Direct naar artikelinhoud

De Gucht: 'Ik zou het morgen opnieuw doen'

Er komt een intern onderzoek naar de brieven die Karel De Gucht stuurde naar de topman van de Bijzondere Belastinginspectie (BBI), Frank Philipsen. De Gucht blijkt wel degelijk een antwoord te hebben gekregen op zijn brieven, maar houdt voet bij stuk.

Voor staatssecretaris van Fraudebestrijding John Crombez (sp.a) is het duidelijk: "Blijkbaar heeft De Gucht onwaarheden verteld, zowel in de pers als tegenover de BBI. Dat is problematisch voor een eurocommissaris." Crombez vraagt snel duidelijkheid: "Elke zweem van partijdigheid of favoritisme is absoluut te vermijden in een belangrijke overheidsdienst als Financiën."

De heisa is terug te brengen tot een vete tussen eurocommissaris Karel De Gucht en de Gentse BBI-directeur Karel Anthonissen, die een fraudeonderzoek naar de liberaal voerde. De Gucht zou via de topman van de BBI, Frank Philipsen, druk hebben uitgeoefend om Anthonissen van de zaak te halen.

"Die man heeft een kruistocht tegen me gevoerd enkel en dat alleen om mij te pesten", zei een ziedende De Gucht gisteren in Terzake. "Crombez zou trouwens beter minder lichtzinnige uitspraken doen over dit dossier."

Zaterdag pakte De Tijd uit met drie brieven waarin de eurocommissaris bij Philipsen zijn beklag doet over Anthonissen. "Zoals elke burger heb ik het recht om mij kwaad te maken", reageerde De Gucht. Hij benadrukte dat hij geen antwoord kreeg op zijn brieven. "En dat vond ik niet erg."

Privézaak

Gisteren dook er nog een vierde mail op van De Gucht aan het adres van de BBI-topman. Daarin vraagt hij een intern document op, waarin Anthonissen zegt afstand te willen doen van de fraudezaak. Een extra wapen voor De Gucht in de strijd tegen zijn rivaal, die hij eerder al 'een gevaarlijk man' noemde.

Maar wat meer is: De Gucht verwijst in de brief naar een eerder telefoongesprek, waarin Philipsen al toezegde om hem dat document te bezorgen. Er is dus duidelijk wel contact geweest tussen beide heren. "Niet per brief", klinkt het laconiek bij de FOD Financiën, waar de BBI onder valt. De Gucht wil niet met een duidelijk 'ja' of 'nee' antwoorden.

Dat schreeuwt om een intern onderzoek, beseft het hoofd van de FOD Financiën, Hans D'Hondt. Dat komt er ook, met als centrale vragen: wie heeft de informatie doorgespeeld en gebeurde dat onrechtmatig? Het onderzoek is gefocust op Philipsen en de laatste brief die naar boven komt. De bedoeling is dat er volgende week al resultaten zijn.

"Ik ga ervan uit dat mijn administratie zich niet heeft laten beïnvloeden", zegt D'Hondt. "Maar laten we het onderzoek afwachten." Minister van Financiën Koen Geens (CD&V) wenst niet te reageren op individuele dossiers, terwijl Open Vld zich niet in de debatten mengt en aangeeft dat het om een 'privézaak' gaat.

De Gucht zelf pleit onschuldig. Hij verwijst naar de uitspraak van het hof van beroep, die eind vorig jaar oordeelde dat het BBI-onderzoek onrechtmatig tegen hem werd opgestart. De liberaal benadrukt dat alle documenten die hij gebruikt heeft, allemaal rechtmatig verkregen zijn, via de wet op de openbaarheid van bestuur. "Er is op nooit sprake geweest van enige hulp binnen de BBI."

"Ik heb niet meer gedaan dan enkele brieven gestuurd", herhaalt De Gucht. "Dat is toch geen misdaad? Ik zou het morgen opnieuw doen. Die lui krijgen elke dag wel honderden brieven." In de wandelgangen van het parket van Oost-Vlaanderen klinkt het inderdaad dat een gerechtelijk onderzoek tegen De Gucht momenteel niet aan de orde is. Er wordt eerder gesproken over een deontologische vraagstuk en dat is niet de bevoegdheid van het parket.

Op de hoofding van de brieven die De Gucht stuurde prijkte zijn titel van minister van Staat. "Ook zonder weet de bestemmeling wie ik ben", foetert hij. "Ik zal u zelfs meer zeggen. Ik ben zo hard aangepakt door mijnheer Anthonissen, net omdat ik een politicus ben."

Partijdigheid

De schijn van partijdigheid wordt groter omdat Philipsen lid is van de liberale familie. Dat hij als voormalig medewerker van verschillende MR-kabinetten een etiket heeft, ontkent hij niet. "Dat krijg je opgekleefd, hoewel ik nooit een partijkaart heb gehad." Met De Gucht heeft hij geen band, geeft Philipsen aan.

"Dat etiket wil niets zeggen", stelt De Gucht. "Er hangt Anthonissen een blaam boven het hoofd, omdat hij tijdens het onderzoek te eigenzinnig is geweest. Philipsen had een verwittiging voorgesteld, maar de sanctie werd verzwaard door de directieraad van Financiën, waar Philipsen niet inzit." Het is ook niet zo dat hij en Anthonissen niet meer door één deur kunnen. "Af en toe is er een conflict, maar onze relatie is professioneel", klinkt het unisono bij die twee.

Onvermijdelijk is het De Gucht die lijdt onder de hele hetze. Zijn positie als eurocommissaris staat echter nog lang niet ter discussie, al volgen ze de zaak in het Berlaymont-gebouw op de voet.