Direct naar artikelinhoud

Regering schuwt harde taal in antwoord op stille mars

Drie dagen na de mars door Brussel heeft de federale regering een antwoord klaar op het stille protest tegen geweld. Daarbij rolt ze nadrukkelijk niet met de spierballen, de nadruk ligt op preventie en veiligheid.

Door liesbeth van impe en fabian lefevere

BRUSSEL l Meer straathoekwerkers, meer politie op straat, meer middelen ook. Dat zijn de krachtlijnen van het federale plan, een bont allegaartje van maatregelen. Bekende recepten ook, die in de huidige context wat makkelijker steun krijgen. 'De dramatische gebeurtenissen zetten ons ertoe aan het gevoerde beleid te evalueren en waar nodig bij te sturen', zei premier Verhofstadt.

De voorbije dagen waren voor de federale regering een gevaarlijke evenwichtsoefening. Vanuit de PS werd scherp in de gaten gehouden of geen enkele liberaal zich geroepen voelde om de Franse minister van Binnenlandse Zaken Sarkozy te imiteren en voluit de kaart van keiharde repressie te trekken.

Aan de andere kant was het wel duidelijk dat de regering na de serene optocht van 80.000 betogers met een antwoord moest komen op het klimaat van onveiligheid. "Het is misschien niet wetenschappelijk om maatregelen te treffen op basis van één incident", zei Verhofstadt. "Zeker nu alle statistieken op een daling van de criminaliteit wijzen. De moord op Joe stelt dat in een ander daglicht, al zeg ik meteen dat absolute veiligheid een illusie is. We kunnen alleen de kans op herhaling beperken."

Preventie en sociale cohesie blijven pijlers van het beleid. Zo komen er extra straathoekwerkers en stadswachten en die krijgen bovendien een beter statuut. Minister van Werk Peter Vanvelthoven (sp.a) herinnerde ook aan eerdere maatregelen om kwetsbare jongeren aan een job te helpen. Daarnaast is er een rist maatregelen die tot meer veiligheid moeten leiden: elke politiezone krijgt een meldpunt waar scholen geweld kunnen signaleren, extra politieagenten zullen patrouilleren in de Brusselse metro- en treinstations, er is geld voor meer camerabewaking.

Vanuit het gerecht moet het signaal komen dat geweld niet onbestraft blijft. Elke klacht van afpersing of steaming moet "een justitieel gevolg" krijgen: de klacht moet geregistreerd en onderzocht worden en mag zeker niet automatisch geseponeerd worden.

De regering-Verhofstadt grijpt het moment ook aan om op het gaspedaal te gaan staan bij de uitvoering van eerdere beslissingen. Vooral voor de uitvoering van het jeugdsanctierecht is er nog heel wat overleg met de gewesten en gemeenschappen nodig, die onder druk worden gezet om snel mee te werken. Zo maakte justitieminister Laurette Onkelinx (PS) duidelijk dat het geld voor ouderstages klaar ligt zodra de gemeenschappen met een inhoudelijke invulling komen.

Die gemeenschappen stapten gisteren zonder morren mee. Waals minister-president Elio Di Rupo (PS) zei na overleg met Verhofstadt dat nu hervormingen nodig zijn, maar zonder overdrijvingen. "We moeten ernstig te werk gaan om de veiligheid van onze burgers te waarborgen." Eenzelfde taal bij Vlaams minister-president Leterme. "Een politiek opbod zou ik in deze bijzonder ranzig vinden."

Niet alle beslissingen werden overigens even dik in de verf gezet, wat op hun delicaat karakter wijst. Zo is er de maatregel om illegale, criminele jongeren terug te sturen naar hun ouders in het land van herkomst, een gevoelig thema voor de PS. Voor binnenlandminister Patrick Dewael (VLD) was de hele oefening een serieuze herinnering aan eerdere beloftes. Meer blauw op straat, concreet 3.200 extra politieagenten in het veld, is nog altijd de doelstelling voor deze legislatuur. Eind dit jaar klokt Dewael af op net iets meer dan 2.000. Hij maakt zich echter sterk dat ook het resterende duizendtal agenten nog voor het einde van de regeertermijn in het straatbeeld opduikt.