Direct naar artikelinhoud

Soms is zelfs het ruisen van de wind te veel

Een jongen die beroofd wordt van zijn hoofdtelefoon, zoals deze week in Gent, is niet zomaar een tiener met pech als die jongen aan autisme lijdt. Zijn hoofdtelefoon biedt bescherming tegen de wereld. 'Geluiden die wij niet eens horen, kunnen al enorm storend zijn.'

Het is woensdag en Jordan (14) wacht aan het Zuid in Gent op de bus. Door de zachte schelpen van zijn zwarte hoofdtelefoon knalt harde, repetitieve muziek. Een groepje jongeren spot de dure hoofdtelefoon - van Beats by Dre - waar Jordan zo lang voor heeft gespaard en eist het gadget op. Jordan klemt het stevig vast. Hij krijgt klappen en stampen en moet zijn hoofdtelefoon lossen. Hij is 350 euro kwijt. "De pijn vind ik het ergste", zegt hij, al kan hij maandag waarschijnlijk weer naar school. Hij is erg gehecht aan zijn hoofdtelefoon. "Ik luister naar jump en hardstyle, op elk moment dat ik kan. Het ontspant mij."

Jordan is niet zomaar een tiener met een peperdure hoofdtelefoon. Jordan heeft een vorm van autisme, een ontwikkelingsstoornis die maakt dat de wereld soms angstaanjagend heftig op hem afkomt. Voor veel mensen met autisme is een hoofdtelefoon een draagbaar hulpmiddel om de wereld even op mute te zetten. Beeld zonder klank.

Dyslexie voor oren

De 14-jarige zoon van Sarah Schelstraete, coördinator bij de Vlaamse Vereniging Autisme, gaat zelden de deur uit zonder zijn oordopjes. Staat er een schoolvoorstelling van een musical op het programma, zoals afgelopen vrijdag, dan zijn de dopjes onontbeerlijk. "Anders houdt hij het moeilijk vol. Situaties waar wij van genieten en waarin wij alles willen zien en horen, zoals een film in de bioscoop of een circusvoorstelling, geven hem veel te veel prikkels tegelijk."

Te veel tegelijk, het is een simplistische samenvatting van hoe iemand met autisme de wereld ervaart. "Het is voor hen heel moeilijk om een selectie te maken tussen alle prikkels. Het proces om te beslissen welke indrukken relevant of belangrijk zijn, en welke niet, verloopt trager", zegt expert Herbert Roeyers (vakgroep psychologie, UGent). "Trager betekent hier een vertraging van milliseconden, maar als de ene na de andere indruk op je afkomt, moet je die continu verwerken. Dat is erg vermoeiend. Het is voor iemand met autisme bijvoorbeeld moeilijk om een gesprek met meerdere mensen tegelijk te voeren. Bovendien zijn ze ook gevoeliger voor geluid."

De gevoeligheid voor geluid heeft niets te maken met het gehoor en alles met de hersenen. Een soort van dyslexie voor de oren. "We gaan ervan uit dat zij minder verbindingen hebben in het brein", zegt Roeyers. "Ze kunnen minder snel betekenis geven aan een prikkel."

Gevoeligheid voor geluid is bij autisme zo wijdverspreid dat het kenmerk vorig jaar in de psychiatrische bijbel is opgenomen, de DSM V. Het kan zowel om over- als ondergevoeligheid gaan, al komt overgevoeligheid veel meer voor. "Ze kunnen verstoord worden door scherpe en onaangename geluiden zoals het gehuil van een baby. Maar ook door geluiden die wij zelfs niet opmerken. Zoals een auto die voorbij rijdt of zelfs het ruisen van de wind. Op school kan het zoemen van een beamer of het krassen van een pen hen storen. Kinderen met autisme die zich niet met taal kunnen uitdrukken, slaan soms hun handen over hun oren als de prikkels hen te veel worden."

Contact vermijden

Voor visuele indrukken geldt overigens hetzelfde. "Maar die zijn moeilijker te filteren. Geluiden kun je eenvoudig dempen met zo'n hoofdtelefoon. Daarom gebruiken sommige scholen waar kinderen met autisme les volgen ze in de klas."

De gevoeligheid verdwijnt niet met het ouder worden, maar volwassenen leren er wel beter mee omgaan. "Ze ontwikkelen strategieën om situaties te vermijden waarin ze 'overprikkeld' worden. Mensen met autisme trekken zich bijvoorbeeld graag terug. Niet omdat ze geen contact willen met anderen, maar omwille van de rust."