Direct naar artikelinhoud

Rellen in het zand, dat is zo 2011

Vijf zomers geleden waren ze groot nieuws: de relschoppende jongeren in recreatiedomeinen als dat van Hofstade. Vandaag herinnert haast niemand ze zich nog. Zijn de problemen ten gronde opgelost? 'Het is hout vasthouden.'

"Welke rellen?" Dat het er ooit hardhandig aan toe ging in het zand waar nu schepjes en emmertjes liggen, daar herinneren nog maar weinig mensen zich iets van, zo leert een rondje over het Blosodomein in Hofstade.

Domeinverantwoordelijke Myriam Dewael weet het wel nog goed. Maandag 25 april 2011 staat in haar geheugen gegrift, zegt ze terwijl ze vanop de pier de zowat duizend bezoekers overschouwt. Het was de dag die begon met een woordenwisseling en eindigde met agenten die ingesloten en bekogeld werden door tweehonderd amokmakers. De balans na die dag: verschillende vernielde combi's, een paar lichtgewonden, een enkele arrestatie. "We hebben er uit geleerd."

De lessen zijn volgens Dewael: inkom vragen, identiteiten controleren, hekken plaatsen, camera's installeren en privébewaking inschakelen. "De best beveiligde zwemvijver van het land", werd het domein op een bepaald moment genoemd. In Hofstade liggen ze niet wakker van die titel, al die maatregelen hebben geloond. "Er zijn geen ernstige incidenten meer geweest. De herrieschoppers blijven weg." Een deel van de jongeren ook wel, geeft ze toe. "Maar het is hier tenminste opnieuw een familieplek geworden."

Strenge identiteitscontrole

De zussen Peeters, enkele handdoeken van de pier verwijderd, beamen. Terwijl ze praten en hun voeten uit het zand proberen te houden, houden ze hun kroost in het water in de gaten. Zes stuks zijn het. "Het is veel leuker om met hen naar hier te komen", geeft Katrien, de jongste zus, toe. Ze kan het weten. Vijf jaar geleden was ze hier toen de herrie uitbrak. "Je kunt het domein niet meer vergelijken met hoe het toen was. Nu zie je hier haast alleen families, niet meer de grote groepen allochtone jongeren uit het Brusselse. Niet dat ik racistisch ben, maar die jongeren maakten het hier echt onaangenaam. Mijn stiefdochtertjes, tieners, werden regelmatig lastiggevallen."

Het recreatiedomein in Hofstade is niet het enige dat maatregelen trof. Na 2011 deden tal van andere domeinen hetzelfde. Ook de Halve Maan in Diest. Al was het een beetje tevergeefs. Vorig jaar, rond deze tijd, duwde een groepje een redder in het water. Bewakers en agenten die werden opgetrommeld, kregen flesjes en blikjes naar hen gegooid. "We denken dat we nu beter voorbereid zijn", klinkt het bij de Diestse domeinbeheerder Ria Schepmans. Zo is het maximaal aantal toegelaten personen van 9.000 naar 6.000 teruggebracht en zijn de tarieven verhoogd. Toch wordt het probleem zo niet ten gronde aangepakt, meent ze. "Volgens mij verplaatst het zich na verloop van tijd."

Danny De Wit van De Nekker in Mechelen, valt haar bij. "We vegen alleen voor de eigen deur. Die amokmakers vinden weer een nieuwe weg. In 2003 was het bij ons, in 2008 in Huizingen, in 2011 in Hofstade..."

De domeinen blijken vandaag nog steeds vragende partij voor een strengere identiteitscontrole. Nu mogen ze alleen mensen die geen identiteitskaart meebrengen de toegang weigeren. De informatie die erop staat mag niet gebruikt. Dat is nogal lastig, geven ze toe. Stel dat een bezoeker die het te bont maakt van de politie een verbod krijgt opgelegd: "Wij kunnen niet controleren of dat nageleefd wordt. Omwille van de privacy mogen we geen databank bijhouden", klinkt het. Ze verwijzen naar het voorstel van toenmalig minister van Binnenlandse Zaken Annemie Turtelboom (Open Vld) enkele jaren geleden. Zij wilde jongeren die amok maken behandelen als voetbalhooligans. Bij ernstige feiten komen die in geen enkel stadion nog binnen. Hetzelfde zou volgens haar moeten gelden voor wie zich ernstig misdraagt in een recreatiedomein. In zo'n geval zou die jongeren ook op andere plekken de toegang ontzegd moeten worden.

Volgens Schepmans van Halve Maan zou het kunnen dat er op dat vlak wat begint te bewegen. "We moeten niet wachten op de politiek, we moeten zelf naar buiten komen." Het Vlaams Instituut voor Sportbeheer en Recreatiebeleid (ISB) zou alvast een bevraging organiseren om te kijken in welke mate haar standpunt door andere domeinen gedragen wordt.

Frankrijk en Turkije

In tussentijd is het "hout vasthouden", want mooi weer betekent veel bezoekers. Extra bewakers en redders staan paraat in Hofstade, verzekert Myriam Dewael. Over de prikkeldraad die over de hekken aan de ingang gespannen is, zegt ze niets.

De mama's en papa's die netjes staan aan te schuiven, met identiteitskaart in de hand, merken de prikkeldraad niet op. Hun aandacht gaat naar de kinderen die aan hun tassen trekken, en naar de opblaasbare speeltjes die net niet over de grond slepen.

Eliane, die met kleinzoon Damon zeker nog twee dagen komt zwemmen, gelooft dat niemand nog echt aan die relletjes van een paar jaar geleden denkt. "Een mens vergeet snel. Ook de erge dingen." Ze heeft het over Frankrijk en Turkije. Verschrikkelijk nieuws, noemt ze het, dat haar aan de tv kluisterde. "Maar kijk. Nu zit ik hier toch. Met zo'n weer kan toch niemand binnen blijven."