Direct naar artikelinhoud

'Literatuur kan dus gevaarlijk zijn'

De Duitse literatuur in kaart brengen via 25 boeken in pakweg 180 pagina's? Het lijkt een huzarenarbeid. Maar 'in der Beschränkung zeigt sich der Meister', zo moet Christoph Buchwald hebben gedacht.

In zijn eloquent geschreven naslagwerk maakt Christoph Buchwald forse hinkstapsprongen door 100 jaar Duitse letteren. Om geleidelijk aan tot een DNA-profiel te komen van 'een land, zijn mentaliteit en zijn geestesgesteldheid'. Hij wil ons 'een goed gekalibreerd echolood' schenken, 'om je koers te bepalen in een schier oeverloze zee'. De klemtoon ligt op boeken die de vinger aan de pols houden van de Duitse maatschappij.

Wie Gute Nacht, Freunde doorbladert, stuit op auteurs als Thomas Mann, Arnold Zweig, Franz Kafka, Peter Weiss, Heinrich Böll en Christa Wolf. Maar ook recent talent als Sherko Fatah, Wolfgang Hernndorf, Lutz Seiler en Kristin Bilkau kregen een plaats. Wel zal u vergeefs zoeken naar Thomas Bernhard, Elfriede Jelinek, Ingeborg Bachmann, Stefan Zweig of Joseph Roth. "Ik maak geen aanspraak op volledigheid. Met de dood in het hart heb ik grote stilisten moeten laten vallen. Ik gaf vooral de voorrang aan auteurs die iets wezenlijks over Duitsland schreven."

We legden Buchwald een aantal titels voor met de vraag waarom ze hem zo dierbaar zijn.

Franz Kafka - Het proces (1925)

"'Het geheel is verschrikkelijk, maar de details zijn komisch', zo schreef biograaf Reiner Stach ooit over Het proces. Kafka zocht inderdaad naar het ongerijmde in elke situatie. Zijn boeken gaan over de verhouding tussen de macht en het machteloze individu. Misschien komt dat voort uit zijn worsteling met een autoritaire vader. Hij had steeds het gevoel niet aan de hoge verwachtingen te kunnen voldoen. Met zijn grote taalgevoel heeft hij zijn angsten en afgronden meesterlijk verwoord.

"Bij Kafka is er - misschien ook door zijn beroep van verzekeringsambtenaar - altijd dat thema van onderwerping aan de wet, das Gesetz, dat voor eeuwig lijkt vastgespijkerd. Maar Kafka stelt het ook ter discussie en maakt het soms belachelijk. Als je Het proces leest, weet niemand waarvoor Joseph K. veroordeeld is. Hij loopt altijd tegen een muur. Kafka ontregelt. Nog in 1963 werd er in Praag een Kafka-conferentie gehouden om na te gaan of zijn werk nu wel of niet gepubliceerd mocht worden in het Oostblok. Daar gold Kafka als een pessimist, een decadente en gevaarlijke modernist. Verdammt, je zou er nostalgisch van worden. Literatuur kan dus gevaarlijk zijn. Had ze nu nog maar zo'n impact (lacht)."

Alfred Döblin - Berlijn Alexanderplatz (1929)

"Een prachtige stadsroman in montagestijl over de teloorgang van de ex-gevangene Franz Biberkopf, die wordt vermalen door het leven. Döblin vertelt het verhaal van een arme sloeber. Franz Biberkopf wil het goede doen, maar is niet sterk genoeg. Het boek is fantastisch verfilmd door R.W. Fassbinder.

"Berlijn Alexanderplatz is een ware Sinfonie der Grossstadt. En die had hele mooie instrumenten om mensen te verleiden tot een drankje extra en Biberkopf in de armen van verkeerde vrouwen te lokken. Döblin was arts en had daarom veel met volksmensen te maken. Hij is als een onderzoeker die nooit oordeelt. Heel treffend is zijn gevoel voor die heersende klassenkloof. Er zitten subtiele laagjes tussen de arme immigrant, een Russische maffioso, een zigeuner of een werkloze die een gratis soepje krijgt.

"Toen ik het boek herlas, was ik verbaasd hoe goed Döblin het Berlijnse idioom uit diverse buurten capteerde, om daar in Berlijn Alexanderplatz iets literairs van te maken, een nieuwe kunstmatige maar toch geloofwaardige taal. En hoe prachtig is dat door Hans Driessen vertaald!"

