Direct naar artikelinhoud

Krijgen Zwitserse topmanagers hun verdiende loon?

100.000 Zwitsers willen dat een topman per maand hooguit het jaarloon van zijn minst betaalde werknemer verdient. Zondag volgt er een referendum.

De hoogste baas in een onderneming behoort in een maand niet meer te verdienen dan wat zijn minst betaalde werknemer in een heel jaar krijgt. Zie daar de eenvoudige stelling waarvoor jong-socialisten in Zwitserland in sneltreinvaart de benodigde 100.000 handtekeningen wisten te verzamelen. Dus spreken de acht miljoen Zwitsers zich dit weekeinde bij een referendum opnieuw uit over die jaloezie opwekkende minderheid: de grootverdieners.

Eerder dit jaar stemde al een royale meerderheid van de Zwitsers voor het aanpakken van de uit de hand gelopen bonuscultuur voor topmanagers - ook behoudend Zwitserland ging daarin mee. De activistische jongerenafdeling van de sociaal-democratische SP, Juso, hoopt dat succes uit te kunnen bouwen met hun '1:12-initiatief'.

Verontwaardiging over de zelfverrijking aan de top, in Zwitserland aangeduid als 'zelfbediening', ligt daaraan ten grondslag. Die wordt verder aangejaagd door de onvrede over de stagnerende lonen van de gemiddelde werknemer. Na de bonussen vormt nu het groeiende aantal 'loonmiljonairs' in het debat de voornaamste steen des aanstoots: hun aantal is sinds 1997 verviervoudigd tot 2.500, terwijl 10.000 Zwitsers tussen een half miljoen (circa 450.000 euro) en een miljoen Zwitserse frank verdienen.

"Voor die salarissen ontbreekt iedere economische onderbouwing. Zijn die mensen werkelijk zoveel waard voor hun onderneming?" De retorische vraag is afkomstig van de 28-jarige Juso-voorzitter David Roth. Hij hield gisteren in een zonnig en besneeuwd Luzern een laatste debat op zijn oude middelbare school. Tientallen brave scholieren hangen aan zijn lippen.

Met verkiezingskoorts heeft de bijeenkomst niets te maken - de meeste Zwitsers hebben weken geleden al hun stem schriftelijk of via internet uitgebracht. Roth, met diepe wallen onder zijn ogen, verhaalt na een maandenlange campagne nogmaals hoe de inkomensverhouding tussen werkvloer en top steeds verder is scheefgegroeid. "In 1984 lag het gemiddelde loon nog maar zes keer zo laag als dat van de topman, in 1998 was dat dertien keer en tegenwoordig is dat 1 op 43!"

De 'managerskaste', de top 1-procent, heeft zijn lonen veel harder laten stijgen dan de arbeidsproductiviteit, terwijl die van de werknemers daarop is achtergebleven. Dus moet de staat ingrijpen: "Als de markt zelf geen maat weet te houden, moet de democratie in actie komen." Dat lonen normaliter door werkgevers en werknemers worden afgesproken, maakt op hem geen indruk: "Dat geldt in ieder geval niet voor deze managerssalarissen! En we vinden het toch ook normaal om de sociale partners eisen te stellen over het aantal vakantiedagen en de lengte van de werkweek? Dan kun je ook loongrenzen opleggen."

Excessen

Nergens ter wereld bestaat zo'n inkomensgrens, "maar we zijn op wel meer vlakken uniek", lacht Roth, verwijzend naar de referendumcultuur. "Ons staat een rechtvaardige inkomensverdeling voor ogen. Dat er nu onaanvaardbare excessen zijn, wordt zelfs door onze tegenstanders erkend."

"Het loondebat is tot op zekere hoogte terecht", geeft David Käy namens de werkgevers toe. Want ja, "in een klein aantal" gevallen zijn er te hoge lonen en bonussen aan topmanagers betaald. De betreffende bedrijven hebben daarover "niet goed gecommuniceerd", wat tot "woede en onzekerheid" bij de bevolking heeft geleid.

Maar de 49-jarige Käy ziet niets in het '1:12-initiatief'. Dat is in zijn ogen een regelrechte aanval op wat hij "het Zwitserse model" noemt. "Straks moet de staat een loondictaat opleggen aan de sociale partners. Dat staat volkomen haaks op de Zwitserse traditie om de lonen aan de sociale partners over te laten."

