Direct naar artikelinhoud

Hoge Raad voor de Justitie wil lopende zaken kunnen onderzoeken

De Hoge Raad voor de Justitie wil dat er een einde komt aan het verbod om een bijzonder onder-zoek te openen naar lopende gerechtelijke onderzoeken.

"De magistratuur verwart haar onafhankelijkheid al eens met onaantastbaarheid", zegt Tony Van Parys, bureaulid van de Hoge Raad voor de Justitie (HRJ), het externe controleorgaan voor de rechterlijke organisatie. "Dat willen we doorbreken, zonder dat de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht in het gedrang komt."

De naderende hervorming van het gerechtelijk landschap, waarbij het aantal gerechtelijke arrondissementen daalt van 27 naar 12 en de arrondissementen meer autonomie krijgen toebedeeld, maakt volgens Van Parys de externe controle nog veel belangrijker dan nu al het geval is. Daarom vraagt de HRJ om meer bevoegdheden wat betreft het openen van bijzondere onderzoeken naar zaken die foutlopen binnen de rechterlijke orde.

"In de zaak-Van Uytsel kon het Comité P zonder problemen een onderzoek openen naar de werking van de politie, maar wij moesten wachten om een bijzonder onderzoek naar de werking van justitie te openen tot het gerechtelijk onderzoek was afgerond. Het zou toch mogelijk moeten zijn om daar eerder mee te beginnen, met respect voor de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht natuurlijk", stelt Van Parys.

Van Parys pleit ook voor een samenwerking met het Comité P en met andere auditdiensten. "We weten allemaal dat onze justitie momenteel niet goed functioneert. Elk bedrijf laat audits uitvoeren, zowel intern als extern, maar bij justitie zit dat allemaal nog in een embryonale fase. Voor sommige magistraten komt die evolutie wellicht als een cultuurschok."

De Hoge Raad voor de Justitie werd in 2000 opgericht in de nasleep van de affaire-Dutroux. Het orgaan telt 44 leden, zowel magistraten als niet-magistraten.