Beleg eens in een kudde koeien

en... koeien! U stopt wel met lachen als u naar hun rendement kijkt.

Whisky

Verzamelwhisky's gaan voor een paar honderd euro van de hand. Gewoon een mooi eindejaarsgeschenk, zou u zeggen. Maar als u die gulle gift lang genoeg laat staan, kan ze enkele duizenden euro's waard worden. Verzamelwhisky's hebben, in tegenstelling tot verzamelwijnen, het voordeel dat ze blijven stijgen in waarde: whisky gist niet door, waardoor de drank ook na enkele tientallen jaren zijn waarde behoudt. En de prijs die ervoor wordt betaald gaat zienderogen omhoog, zeker als zo'n fles van generatie op generatie wordt doorgegeven en de distillerij in kwestie inmiddels niet meer bestaat. Een fles Springbank Single Malt-whisky, in 1919 gedistilleerd en in 1970 gebotteld, staat momenteel bijvoorbeeld te koop voor 55.000 euro. Dat is een uitzondering, maar er gaan heel wat verzamelwhisky's van de hand aan prijzen tussen 3.000 en 5.000 euro, aan een originele aankoopprijs van enkele honderden euro's. De World Whisky Index, een Nederlandse website die 46.000 flessen volgt aan een totale waarde van meer dan 5,6 miljoen euro, vertoonde een gemiddeld geïncasseerd rendement van 32,7 procent ten opzichte van de eerste 'notering' in 2008. Alleen opletten dat uw investering in het gedruis van een eindejaarsfeestje niet per ongeluk wordt soldaat gemaakt.

Speelgoed

Investeringsgoederen zijn altijd maar zoveel waard als wat de gek ervoor wil betalen, maar in de speelgoed- en memorabiliamarkten lopen er zo gelukkig heel wat rond. Neem bijvoorbeeld de haast onbegrijpelijke verzamelwoede die zich de afgelopen decennia rond zogeheten action figures bij de Star Wars-films heeft opgebouwd: figuurtjes die in de late jaren zeventig en de vroege jaren tachtig op de markt zijn gekomen, en die gewoon in hun blisterverpakking zijn gebleven, kunnen dertig jaar later heel wat geld waard zijn. Opnieuw gelden hier de wetten van de schaarste: producten die na korte tijd uit de handel werden gehaald, zijn ook het meeste waard. De duurst verkochte Star Wars-figuur op het moment is een Darth Vader met een telescopisch uitschuifbaar lichtzwaard in zijn rechterarm, die in 1978 eventjes voor ongeveer drie euro in de winkelrekken hing. Die gaan nu voor meer dan 4.000 euro op eBay, en soortgelijke snel geaborteerde figuurtjes brengen 1.000 tot 2.000 euro op. Yep, allemaal voor een plastic poppetje.

Muziek

Michael Jackson was sinds de jaren tachtig eigenaar van de uitgeefrechten op alle muziek van The Beatles, wat de erven-Jackson vandaag nog steeds een aardige duit opbrengt. Marcel Heymans, de vorige Belgische baas van de platenfirmalobby Ifpi, ging enkele jaren geleden op vervroegd pensioen dankzij het feit dat hij deels kon rentenieren op de opbrengsten van rechten op oude 'hoempapamuziek', die hij vroeger had gekocht. Warren Buffett, de Amerikaanse investeringsgoeroe, noemde royalty's al de "best business in the world". U kunt ook investeren in beginnend talent: als dat potten breekt, zit u gebeiteld. Internetondernemer Bart Becks en muzikant Maurice Engelen democratiseerden dat proces onlangs met hun muzieklabel SonicAngel, en voor sommige artiesten werkt dat: wie online investeerde in het eerste album van Tom Dice, haalde daar een rendement van 260 procent op.

Strips

Acteur Nicolas Cage verkocht onlangs zijn eerste druk van het allereerste nummer van Action Comics, een stripboekje uit 1938, voor het ronde bedrag van 2,1 miljoen dollar (1,6 miljoen euro), op een veiling. Het ging hier niét om een kleinood dat per ongeluk op zolder werd gevonden: Cage kocht het boekje veertien jaar geleden al op diezelfde veiling, maar dan voor 150.000 dollar (111.000 euro). Eerste drukken van stripverhalen brengen dus goed geld op in het veilingencircuit, en winnen stevig aan waarde. Ander voorbeeld: vorig jaar nog ging een eerste druk van de allereerste Superman-strip ook al onder de hamer voor 1,6 miljoen dollar (1,2 miljoen euro). Dat zijn natuurlijk extreme voorbeelden, maar verzamelexemplaren van strips brengen sowieso een hoop geld op. Exemplaren van Kuifje-strips, bijvoorbeeld, gaan voor enkele duizenden euro's van hand tot hand. Een belangrijk jaartal om naar te kijken is 1954: toen werd de offsetdruk in gebruik genomen, wat betekent dat alle strips na die datum eigenlijk niet meer interessant zijn. Voor de komst van de offset werden ze namelijk in kleinere oplages gedrukt en met minder duidelijke (lees: vintage!) kleuren, wat hun verzamelwaarde omhoogdreef.

Koeien

Een aantal onder de economische crisis gebukt lopende Europese en Amerikaanse veeboeren bedachten een origineel pachtsysteem om onder de hoge investeringskost van een nieuwe veestapel uit te komen. Nieuwe koeien kosten een pak geld, dat ze niet altijd meteen liggen hebben. Dus laten ze hun koeien kopen door particulieren, en leasen ze die terug voor een periode van vijf jaar. Daarna kan de boer zijn koeien kopen aan een restwaarde, net als bij een auto. De praktijk wordt onder meer gebezigd door een aantal Franse bedrijven, die op die manier tienduizenden koeien in een leasingcontract hebben zitten. De opbrengst is niet kwaad: de pachtgevers betalen ongeveer 1.300 euro per koe, en aan het einde van de leasingperiode hebben ze een rendement van zo'n 5 procent erop gehaald. In de Verenigde Staten werd de praktijk ondertussen ook al overgenomen, al wordt er daar met woekerrentes/stevigere rendementen gewerkt: er bestaan contracten met een jaarlijkse rente tot 12 procent.