Dat zou de succesformule ondergraven waarmee het land zich in de afgelopen decennia tussen de tien rijkste landen ter wereld wist te handhaven. En het ondermijnt de aantrekkingskracht op de superrijken, of dat nu buitenlandse multinationals of particulieren zijn. Ook dat behoort tot het Zwitsers model.

Tot dusver is dat tamelijk ongeschonden door de crisis gekomen. EU-landen mogen al jaren op de rand van een recessie verkeren, Zwitserland weet de economische groei dit en volgend jaar op 2 procent te houden; de schuldenlast van de overheid is internationaal gezien laag en de werkloosheid ligt op een bescheiden 3 procent. Die successen worden nu bedreigd, meent rechts Zwitserland, door de linkse aanval op de rijken.

"Zwitserland zou met '1:12' in eigen doel scoren", stelt de liberale fractievoorzitter Gabi Huber op haar blog. De ervaren politica schuwt de retorische uithalen naar de jonge socialisten niet: "Rechtvaardigheid kun je niet per wet verordenen, anders zou er vrede op aarde heersen", sneert zij. Bij dit referendum gaat het er volgens haar niet alleen over "of de staat of de eigenaren van een bedrijf beslissen over het loon". Fundamenteler is het "hele waardensysteem in geding, dat Zwitserland sterk en welvarend heeft gemaakt. Wie nu vanuit zijn buikgevoel een handjevol mensen wil bestraffen, treft daar uiteindelijk zichzelf mee."

Miljarden aan lagere belastinginkomsten en sociale premies liggen door de lagere lonen voor de rijken in het verschiet, zo hebben de werkgevers een universiteit laten uitrekenen. Maar dat is wel gebaseerd op allerlei aannames.

Uitwegen bedenken

Wat gaat er concreet gebeuren, als het linkse voorstel wet wordt? Naar schatting voldoen de toplonen bij 1.500 grote en middelgrote bedrijven niet aan de norm. "Die bedrijven gaan allerlei uitwegen bedenken om de wet te ontduiken", zo verwacht Käy. Een onderneming kan een holding met een handvol werknemers creëren - een bijzonder goed betaalde secretaresse en enkele topmanagers die zo toch hun miljoenen kunnen toucheren.

Andere uitweg: het 'outsourcen' van het minst betaalde werk, waarbij de laagst betaalden buiten het eigen bedrijf worden geplaatst. Ook zo zouden de topsalarissen in stand kunnen worden gehouden. David Roth moet erom lachen: "Het is toch tekenend voor onze tegenstanders dat er over dit soort uitwegen wordt nagedacht. De rechter accepteert belastingontduiking niet en dit zou vergelijkbaar zijn."

Lange tijd gaven de peilingen aan dat de bevolking diep verdeeld was over het 1:12-initiatief, maar bij de laatste tijd tekende zich een duidelijke meerderheid van 'nee'-stemmers af. Anders dan bij het bonussenreferendum van een half jaar geleden waarbij het initiatief geen politieke achtergrond had, komt ditmaal het plan van links, in Zwitserland zo'n 30 procent van de bevolking.

Rechts Zwitserland lijkt zich ditmaal niet nogmaals te willen overhalen. De staatsbemoeienis met de loonpolitiek geeft hen een te ongemakkelijk gevoel, menen veel commentatoren. Käy ziet nog een reden: "Bij de bonussen viel maar moeilijk aan te geven waar de schade uit zou bestaan. Die valt nu wel duidelijk te becijferen."

Maar de peilingen kunnen er flagrant naast zitten, zo weten de Zwitsers, sinds het referendum over het bouwverbod op minaretten. Dat zou worden afgewezen, maar op de referendumdag bleek een grote meerderheid voor. Wordt er inderdaad een duidelijk 'nee' uitgesproken tegen '1:12' dan staat het 1-1 in het Zwitserse loondebat over 2013.

Een les hebben de bedrijven daar hoe dan ook door geleerd, meent Käy. "Ze beseffen tegenwoordig heel goed dat veel meer dan vroeger aandeelhouders en media kritisch volgen wat er gebeurt. De vraag 'wat kan ik nog wel en wat niet uitleggen' speelt in de bestuurskamers meer dan vroeger. En dat is een goede zaak."

David Roth is het daar volmondig mee eens: "Onze tegenstanders hebben herhaaldelijk gezegd dat ze ook tegen miljoenensalarissen zijn. De mensen hebben dat gehoord. Als ons initiatief wordt verworpen, ligt de bal in hun kamp: wat denken zij er dan aan te gaan doen?"