Frederik Swennen van de universiteit van Antwerpen uit. "Vroeger werden bastaardkinderen vaak uitgekocht. Terwijl ze nu ook aanspraak kunnen maken op tastbare herinneringen."

Ook hebben biologische vaders meer rechten gekregen. Vroeger ging het Belgische recht er automatisch van uit dat de wettige echtgenoot van de moeder altijd de vader is van het kind dat ze baart. Maar tegenwoordig is dat lang niet altijd het geval. De moeder kan bijvoorbeeld in een echtscheidingsprocedure zitten, maar nog niet officieel zijn gescheiden terwijl ze al wel een kind van haar nieuwe vriend verwacht. In dergelijke situaties kan de biologische vader nu het vaderschap opeisen.

Een tweede mogelijkheid is wanneer een vrouw een buitenechtelijke relatie heeft en een kind van haar minnaar verwacht. De biologische vader kan dan sinds de nieuwe wetswijziging 'inbreken in het huwelijk' en het kind erkennen.

Volgens Wullus, die als advocaat meerdere buitenechtelijke kinderen begeleidde bij het opstarten van een erkenningsprocedure, is dat een belangrijke doorbraak. "Vroeger kon het vermoeden van vaderschap enkel betwist worden door de moeder, de echtgenoot en het kind. De biologische vader had die mogelijkheid niet. Het huwelijk ging dus boven het recht van de biologische vader om zijn kind te erkennen en boven het recht van het kind zijn of haar echte vader te kennen."

Maar tegelijkertijd waarschuwt de advocaat voor het spreekwoordelijke addertje onder het gras. "In de nieuwe wet staat ook dat als er ondertussen een familieleven is gegroeid waar de echtgenoot van de moeder en het kind samen deel van uitmaken die band voorrang zal krijgen op de claim van de biologische vader. Wat bedoelt men precies met 'familieleven'? In veel gevallen woont de moeder met haar echtgenoot en kind onder één dak. Is dat al genoeg om van een familieleven te spreken? Ik denk dat die voorwaarde meer vragen oproept dan antwoorden geeft."

Bovendien, zo oordeelt, Wullus, zullen er weinig vaders zijn die staan te springen om het kind ontstaan uit een slippertje te erkennen. "Kijk naar mijn eigen situatie. Ik heb er jarenlang voor moeten vechten. Vergeet niet dat zo'n erkenning vaak twee gezinnen ontwricht en grote financiële gevolgen kan hebben."

Zelf heeft Wullus na de officiële erkenning eindelijk rust gevonden. "Als er vroeger op school formulieren ingevuld moesten worden, wist ik nooit wat ik achter het vakje 'vader' moest schrijven. Nu ken ik mijn afstamming en dat is voor mij voldoende."

Advocate Sabine Wullus:

Toen de rechter aan mijn vader vroeg of ik zijn dochter was, ontkende hij glashard. Het was pijnlijk, maar ook lachwekkend. Iedereen kon zien dat ik erg op hem leek