Direct naar artikelinhoud

Geestig alfamannetje, stalen zenuwen, goeie ogen en een slecht karakter

Tom Waes kan maandag tv-geschiedenis schrijven. Als hij die aflevering overleeft, is hij zeker van een twaalfde deelname en vestigt hij een nieuw De slimste mens ter wereld-record. Op papier benadert de tv-figuur alvast het ideale profiel om het hele spel dit jaar te winnen.

Mag Waes al stilaan gaan dromen van de trofee? Aan de eerste vereiste om het ver te schoppen in de quiz voldoet hij al: vooral niet té veel weten. Te veel kennis kan je namelijk fataal worden in een spel als De slimste mens. Vraag maar aan menselijke encyclopedie Walter Pauli, of sporter Tomas Van Den Spiegel. Die laatste werd in 2012 eerst uit het spel gekegeld omdat hij zich verloor in historische details over de stad Rome. "Je moet veel klokken weten te hangen, maar weinig klepels", zegt de ex-basketter. "Gewoon de basics over een onderwerp kennen en opnoemen. Zodra je begint uit te weiden ben je verloren." Van Den Spiegel weet waarover hij spreekt: hij kwam terug in de finale, hield zijn intelligentie binnen te perken en won de hele quiz.

Ook Waes heeft het geluk een veelweter te zijn, en geen allesweter. "Ik ben iemand die over alle onderwerpen zo'n drie dingen weet, maar nooit vijf", zegt hij zelf. Voorwaarde is wel dat je én over de Varkensbaai én Milaan-Sanre-mo én Ignace Crombez drie juiste trefwoorden kunt verzinnen. Met grote gaten in je kennis kom je er niet in deze brede quiz, die vragen over Miss België afwisselt met aardrijkskunde en schunnige me-taforen. Zo begon Bart De Pauw, verliezend finalist in 2014, al peentjes te zweten als een vraag ook maar in de buurt van sport kwam.

Ga eerst roemloos ten onder

Stel dat De slimste mens alleen om kennis zou draaien, dan zou Marc Reynebeau met de vingers in de neus gewonnen hebben. Zonder winnaarsmentaliteit of drang om te scoren, de goesting om de concurrentie af te drogen, ben je bij voorbaat verloren. Zelfs de ogenschijnlijk 'chille' 2014-winnaar Adil El Arbi stak naar het einde toe niet onder stoelen of banken dat hij graag wou winnen.

Zo ook Van Den Spiegel: "Je hebt duidelijk deelnemers die meer met profilering, imago en grappig overkomen bezig zijn, dan met de quiz. Ik had geen ambitie om plots BV te worden, ik kwam alleen naar daar om te presteren."

Jezelf als underdog profileren, en niet als een verbeten haai, kan zeker geen kwaad. Maar de quiz totaal wegrelativeren in het licht van hongersnoden en ander wereldleed is een kapitale fout. Dat heeft Waes, niet voor niets bekend geworden met zijn verbetenheid in Tomtesterom, goed begrepen. "Eigenlijk is het totaal onbelangrijk, maar zodra je daar zit, is die quiz plots van staatsbelang en wil je per se winnen", zegt hij. "In het begin wou ik vooral die eerste afleveringen overleven. Dan hoopte ik vijf afleveringen te halen, wat nodig was om in de finaleweek te komen. Dan kwam het aantal afleveringen van Kobe Ilsen in zicht, en wou ik hem kloppen. En nu zou ik dat record van Gert Verhulst kunnen breken. Elke keer wordt die grens verlegd."

Volgens cabaretier Wouter Deprez, die in 2005 met het eremetaal aan de haal ging, komt het eropaan een evenwicht te vinden tussen niet willen afgaan op nationale televisie zonder te veel in te zitten met je ego. "Je wilt niet eerst scoren met de namen van de kleinkinderen van Jean-Marie Pfaff, en even later flagrant de mist ingaan bij vragen over de Golfoorlog, of Gorbatsjov niet herkennen. Die angst om af te gaan drijft je wel, al kan te hard bezig zijn met je imago er weer voor zorgen dat je verlamd raakt."

De beste optie lijkt eerst roemloos door de mand te vallen, snel uit het spel te liggen, en dan door Erik Van Looy een tweede keer gevraagd te worden. Reken maar dat je dan gebrand bent op revanche. Bart De Pauw, Bart De Wever en nu ook Tom Waes kunnen erover meespreken. Waes hield het, mede door de zenuwen, vijf jaar geleden maar twee afleveringen uit. "Frustrerend, omdat ik wist dat ik beter kon. En dat dacht Erik ook, daarom dat hij me vroeg terug te komen."

Ook De Pauw kwam in 2014 terug in volle quizmodus. Af en toe maakte hij nog wel een grapje. "Dat werkt net verademend. Af en toe stoom aflaten in die quiz helpt, maar vooral in de eerste rondes. In de laatste bepalende rondes ben je daar te gefocust voor."

