Direct naar artikelinhoud

Een masterclass in sprinten

Een gele helm, een regenboog en één vuist hoog in de lucht. Zo reed Mark Cavendish over de streep en niemand in Doornik die hem niet had gezien. In wat voorafging, had 'Cav' zich onzichtbaar gemaakt, verscholen in het wiel van André Greipel. De sprint van een wereldkampioen.

In de Tour zitten is een voorrecht om allerlei redenen, maar toch om één in het bijzonder: het zitje op de eerste rij bij de persconferenties van Mark Cavendish. Om één of andere reden wekt hij elektriciteit op in het belegen interviewbusje. Hoogtepunt was een reconstructie van de sprint, verteld aan het tempo waarop die was verreden. Vertrekpunt van het verhaal: 600 meter voor de finish. Cavendish: "Ik zag Oscar Freire en die schuift altijd op in de laatste kilometer. Dus ik sprong naar het wiel van Freire. Dan zag ik rechts Daryl Impey die aanzette voor Matthew Goss. Maar Goss reageerde traag, dus ik zag mijn kans om tussen hen in te raken en sprong naar Impey. Die kon natuurlijk niet zomaar stoppen, dus daar zat ik goed. Goss zat achter mij, en moest opschuiven. Dus toen Goss naar voren kwam, gebruikte ik hem als lead-out. Maar toen liet Goss het schieten en zat ik te snel in de wind. Net op dit moment vertrok Greg Henderson op links met Greipel in zijn wiel. Hendie sneed naar rechts en Peter Sagan, in het wiel van Greipel, was verrast. Zo kon ik zijn plaats innemen. Toen Greipel aanzette, sprong ik iets te laat, you know. Op tweehonderd meter pas, dat moest vroeger. Het spande erom tot aan de streep."

Iedereen schreef dat verhaal gretig op, omdat het doorleefd en gedetailleerd was. En ook omdat het twee in één was: het discours van een buitengewone sprinter en van een buitengewone persoonlijkheid. Maar Cavendish verzorgde ook de punchline. Even een stilte en dan: "Yep, zo is dat min of meer gegaan."

Bij Cavendish gaat het niet alleen om de antwoorden. Hij gaat ook om de manier waarop hij in die vraagbarak zit. Een sprinter op een stoeltje, op elke mogelijk manier. Zijn lichaam is doorlopend in beweging en de ogen gaan alle kanten uit. Zeker wanneer hij een geur opvangt die hij duidelijk als onaangenaam ervaart. Dan verkrampen alle spieren in zijn gezicht tegelijk.

Eénentwintig keer al zat hij ondertussen op dat stoeltje achter de microfoon. Eénentwintig keer gewonnen in de Tour, maar nu voor het eerst als wereldkampioen. De regenboogtrui inspireert: "Om de zoveel minuten kijk ik naar beneden, naar die strepen", zegt Cavendish. "Ik heb eindeloos respect voor deze trui en voor al wie ze ooit gedragen heeft."

Eénentwintig sprints gewonnen in de Tour en toch kwam die van gisteren onverwacht. Dit jaar vertrekt 'Cav' bij een vlakke rit van Visé naar Doornik niet als favoriet. Of toch wat minder dan voorheen. Het verhaal is bekend: Cavendish rijdt nu voor Team Sky, de Britten die sinds 2010 de wielerhemel bestormen. Hun ambitie is om dit jaar met Bradley Wiggins geel te winnen in Parijs. Cavendish is daarbij een nevenproject. Amper twee helpers heeft hij in de laatste rechte lijn: Bernhard Eisel en Boasson Hagen. Niet genoeg voor een treintje.

Sean Yates, Sky-ploegleider, zei het gisterochtend zonder omwegen. "Mark zal het vandaag zelf moeten doen. Hij kan dat. De Scheldeprijs, destijds zijn eerste grote overwinning, won hij helemaal alleen."

Cavendish deed het precies zo: all by himself: "Edvald en Bernie waren vooraan voor noodgevallen, maar ik heb hen niet gebruikt. Gewoon omdat het alleen makkelijker is. Minder decisionmaking. In een normale koers kan Edvald alleen me zomaar tien plaatsen naar voren brengen, maar niet in de Tour. "

Cavendish heeft er zich bij neergelegd dat hij binnen de ploeg op de tweede plaats komt. Officieel dan. "Ik wil geschiedenis schrijven in het wielrennen", zegt hij. "De perfecte manier om dat te doen is de Tour winnen met een Brit."