Direct naar artikelinhoud

Arabische Golfstaten trekken hun waarnemers terug uit missie in Syrië

De Arabische Golfstaten trekken hun waarnemers terug uit Syrië. Dat maakten de lidstaten van de Samenwerkingsraad voor de Golf (GCC) bekend. De overblijvende leden van de Arabische Liga blijven tot 23 februari.

Saudi-Arabië kondigde zondag al aan te stoppen met de missie omdat de Syrische president Assad zijn beloftes niet was nagekomen. Het vertrek van de zes invloedrijke Golfstaten (Saudi-Arabië, Koeweit, de Verenigde Arabische Emiraten, Oman, Qatar en Bahrein) illustreert de verdeeldheid binnen de Arabische Liga over de aanpak van de crisis in Syrië, en is een grote tegenslag voor het samenwerkingsorgaan.

De vijf GCC-lidstaten die dinsdag lieten weten uit de waarnemersmissie te stappen, verklaarden tot dat besluit te zijn gekomen omdat het bloedvergieten in Syrië ondanks de aanwezigheid van meer dan 160 rapporteurs van de Arabische Liga doorgaat.

In de verklaring werd benadrukt dat de GCC er zeker van is dat "het bloedvergieten en de moord op onschuldige burgers zal doorgaan en dat het Syrische regime zich niet zal houden aan de resoluties van de Arabische Liga". Afgelopen zondag besloot de Liga de missie in Syrië met een maand te verlengen. Damascus stemde er gisteren mee in om de resterende waarnemers van de Liga tot 23 februari te laten blijven.

De GCC-landen roepen de Veiligheidsraad van de VN op de druk op het regime van Assad verder op te voeren. Binnen de Veiligheidsraad ligt Rusland dwars: dat land steunt zijn oude bondgenoot en weigert striktere sancties tegen Damascus in te stellen. Maandag verwierp Assad het nieuwe plan van de Arabische Liga om een einde te maken aan het geweld. Damascus noemde dat plan, dat voorziet in een machtsoverdracht door Assad, een "schending van de soevereiniteit en een flagrante inmenging in interne aangelegenheden".

De Syrische minister van Buitenlandse Zaken verklaarde dat de regering van het land "alle nodige stappen zal nemen om chaos te voorkomen". Volgens de VN kwamen sinds het begin van de betogingen tenminste 5.400 mensen om het leven.