Linda De Win had dat gevoel zelfs in de eerste rondes al: "Sommige kandidaten, vooral mannen, kunnen perfect grappig reageren en toch alert blijven. Ze laten zich niet van de wijs brengen, maar dat soort van multitasken kan ik niet. Ik heb me vooral gefocust op de quiz en de rest laten passeren."

Durf gemeen te zijn

Dat een kandidaat zich in het finalespel tactisch moet laten zakken tot onder het aantal seconden van de tegenspeler om eerst te kunnen antwoorden, is na dertien seizoenen wel duidelijk. Maar tactiek kan al nuttig zijn in de eerste rondes.

Het is bijvoorbeeld geen toeval dat Tom Waes vaak traag uit de startblokken komt. "Wie in de eerste twee rondes de meeste seconden sprokkelt, mag bij de puzzel en beeldenronde niet als eerste aanvullen. Nochtans zijn daar de meeste seconden te verzamelen. Voor mij persoonlijk is dat heel moeilijk, omdat ik van nature speel om te antwoorden."

Dezelfde tactiek leidde in het verleden ook al tot verbeten duels tussen Bart Cannaerts en Tomas Van Den Spiegel. Die laatste zorgde er ook steevast voor dat hij zo snel mogelijk door de fotoronde vlamde, en liever razendsnel paste in plaats van even na te denken als hij het antwoord niet meteen wist. "Om te voorkomen dat andere kandidaten later nog veel zouden kunnen aanvullen." De ex-basketballer maakte er in het finalespel ook een sport van om zich al vanaf 150 seconden rustig te laten zakken, want eenmaal onder de honderd begint het er al om te spannen. "Dan heb je veel minder controle."

Dat brengt ons vanzelf bij een andere basisvoorwaarde voor al wie de quiz beoogt te winnen. Voor scrupules is in De slimste mens geen plaats. "Je moet meedogenloos gemeen durven zijn", zegt Deprez. "In dat opzicht was De slimste mens zalig voor mij. In het dagelijks leven ben ik een heel braaf manneke, die quiz was de perfecte dekmantel om eens de klootzak uit te hangen. Niemand die je het kwalijk kan nemen, want het is tenslotte maar een spel."

Blijf koelbloedig

Maar om tactisch slim uit de hoek te komen, moet je eerst wel koelbloedig blijven. Van Den Spiegel had op dat vlak een voetje voor. Zoals Sam De Graeve, eindredacteur van de eerste tien jaar, zegt: "Sporters hebben het spelletje snel door, weten wanneer je voor de punten moet gaan. En ze blijven rustig." Ze weten immers wat het is om te presteren onder druk.

Geen sinecure als je in een studio zit waar tal van camera's en spots op je gericht zijn. Als meer dan 800.000 kijkers elke flagrante misser kunnen volgen, missers die daags nadien ook nog eens alle kranten halen.

Is het daarom ook dat zoveel tv-figuren het zo ver brengen in de quiz, omdat ze de camera's, belangstelling en spotlights al gewoon zijn? "Ik zag wel dat die druk iemand als Umesh Vangaver parten speelde", zegt De Pauw. "Behalve zijn rol in De biker boys had hij toen nog weinig of geen schermervaring. Maar een bekende kop is ook een tweesnijdend zwaard. Je hebt een reputatie te verdedigen, wat ook voor extra stress zorgt. Eén uitschuiver en heel Vlaanderen denkt dat je een domme kloot bent. Dat ik, door een blackout, geen Amerikaanse staten beginnend met een M kon opnoemen, heb ik nog lang mogen horen."

Een totaal gebrek aan stalen zenuwen heeft menig kandidaat al de das om gedaan, weet De Graeve. "Toen Ann Van Elsen de eerste keer deelnam, zat haar nervositeit ontzettend in de weg", zegt hij. "Dat verhindert een mens om logisch na te denken. Ik zie me nog denken: moet ik haar nu gaan masseren. Tom Waes had dat ook tijdens zijn eerste deelname in 2010. Maar vijf jaar later heeft hij die prettige ontspanning die nodig is om het ver te schoppen in deze quiz. Ik denk dat hij nóg meer vertrouwd is met de studio, dat is handig om de zenuwen onder controle te houden."

Toch was Waes naar eigen zeggen "strontzenuwachtig" bij zijn terugkeer. "Wanneer die begintune start, overvalt je zo'n beangstigend gevoel. Daarom probeer ik nieuwkomers daarvoor al wat op hun gemak te stellen. Iets wat de redactie van het programma trouwens bij mij heeft gedaan."

Op je gemak zijn is niet genoeg. Wie onvoldoende is uitgeslapen, kan onmogelijk alert blijven, denkt Waes. "Vaak worden er twee opnames per dag gedaan. Dan valt de finale van die tweede opname al snel na 23 uur. Heel vermoeiend, maar ik heb het geluk dat ik mijn hoofd maar moet neerleggen om in slaap te raken. Meestal werk ik in de voormiddag nog goed door, leg ik me dan rond 14 uur even in de zetel en dan slaap ik twee uur."

