Direct naar artikelinhoud

Pensioen op 65 blijft theorie in België en Europese Unie

BRUSSEL l Er blijft in de Europese Unie een groot verschil tussen de wettelijke pensioenleeftijd en de leeftijd waarop werknemers effectief stoppen. In België is die kloof wel bij de breedste, maar ons land is niet langer de allerslechtste leerling.

Het Europees statistisch bureau Eurostat heeft cijfers voor 2005 opgelijst. Daaruit blijkt dat Europese werknemers wel langer werken dan voorheen, maar vroege pensionering blijft populair, alle waarschuwingen over de kosten van de vergrijzing ten spijt. Vrouwen gaan nog altijd vroeger met pensioen dan mannen, al is er binnen beide geslachtsgroepen een grote variatie tussen verschillende personen.

Vrouwen stappen gemiddeld aan 56,8 jaar uit de arbeidsmarkt, mannen aan 57,9 jaar. Op Europees niveau stoppen vrouwen gemiddeld met werken op 59,4 jaar en mannen op 60,7 jaar. Dat is nog altijd een stuk lager dan de wettelijke pensioenleeftijd van 65 jaar die in veel Europese landen geldt.

De studie legt grote verschillen bloot tussen de Europese landen onderling en tussen mannen en vrouwen. Terwijl de Poolse mannen in 2005 gemiddeld op 57 jaar met pensioen gingen en op 57,7 jaar in Luxemburg, bleven de Griekse en Cypriotische mannen tot hun 65ste werken.

De gemiddelde pensioenleeftijd voor Poolse en Sloveense vrouwen was in 2005 55,2 jaar, terwijl de Ierse vrouwen tot 61,5 jaar werkten en de Griekse en Portugese tot 61,4 jaar.

Opmerkelijk is dat weinig werknemers deeltijds gaan werken in de jaren voor hun pensioen, alle pleidooien voor zogenaamde uitloopbanen ten spijt.

Uit de statistieken blijkt dat een beperkt aantal Europeanen zijn werkduur verminderde tegen het einde van de loopbaan. Slechts 33 procent van de Europeanen (en 44 procent van de Belgen) tussen 55 en 59 jaar werkte minder dan 30 uur per week in 2005.

Voor de mannen is dit aandeel in de Europese Unie 7 procent, en 8,5 procent in België. Van de vrouwen die nog actief waren tussen 60 en 64 jaar, werkte 45 procent minder dan 30 uur per week (38,9 procent in België), tegenover 15 procent van de mannen (20,3 procent in België).

De Belgische cijfers voor 2005 zijn nog niet beïnvloed door het Generatiepact. Nieuwe maatregelen om Belgen langer te laten werken, zijn niet gepland.

De uittredende federale overheid nam eind 2005 het Generatiepact aan. Dat is bedoeld om de leeftijd waarop met pensioen gegaan wordt in België op te trekken door met name de prepensioenen te beperken.