Direct naar artikelinhoud

'Lance vertelde onzin, ik had het vastgelegd'

Twee bekende Hollywood-producenten zochten in 2008 iemand die een documentaire wou maken over de comeback van Lance Armstrong. Ze hadden geld én medewerking van Lance. Oscarwinnaar Alex Gibney was meteen enthousiast. Vijf jaar later is er The Armstrong Lie.

Na al het graafwerk naar doofpotaffaires was regisseur Gibney, bekend van Taxi to the Dark Side en The Smartest Guys in the Room, toe aan iets simpelers, een 'feelgoodfietsfilm'. Gewoon een mooi gefilmd portret van een man die op zijn 38ste wil bewijzen dat hij de Tour schoon kan rijden. Tot zover de theorie.

Alex Gibney: "Lance Armstrong beschikt over een speciaal talent: hij kijkt je recht in de ogen, hij zegt iets, en op dat moment geloof je hem. Bij het weglopen denk je al: 'ho maar, klopt dit nu wel...?'".

Was u naïef, toen u toezegde de regie te doen?

Gibney: "Ik denk het wel. Een beetje naïef, maar ook weer niet achterlijk. Het leek me waarschijnlijk dat hij eerder doping had gebruikt. Maar toen ik hem volgde tijdens de Tour dacht ik dat hij clean reed. Overigens had ik wel in het contract laten vastleggen dat niemand anders dan ik de eindversie van de film bepaalde.

"De montage van The Road Back (de werktitel van de film) was bijna afgerond, toen het dopingschandaal rond de Texaanse wielrenner ontplofte. Weg comeback, weg film. Hij vertelde onzin, ik had het vastgelegd. Ik bleek verstrikt als een fan, als een onderdeel van zijn pr-machine. Bergen fantastisch ongebruikt fietsbeeld, dat ik niet meer kon gebruiken. Later, toen ik erover nadacht, zag ik in dat ik er een soort omgekeerde detectivedocumentaire van kon maken. Waarom trapte ik erin?"

Inderdaad: waarom?

"Omdat het verhaal zo mooi was. Een topatleet die geneest van kanker en nog sterker terugkeert dan hij al was. Dat is krachtig materiaal, hoor. Leven en dood, alles of niets: dat is het verhaal van Lance. Kijk naar de man die afgelopen zomer de Tour won: saai, methodisch, geen emotie. Lance was een opwindende coureur, charismatisch ook."

Denkt u dat het iets dwangmatigs is, zijn liegen?

"Ik denk dat zijn keuze aanvankelijk simpel was: clean verliezen of met doping winnen. Als iemand dat eenmaal van zichzelf accepteert en er van uitgaat dat iedereen het doet, wordt liegen over doping iets normaals, iets noodzakelijks. Wat Lance verder bracht was die kanker: niemand droeg hem op om de hele kankergemeenschap onderdeel te maken van zijn leugens. Ik denk dat hij zichzelf wijsmaakte dat hij wel moest. Dat is iets wat de politie in Amerika 'noble cause corruption' noemt: het liegen voor de goede zaak."

Wat in uw film was nog onbekend, over het dopingcircus?

"Ik denk dat je, na het zien van deze film, beter begrijpt hoe de fietswereld werkte mét Armstrong. Men wilde ook dat hij won. Iemand als Hein Verbruggen (oud-voorzitter Internationale Wielerunie, bb) die opbelt en alvast informeert: onze vriend lijkt positief te testen voor een steroïde. Zo kon Armstrongs team nog snel een doktersrecept vinden (voor een middeltje tegen zadelpijn) om zijn hoge waarden te verklaren. Verbruggen ontkent dat, maar hij heeft wel toegegeven dat ze op renners afgingen die te dicht bij de grens kwamen: je moet oppassen. Kortom: ze weten dat renners valsspelen, die moeten alleen niet te veel valsspelen."

Hoe gaat het nu, tussen u en Armstrong?

"Het is niet zo dat we super supergoede buddy's zijn. Hij heeft me zijn excuses aangeboden, dat waardeer ik zeer. Hij heeft de film nog niet gezien, maar ik heb hem wel even gebeld dat die eraan kwam. Lance was niet blij met de titel."