2.000 kinderen krijgen geen plek in Brusselse scholen

"Een kort bericht. Zonder veel omhaal werd mij duidelijk dat mijn zoontje op twee scholen terecht kon, terwijl mijn dochter nergens plaats kreeg", zegt Leen Ausloos. Zij werkt in Jette als medisch onderzoekster. "En 's avonds geef ik danslessen om bij te verdienen. Als het zo verder gaat, moet ik mijn zoon 's ochtends in Brussel afzetten en mijn dochter in de Vlaamse rand. Hoe geraak ik dan nog op tijd op mijn werk? Dit is niet menselijk."

Ausloos is een van de honderden Brusselse ouders die de afgelopen dagen te horen kregen dat er voor hun kind geen plek is in een Nederlandstalige klas. In de onthaalklas vinden 612 kinderen geen school, in de eerste kleuterklas 652. In totaal kunnen 1.988 jongens en meisjes niet terecht in de basisschool die hun ouders hadden uitgekozen. Zij staan op wachtlijsten en zullen in het slechtste geval een plek moeten zoeken in Franstalige scholen of in de Vlaamse rand. Dat blijkt uit een stand van zaken na de aanmeldingsfase begin februari.

Brussel beleeft een babyboom en de investeringen in scholenbouw zijn achtergebleven. Om tegemoet te komen aan de noden moeten er dertig nieuwe basisscholen komen, meent Brussels minister Guy Vanhengel (Open Vld). Als voorzitter van de Vlaamse Gemeenschaps-commissie (VGC) vraagt hij meer steun van Vlaanderen. "De VGC heeft in tien jaar tijd 177 miljoen geïnvesteerd in onderwijsinfrastructuur", zegt hij. "Wij kunnen niet meer doen. Het is het recht van ouders om een school te kiezen, dus is het de plicht van de overheid om het gepaste aanbod te bieden."

Op dit moment staan tien nieuwe scholen in de steigers, vijf andere worden gepland. Er ontbreken er dus nog vijftien. "Minstens", zegt Walentina Cools, voorzitster van het Lokaal Overleg Platform (LOP) dat de inschrijvingsprocedure regelt. "Met het stijgend aantal geboortes in Brussel zijn er meer dan dertig scholen nodig."