Direct naar artikelinhoud

30 jaar goede ideeën delen met TED

Het begon als een eenmalige bijeenkomst over technologie, entertainment en design. Dertig jaar later is TED een wereldwijd fenomeen, met conferenties in 150 landen en filmpjes die online al twee miljard keer bekeken werden. Dit is het geheim van het delen van gouden ideeën.

TED ziet het levenslicht in 1984. Het is een idee van architect Richard Saul Wurman, die 300 vrienden en collega's uitnodigt om te discussiëren over technologie, entertainment en design. Afgekort: TED. Volgens Wurman komen de werelden van deze disciplines steeds dichter bij elkaar. Een mooi voorbeeld is de eerste Macintosh van Apple die in hetzelfde jaar wordt uitgebracht.

De eerste TED-bezoekers krijgen demonstraties van de computer van de toekomst. Maar ze zijn ook getuige van de eerste cd-rom, het e-book en de computer graphics van Lucasfilm, wat later Pixar zal worden. En toch is het evenement geen onverdeeld succes. Wurman maakt verlies en zal zes jaar wachten om het een tweede keer te proberen.

Sinds 1990 is TED een jaarlijkse conferentie. Eerst in Monterey, op de vruchtbare techbodem van Silicon Valley, later in Long Beach en Vancouver. Wetenschappers, ontwerpers en architecten, maar ook zakenlui behoren tot de eerste, trouwe bezoekers. TED wordt groot, Wurman oud. In 2001 geeft de 65-jarige bezieler de fakkel door aan de in Pakistan geboren Brit en TED-enthousiasteling Chris Anderson. Die leert de conferentie in 1998 kennen tijdens een doortocht door Amerika. Anderson heeft dan al een fortuin verworven door zijn hobby als computernerd te vertalen naar computertijdschriften. Een business die hem steenrijk maakt.

De media-ondernemer brengt TED onder in zijn non-profitstichting The Sapling Foundation. Onder het motto 'Ideas worth spreading' tilt Anderson TED naar een nog hoger niveau. En brengt hij duizenden gouden ideeën van sprekers over de ganse wereld dichter bij de mensen.

Aanvankelijk mogen presentaties vijftien minuten duren, maar bij vele sprekers worden dat er al gauw vijfentwintig. Daarom bedenkt Anderson de achttienminutenregel. "Het is gebleken dat die tijdspanne net genoeg is om iets substantieels te vertellen", vindt Anderson. "Maar het is ook kort genoeg om er ieders aandacht bij te houden. Het is de duur van een koffiepauze. Daarom werken de video's ook goed op het internet."

Volgens Anderson zit het geheim van TED in de combinatie van innovatie en persoonlijke verhalen. Daarvoor verwijst hij graag naar de lezing van de gehandicapte atlete Aimee Mullins die, terwijl ze haar kunstbenen uit haar lijf schroeft, vertelt hoe rijk ze haar leven vindt. "Ze vermengt haar persoonlijke verhaal met innovatie. Dat is de formule", zegt Anderson. "Het onderwerp mag niet met afstand gebracht worden."

Democratisering

Een eerste belangrijke stap in de democratisering van het delen van ideeën zet Anderson in 2006. Om iedereen te laten meegenieten van de visies van zijn sprekers zet hij alle TED Talks online. Gratis. Dat wordt gecompenseerd door de torenhoge ticketprijzen van de TED Conference. Die zijn datzelfde jaar gestegen tot 4.400 dollar. Een jaar later wordt overgeschakeld op een ledensysteem. Het lidmaatschap van TED kost zo'n 6.000 dollar. Enkel leden krijgen nog toegang tot het event. Intussen betaal je 7.500 dollar voor het basispakket.

Maar het kan altijd beter. Er is dan al TEDGlobal, een conferentie die niet in Monterey, maar elders in de wereld plaatsvindt. En in 2009 gaat het initiatief helemaal de wereld rond. Met TEDx kunnen lokale organisaties hun eigen, onafhankelijke event op poten zetten.

Christophe Cop is de eerste Belg om zo'n TEDx te organiseren. "Ik ontdekte de filmpjes van TED al in 2006", vertelt Cop. "Het was de combinatie van technologie, wetenschap en soms filosofie die me aansprak. Ik was nog student, maar wat ik in die filmpjes van achttien minuten hoorde, was vaak interessanter dan wat mijn proffen in een volledig jaar te vertellen hadden. Soms nodigde ik vrienden uit om samen de filmpjes te bekijken en achteraf over de onderwerpen te debatteren."

