“We hebben een nieuw finaal vredesakkoord bereikt voor het gewapend conflict, waarin aanpassingen, preciseringen en aanvullingen werden toegevoerd van verschillende onderdelen van de maatschappij”, klinkt het in een gemeenschappelijk persbericht.

“Ik moet nederig toegeven dat dit akkoord beter is dan het vorige”, verklaarde Santos zaterdagavond tijdens een televisietoespraak. Toen hij in augustus aankondigde dat beide partijen een akkoord hadden bereikt, had hij ook al verklaard dat het om het “best mogelijke akkoord” ging.

Op Twitter noemen de Farc het akkoord een “akkoord van de hoop”. “Het enige wat nog nodig is om de fundamenten te bouwen van een vreedzaam Colombia is de toepassing van dit akkoord”, klinkt het. Hoofdonderhandelaar van de guerilleros Ivan Marquez verklaarde ook dat de Farc “een grotere inspanning hebben geleverd om tegemoet te komen aan de vraag voor vrede”.

In de hoofdstad Bogota kwamen tientallen mensen op straat om het nieuwe akkoord te vieren.

Nobelprijs

President Santos, die onlangs nog de Nobelprijs voor de Vrede won voor zijn inspanningen rond de vredesonderhandelingen in Colombia, heeft ook een ontmoeting gehad met zijn voorganger Alvaro Uribe, een van de grootste tegenstanders van het vorige akkoord, om hem te overtuigen om het nieuwe akkoord wel goed te keuren.

Uribe verklaarde na de ontmoeting dat Santos erover moet waken dat het akkoord nog niet als definitief wordt bestempeld en dat de tegenstanders van het vorige akkoord en de slachtoffers van het conflict eerst over het akkoord op de hoogte moeten worden gesteld vooraleer het wordt toegepast.

Eerder meldde Santos al dat het nieuwe vredesakkoord niet opnieuw ter stemming zal voorleggen aan de bevolking. Op juridisch vlak is de goedkeuring door het Congres voldoende, maar bij het eerste vredesakkoord wilde Santos met het referendum een grotere basis bereiken.

De guerilla en de regering onderhandelden gedurende vier jaar over het akkoord dat in augustus werd bereikt. Het werd echter verworpen door de bevolking, voornamelijk omdat in het akkoord werd opgenomen dat de guerrilleros niet gestraft worden voor het geweld tijdens het conflict en dat de guerrillabeweging wordt omgevormd tot een wettelijke politieke beweging.

220.000 doden

Het akkoord moet een einde maken aan een conflict dat meer dan 50 jaar geduurd heeft tussen de regering, rechtse paramilitairen en linkse guerillastrijders, waarbij meer dan 220.000 mensen om het leven kwamen en miljoenen mensen op de vlucht sloegen.