Direct naar artikelinhoud

Onzichtbare dienaar van de literatuur

Niet alleen Stefan Hertmans verdient hulde voor Oorlog en terpentijn. Ook Wil Hansen, de redacteur die zich twee jaar lang mee over het boek boog, doet dat. Ook al ontbrak hij op de uitreiking van de AKO Literatuurprijs en staat zijn naam niet in het boek. 'Het belang van zo iemand kan niet overschat worden.'

"Ik ben zeer, zeer blij voor Stefan Hertmans. Maar ook voor Wil Hansen, de onzichtbare maar meest invloedrijke redacteur van de afgelopen decennia." Met dat Facebookbericht reageerde David Van Reybrouck gisteren op de bekroning van Oorlog en terpentijn. In de reacties die daarop volgden, was er ook een van de AKO-winnaar zelf: "Een zeer terechte hulde aan onze Wil."

Wie is Wil? De lezers die de man kennen blijken schaars. En toch, toch is de 65-jarige Nederlander van ongekend belang geweest voor de Nederlandse letterkunde, meent Van Reybrouck. Van Erwin Mortier over Kees Ouwens tot Rutger Bregman: Wil Hansen redigeerde in de 25 jaar dat hij actief was bij de uitgeverijen Meulenhoff, Cossee en De Bezige Bij wel duizend manuscripten.

Net als Van Reybrouck noemt Hertmans hem een onvervangbaar persoon, een vriend. Wie denkt dat de redacteur iemand is die zomaar over de regels gaat, denkt dus mis. "Het moet iemand zijn aan wie je ruwe teksten durft toevertrouwen. Die inhoudelijk meedenkt en met een paar suggesties voor een complete wending in een schrijfproces kan zorgen."

Zo was de openingsscène van Oorlog en terpentijn, waarin Hertmans zijn grootvader op het strand van Oostende beschrijft, een gevolg van een van zijn vragen aan hem. "Hij was het die mij op het juiste moment vroeg naar mijn verste herinnering aan hem." Ook op de manier waarop het verhaal verteld wordt heeft hij zijn stempel kunnen drukken. "Wil zei: 'Hou op met het boek vanuit je grootvader te schrijven. Dit moet jouw boek worden.' Niet lang daarna is bij mij de klik gekomen."

De klik die er mogelijk mee voor zorgde dat Hertmans donderdag 50.000 euro en een kunstwerk van Eugène Peters binnenhaalde. Op de uitreiking van de AKO Literatuurprijs was het gezicht van Wil Hansen nochtans nergens te bespeuren. Net zoals zijn naam ontbreekt in de boeken waaraan hij meewerkte. Met uitzondering van enkele dankwoorden wordt hij nergens vermeld. Zelf tilt de man daar niet zwaar aan. Integendeel. "Een goede redacteur staat langs de kant. Ik zie mezelf als een nederige dienaar van de schoonheid, en ik vind dat ik me daar ook naar moet gedragen."

Volgens hem heeft dat niets met een bescheiden persoonlijkheid te maken, wel met zijn taak. "De auteur komt met het idee, schrijft het boek. Wat ik doe is zo veel mogelijk meedenken, hem of haar stimuleren en corrigeren waar nodig."

Steeds moeilijker werken

Ook Hertmans gelooft dat een goede redacteur geen letterknecht is. "Het is een gesprekspartner, een klankbord. Hij of zij is als een dramaturg in een toneelgroep: het moet iemand zijn die vanop de achtergrond anderen aanstuurt, en daardoor het beste in hen naar bovenhaalt. Zonder daar pretentieus over te doen, zonder zich te willen opdringen. Hij of zij moet de auteur alle vrijheid laten. De auteur moet de auteur blijven."

"Het belang van deze mensen kan niet overschat worden", gelooft Koen Van Bockstal, directeur bij het Vlaams Fonds voor de Letteren. Hij heeft het grootste respect voor redacteurs. Dat schrijvers dat ook hebben, noemt hij logisch. "Het beroep van een auteur is heel solitair. Bij artistieke twijfel moet je een soort biechtvader of -moeder hebben: iemand die zegt dat je kindje het goed stelt, of net niet goed genoeg. Het is niet evident om dat te doen. Het vergt veel intelligentie, zeker op emotioneel niveau. Je moet lastige gesprekken durven aanknopen."

Hansen erkent dat. Zegt dat het ook voor hem een voortdurend balanceren is. "Alleen een zakelijk contact met een schrijver komt de kwaliteit van een boek niet ten goede, geloof ik. Maar als het te persoonlijk wordt, is het ook lastig. Je moet de persoon niet willen ontzien."

Zelf is de man intussen twee maanden met pensioen. En, ook al wil dat niet zeggen dat hij geen boeken meer redigeert of vertaalt, hij is er blij om. "Het wordt steeds moeilijker werken voor redacteurs. Met de jaren is het beroep meer en meer onder druk komen te staan. Veel uitgevers vinden het belangrijker om veel boeken op de markt te brengen in plaats van alleen goede. Dat maakt dat er minder ruimte is voor ons. Dat we jaar na jaar meer gedwongen worden om half werk te leveren."