Direct naar artikelinhoud

Het begin van het einde van de twee democratieën

Tv-debat De Wever-Magnette heeft zaadje van federale kieskring geplant

Bestaat België eigenlijk uit twee gescheiden democratieën? De systematische vergelijking van de partijprogramma's door de teams van de UA en de UCL lijkt het tegendeel te bewijzen: de contrasten binnen elke gemeenschap zijn groter dan die tussen de gemeenschappen. Meningsverschillen tussen twee delen van een bevolking staan een gezamenlijke democratie echter niet in de weg. Het ontbreken van een gemeenschappelijk debat doet dat wel.

Lang geleden, toen de Belgische politiek eentalig Frans was, had België slechts één democratie. Maar naarmate het Nederlands in alle sectoren minstens gelijkwaardig werd aan het Frans, werd het openbare debat dat de kern van een democratie vormt verder en verder gesplitst. Gedeeltelijk als gevolg van die krachtige trend vielen de nationale politieke partijen uiteen. En de politieke relatie tussen de Franstalige en de Nederlandstalige bevolking van het land beperkte zich meer en meer tot het geruzie dat bij elke federale regeringsvorming hoort.

Meningsverschillen

Is dat onvermijdelijk? Het televisiedebat tussen De Wever en Magnette is het begin van een bewijs van een tegendeel. Voor de eerste keer hebben toppolitici van de twee gemeenschappen het tegen elkaar opgenomen, elk in zijn eigen taal maar met ondertitels in de andere, rechtstreeks, in primetime en simultaan op zowel een Franstalige als een Nederlandstalig zender. Natuurlijk hebben ze hun meningsverschillen in de verf gezet. Het democratische debat leeft van tegenstellingen, niet van de opsomming van de talloze gemeenschappelijke overtuigingen die er de achtergrond aan bieden. Natuurlijk wilden ze allebei vooral zeggen wat hun eigen kiespubliek graag hoorde. Maar tegelijkertijd konden ze het geen van beiden laten om te argumenteren dat hun voorstellen ook in het belang van de andere gemeenschap waren: meer autonomie zal alle drie gewesten ten goede komen, heel het land zal baat hebben bij solidariteit en economische expansie.

Dat is het cruciale punt: als je aanvaardt aan een dergelijk debat deel te nemen moet je bereid zijn om je standpunten voor alle kijkers te verdedigen - de kijkers die ook de mensen zijn aan wie je verantwoording schuldig bent als je het land wilt regeren. Het succes van dit soort gesprek, voor een zeer groot publiek en zonder de ene taal aan de andere op te offeren, is het begin van het einde van België als twee democratieën naast elkaar. Althans op voorwaarde dat deze kleine maar veelbelovende ontwikkeling wordt gesteund door een bescheiden hervorming van ons kiesstelsel, die in de laatste maanden het onderwerp is geweest van boeiende discussies in een bijzondere parlementaire commissie (zie www.paviagroup.be): de invoering van een federale kieskring.

Toekomst van het land

Bart Eeckhout heeft gelijk: het debat De Wever-Magnette 'heeft het zaadje van de federale kieskring in vele geesten geplant' (DM 17/5). Een goed doordachte federale kieskring zou de politici die ons willen regeren aanmoedigen om systematisch het voorbeeld van De Wever en Magnette te volgen: door een visie over de toekomst van het land uit te werken en te verdedigen waarvan ze echt geloven dat ze aanvaardbaar is door iedereen en niet alleen door hun eigen taalgemeenschap. Dan zullen de pogingen om de "anderen" hiervan te overtuigen veel vroeger beginnen en een veel grotere kans hebben om te lukken dan een paar tweets net voor de verkiezing. Wie van mening is dat we ook zonder een dergelijke hervorming vlot verder kunnen het maar bewijst door de volgende federale regering snel te vormen.

Maar is dit alles echt nodig? Staat België niet op het punt om uiteen te vallen? Volgens de N-VA in elk geval niet. Op het einde van het debat werd De Wever gevraagd of België in 2030 nog zou bestaan. Hij antwoordde niet 'neen' en niet eens 'het zou kunnen van niet', maar wel 'het hangt van de evolutie van Europa af. In een sterker Europa zou het kunnen van niet'. Maar de N-VA gelooft niet dat een sterker Europa op weg is. Integendeel. Volgens Johan Van Overtveldt, haar lijsttrekker voor de Europese verkiezingen, is meer Europa niet wenselijk of mogelijk 'omdat meer Europa geen oplossing brengt voor alle uitdagingen en omdat er - te beginnen in de grote lidstaten - geen enkel politiek draagvlak voor is' (DM 19/5).

De conclusie is duidelijk: zelfs voor de N-VA zullen we het nog tientallen jaren met elkaar moeten vinden. Daarom moeten we onze federale Belgische democratie blijven verbeteren, in de richting die De Wever en Magnette ons door hun prestatie hebben aangeduid. Dat is trouwens ook de beste manier om ertoe bij te dragen dat in een - helaas verre - toekomst de Europese democratie sterk genoeg wordt om België overbodig te maken.