Thomas Mann - Doktor Faustus (1947)

"Eén kwestie staat in de filosofie van alle tijden centraal: wat is dat eigenlijk, een geslaagd leven? En wat is geluk? De Faust-mythe is daaruit ontstaan. Als je er niet toe komt een gelukkig leven te leiden, dan verkoop je je ziel. En wat krijg je ervoor in de plaats? Het blijkt een geperverteerde, altijd terugkerende Menschheitstraum.

"Het Faust-motief duikt de voorbije vierhonderd jaar overal op, tot in de popmuziek en de opera. Tegelijk maakt Thomas Mann in zijn Doctor Faustus een licht-ironische DNA-analyse van het Duitsland van zijn tijd. Zijn hoofdpersonage Adriaan Leverkühn is een componist die in zijn vertwijfeling en drang naar roem een uitweg zoekt. Hij plaatst Leverkühn voor de vraag die alle kunstenaars zich stellen: alles is al gezegd, wat kan ik er in godsnaam aan toevoegen? Leverkühn weet zich geen raad en sluit daarom een pact.

"Maar Mann geeft zijn boek een nog sterkere allegorische lading mee. En dat is gedurfd in het jaar 1947. Is het niet alsof het hele Duitse volk een pact met de duivel sloot en zijn ziel 100 procent aan Hitler verkocht? Die dubbele laag is geniaal. Mann is een heel bijzondere schrijver, omdat hij steeds het verborgene en het onderhuidse kan laten zien. Misschien heeft het, beweert een Mann-biograaf, iets te maken met zijn verdoezelde homofilie? Achter de façade schuilt een tweede leven dat je niet in staat bent te leven."

Hans Fallada - In een vreemd land (1947) en en Alleen in Berlijn (herontdekt in 2009)

"Fallada is een van de herontdekkingen van de laatste jaren, ook in de Angelsaksische wereld. Hij heeft overtuigend aangetoond dat Duitsland onder Hitler niet zomaar bestond uit 4,5 procent antifascisten of 95,5 procent fascisten. Nee, 80 procent waren grijze muizen die probeerden hun weg te vinden. Zonder die brede, stilzwijgende steun zou het fascisme trouwens niet mogelijk geweest zijn.

"Fallada toont aan hoe moeilijk het is om een held te zijn in precaire omstandigheden. Hij laat zien in welke situatie we boven onze grenzen uitstijgen. Ga je je buurman met een gele ster helpen? Doe je iets waarvoor je achteraf bang moet zijn, ondanks het feit dat je moed toonde? In Fallada's gevangenisdagboek oordeelt hij hard over zichzelf. Hij weet hoe makkelijk hij te verleiden is geweest door de schijnwerpers, door aandacht, liefde en succes. We zien hoe propaganda- minister Goebbels hem aan zijn zijde wil krijgen en hij daar eerst in meegaat. Goebbels biedt hem een voorschot voor een filmscenario, maar Fallada werkte het uiteindelijk niet af. 'Ontbeert de nationaal- socialistische overtuiging', noteerde Goebbels.

"De op erkenning beluste Fallada was niet zo sterk, de observerende schrijver Fallada bleek sterker. Fallada's boeken zijn een remedie tegen platte slogans. Hij laat ons zien hoe genuanceerd je moet kijken en hoe moeilijk het is om zo te leven."

Günter Grass - De blikken trom (1959)

"Eerst wilde ik Kat en muis opnemen. Ook dat boek van Grass was een groot succes en biedt veel inzichten in het naoorlogse Duitsland. Maar bij De blikken trom heb je die rijke, barokke taal die hij gemeen heeft met Albert Vigoleis Thelen. Vooral dat buitenstaanderperspectief van Oscar Matzerath met zijn trommeltje is intrigerend. Hoe kom je daarop als auteur? Oscar ziet andere dingen dan een politicus of leraar geschiedenis. Hij neemt de zaken heel direct en ziet hoe makkelijk mensen in te palmen zijn, zoals wanneer hij met zijn trommeltje een hele nazibijeenkomst naar zijn pijpen doet dansen. Echt geweldig. Door het meest onwaarschijnlijke krijg je bij Grass een heel precies beeld van een land. Een fascinerende paradox."