Ook Annelies Rutten, journaliste bij Het Nieuwsblad en winnares in 2007, kon wat slaap gebruiken. "Ik had mijn weekends wel nodig om te recupereren. Al had dat toen meer met de job te maken. Op dat moment volgde ik overdag het proces Hans Van Themsche en zat ik 's avonds in de opnames. Echt uitgerust kun je dat niet noemen."

Wees niet te jong

Toch zijn er ook voordelen verbonden aan Ruttens journalistieke beroep. Winnaars van De slimste mens zijn de laatste jaren vaak mensen uit de sector gebleken. Kandidaten die om professionele redenen met de actualiteit bezig zijn. "Journalisten raken ver, maar dat is logisch", zegt Rutten. "Er zijn niet zoveel jobs waarbij je meer dan vijf kranten op je bureau hebt liggen. Die algemene kennis heb je nodig. Eigenlijk is De slimste mens niet zo'n moeilijke quiz, maar je moet wel van heel veel dingen op de hoogte zijn."

Wat ook helpt om meer te weten, zijn kilometers op de teller, denkt VRT-journaliste Linda De Win, die de quiz in 2010 won. "Volgens mij mag je niet te jong zijn, moet je kennis wat verder teruggaan dan de laatste tien jaar", zegt De Win. "Natuurlijk kun je kennis ook verwerven door studie, maar het is beter wanneer je het allemaal hebt meegemaakt."

Nochtans is de ideale kandidaat volgens presentator Erik Van Looy 42 jaar oud. Ook Sam De Graeve denkt dat die best een beetje jonger is. "De ideale kandidaat is tussen de 30 en de 40 jaar oud", zegt hij. "Na je veertigste begin je dingen te vergeten, is het verval onontkomelijk. Natuurlijk zijn er altijd uitzonderingen, zoals Mark Eyskens. Misschien helpt het als je een heel leven blijft studeren, om je geheugen kwiek te houden."

Kan blokken vlak voor de quiz ook helpen? De meningen zijn verdeeld. De afgelopen seizoenen zijn er ook heel wat kandidaten de revue gepasseerd die zich intensief hadden voorbereid op de quiz. Ook al wilden ze dat niet altijd toegegeven. "Soms merk je dat kandidaten opmerkelijk sterker zijn gaan quizzen tussen hun cafétest en de eerste opname", zegt De Graeve. "Hans Bourlon is daar altijd openlijk voor uitgekomen. Hij hield een schriftje bij in de aanloop naar de quiz. Een trucje dat velen daarna heeft geïnspireerd. Iemand als Jelle Cleymans deed dat wat later ook, maar dan op iPad."

Anderen lieten zich in de aanloop naar het programma rigoureus ondervragen door vrienden en familie. Denk: minstens vijf antwoorden over Jeanne D'Arc aan de ontbijttafel verzinnen voor ze aan hun cornflakes mochten beginnen. Waes en De Pauw waren dan eerder 'zelftrainers', die het niet konden nalaten om bij zowat alles wat ze zagen meteen mentale lijstjes te maken.

Kijk goed uit je ogen

Maar je kunt nog zo hard blokken, sommige noodzakelijke kenmerken heb je of heb je niet. "Ik heb een vrij goed geheugen dat op de een of andere manier nu eenmaal geprogrammeerd is om nutteloze info op te slaan", verklapt Van Den Spiegel. "Weetjes waarvan je denkt: waarom weet ik dat in godsnaam? Zonder ben je niets in dat spel. Anderzijds: dat komt alleen maar van pas bij quizzen als De slimste mens."

Goede ogen zijn evengoed een must. Of tenminste goede lenzen of een bril. Zo zullen velen zich de passages van Linda De Win herinneren, die om de fotorondes beter te kunnen zien, gewoon naar de schermen in de studio toeliep. "Het scherm in de studio is effectief moeilijk te zien, omdat het zo ver staat", zegt Annelies Rutten.

"Maar soms hangt het ook af van de beelden zelf. Die fotoronde over dieren op de operatietafel bij Jan Bakelants deze week was heel erg moeilijk. Eigenlijk zijn dat meer grapjes waar je het antwoord toch niet op kunt weten. Daar moet je tegen kunnen, dat is eigen aan deze quiz."

Tom Waes prijst zich alvast gelukkig om zijn goede zicht, al zal hij zich niet inhouden als het nodig blijkt. "Als ik het ooit echt niet zou kunnen zien, zou ik me niet generen om te doen wat Linda De Win altijd deed", zegt hij.

Niettemin heeft Waes nog geen reden om te juichen. Want zelfs wie op papier (zo goed als) beantwoordt aan het ideale profiel van De slimste mens is lang niet zeker dat hij of zij de titel ook binnenhaalt. Vraag maar aan Marnix Peeters, Michiel Devlieger, Bruno Wyndaele of Sven de Leijer: ook allemaal geestig, niet te oud, uit de media, gedreven om te winnen én eigenaars van goede ogen. Maar de eindmeet hebben ze niet gehaald.