Cop krijgt begin 2009 een e-mail. Als geregistreerde TED-gebruiker verneemt hij als eerste het nieuws dat de activiteiten internationaal gaan. En dat iedereen een TEDx kan organiseren. "Ik ben meteen in actie geschoten en op 3 juli 2009 was de eerste TEDxFlanders een feit. We waren de eerste om een TEDx te organiseren in België en de zesde in Europa. De eerste editie was goed voor zo'n 60 geïnteresseerden voor drie sprekers in een Antwerpse aula. Meer had ook niet gemogen. TEDx-organisaties mogen maximaal honderd mensen ontvangen, tenzij de curator ooit zelf op een TED-event aanwezig is geweest. Dus ben ik naar de Verenigde Staten vertrokken."

Kampvuurgevoel

Cop is intussen drie keer naar TEDActive geweest, dat parallel met TED wordt georganiseerd, maar de helft minder kost - dit jaar bedraagt het lidmaatschap 3.750 dollar - en in Palm Springs plaatsvindt. "Dat is niet alleen een bijzondere locatie, er zitten ook meer jongeren dan op de gewone TED. Er zijn toffe feestjes, zwembaden, het echte kampvuurgevoel."

Als TEDx-organisator krijgt Cop korting, maar toch kosten de uitstappen een smak geld. "Het is niet iets om elk jaar te doen, maar je krijgt er veel voor terug. Ik vind het belangrijk om gelijkgezinden te ontmoeten en de sfeer op te snuiven. Die probeer ik te over te brengen naar TEDxFlanders."

Na TEDxFlanders volgen ook andere Belgische initiatieven, onder meer in Brussel, Gent, Hasselt en Leuven. Zolang de spelregels worden gevolgd, komt elke potentiële organisator in aanmerking. TED kent één initiatief per stad toe. Alle filmpjes van de evenementen moeten gratis online komen. En net als de officiële TED mag niemand winst maken. Daarom hebben vele organisaties bij ons een vzw-statuut en werken ze uitsluitend met vrijwilligers.

Naast toegangsgelden zoekt elke TEDx ook sponsors. Sprekers mogen - behalve onkosten - geen geld ontvangen voor hun lezing. En ook het omgekeerde is waar: sprekers mogen niet betalen om te spreken. Een kaartje voor de volgende TEDxFlanders - op 26 maart in Antwerpen - kost 76 euro. Daarvoor krijg je dertien lezingen van achttien minuten en een handvol optredens van bekende en minder bekende artiesten.

Functioneel en mooi

Hoewel TED een nobel doel voor ogen houdt - het delen van ideeën - blijft de kritiek dat de lezingen enkel voor de happy few zijn weggelegd. TED-baas Anderson spreekt dat tegen. "Mensen die dat zeggen, zijn nog nooit naar een conferentie geweest", zei hij in de Volkskrant.

"Op de radio hoorde ik een Ghanese Amerikaan vertellen dat hij na het zien van een TED-video naar Ghana terugkeerde om daar ontwikkelingswerk te gaan doen. Er zijn duizenden van die verhalen. We zouden ze eigenlijk moeten documenteren."

Toch moeten bezoekers - naast duizenden dollars - ook andere bagage naar de conferentie meebrengen. Ze moeten namelijk interessant genoeg zijn. "We willen mensen die, als je er naast komt te zitten tijdens een lunch, een goed gesprek kunnen voeren. Het zijn dromers. Mensen die gekke, grote ideeën durven te dromen."

TED draait dus om gekke, grote ideeën. Maar vooral goede ideeën. En volgens Anderson zijn er daarvan twee soorten. "De eerste categorie geeft mensen meer inzicht in de wereld om hen heen. Als ik naar buiten kijk, zie ik in Amsterdam bijvoorbeeld mooie grachten en vriendelijke mensen. Een goed idee zorgt ervoor dat ik dieper kijk: hoe is dat zo kunnen komen?

"De tweede soort gaat over verandering en de toekomst. Mensen nemen het beeld dat ze hebben van de wereld en bedenken wat ze ermee zouden kunnen doen. Denk aan een glazen brug over een gracht. Dat is functioneel en mooi. Als meer mensen in zo'n idee geloven, kan het in de toekomst waarheid worden."

Meer info over TEDxFlanders op tedxflanders.be