Bernhard Schlink - De voorlezer (1995)

"Niet alleen vanwege de verfilming met Kate Winslet is De voorlezer een wereldwijde bestseller geworden. De roman gaat over een vijftienjarige jongen die verliefd wordt op een tramconductrice tweemaal zo oud als hij. Hij leest ze na het bedrijven van de liefde klassiekers uit de wereldliteratuur voor. Tot ze op een dag verdwijnt. Later ziet hij Hanna terug in de rechtszaal, aangeklaagd voor haar rol als bewaakster in een concentratiekamp. Heeft Hanna's schaamte over haar analfabetisme en haar panische angst voor ontdekking ervoor gezorgd dat ze Kapo werd? Wat kan schaamte met mensen doen? En wat als je verliefd bent op een misdadiger?

"De gevolgen zijn niet te overzien. Schlink kreeg van critici in Israël te horen dat hij 'een excuus probeerde te creëren waarom iemand een Kapo is geworden'. Ook Schlink brengt nieuwe inzichten aan over de pijnlijke verwerking van het Duitse verleden."

Sherko Fatah - We gaan als het donker wordt (2008)

"Fatah heeft een Irakese vader, terwijl zijn moeder uit Oost-Berlijn komt. Toch is hij in veel opzichten een puur Berlijns kind, én tegelijk een ware exponent van talentvolle allochtonenliteratuur.

"Het verhaal gaat over de jonge Kerim die kok wil worden maar na de moord op zijn Koerdische vader na een lange odyssee bij een verre oom in Berlijn belandt. Vanaf dat moment verandert de roman in een grootstedelijk avonturenverhaal. Fatah zet de cultuurverschillen behoorlijk op scherp. Een supermarkt met zestien soorten shampoo, dat is toch erg verwarrend voor een nieuwkomer, dat verlamt je toch? En wat als een meisje heel aardig tegen je is en zich vrij gedraagt? Kerim vindt haar te direct, hij heeft nog geen taal om daarmee om te gaan. Het is alsof hij niet de juiste decoder heeft, ondanks zijn beste bedoelingen.

"Om zijn eenzaamheid en desoriëntatie te overwinnen, keert hij terug naar een wereld van gelijkgestemden. Helaas zijn dat mensen met een radicale ideologie en geloof, aan wie hij net met moeite ontsnapt is. Fatah blaast een oud genre weer nieuw leven in: de avonturenroman. Het leest als een soort Karl May, maar dan wel op het hoogste literaire niveau. Het is een zeer sensueel boek: je proeft, ruikt en hoort wat er gebeurt."

Kristin Bilkau - De gelukkigen (2015)

"Hoe actueel kan een roman zijn? Kristin Bilkau beschrijft de perikelen van een generatie dertigers, hoogopgeleid, opgegroeid in relatieve welvaart. Maar ineens dreigt de verdrijving uit het paradijs. Omdat ze geen arbeidscontract voor een langere periode meer krijgen en het moeten stellen met kleinere opdrachten: links nog een sollicitatie, rechts een stage. Wat doet dat met een mens? Vijf afwijzingen op een sollicitatiegesprek kruipen in de kleren, dat veroorzaakt onmiskenbaar spanning in een relatie. Niemand wil als een loser beschouwd worden. Zo begin je een donkere kamer in je ziel te creëren waar je de ander niet meer toelaat.

"Bilkau vertelt van een jong echtpaar met een kindje en zet dat spanningsveld tussen individu en koppel pijnlijk accuraat neer. De roman heeft iets actueels en universeels. Het kan zowel dertigers in Antwerpen, Amsterdam als Zwolle overkomen. Maar ook bij de ouders van de dertigers is het een gewaardeerde roman. Zij vragen zich af: hebben wij genoeg ons best gedaan voor onze kinderen? Hebben wij iets fout gedaan?

"Bilkau verwoordt mooi hoe in het kleine het grote zichtbaar wordt, zonder dat haar personages 'puppets on a string' worden. De toon van haar boek is niet klagerig, ze vertelt uiterst toegankelijk, met een vaak lichte toon. Wat een prestatie voor een debuut!"


Christoph Buchwald, Gute Nacht, Freunde, Uitgeverij Cossee, 192 p., 5 euro.