Direct naar artikelinhoud

In derode zetel wordt even alles beter

'Er is een omwenteling nodig bij iedereen die te maken krijgt met jongeren. We moeten onze verantwoordelijkheid nemen.' Dat zegt oprichtster Ingrid De Jonghe na vijf jaar anonieme en gratis therapie in het TEJO-huis (Therapeuten voor Jongeren) in Antwerpen. Drie tieners getuigen hoe een 'praatje in de rode zetel' het verschil heeft gemaakt.

"Wat is het vreemd om hier terug te zijn." Met een brede glimlach schudt de 19-jarige Ruben (*) zijn vroegere therapeute de hand. Vier jaar geleden stapte hij op aanraden van het Centrum voor Leerlingenbegeleiding (CLB) het TEJO-huis in Antwerpen binnen. Was hij toen een puber voor wie het leven te zwaar woog, dan staat hij nu als zelfverzekerde jonge kerel in de wachtruimte. Inmiddels tornt hij boven de therapeute uit, zijn kaaklijn is breder geworden en zijn ogen verraden een gezonde vinnigheid.

Het is in dit gezellige rijhuis in de Antwerpse binnenstad dat tieners sinds vijf jaar anoniem en gratis therapie krijgen. Ze kunnen er gewoon binnenstappen, met kleine of grote problemen, van liefdesverdriet over stress tot drugsproblemen of zelfmoordgedachten. Een voornaam en een geboortedatum, meer moeten ze in principe niet geven.

Zo verging het ook Ruben. "Allerlei problemen hadden zich opgestapeld, en ik had niet de kracht om die alleen het hoofd te bieden. Op school werd ik zwaar gepest, met mijn vader kon ik niet overweg en mijn broer had ernstige psychische problemen. Het was te veel."

Met zijn ouders praten was voor hem geen optie. "Ik had een neutrale, onbevooroordeelde persoon nodig om mee te praten. 'Ik wil dood.' Zoiets kun je toch niet tegen je ouders zeggen? Bovendien vond ik het belangrijk dat de therapeuten hier vrijwillig werk leveren. 'Die mensen willen écht met mij praten', dacht ik. Achteraf denk ik niet dat ik ooit zelfmoord zou hebben gepleegd, maar zonder de hulp van TEJO was ik zeker in die donkere plek blijven zitten. Hier heb ik voor het eerst mijn rugzak vol problemen kunnen neerzetten."

Ruben zit in hetzelfde rode zeteltje als enkele jaren geleden, toen hij zijn ziel blootlegde. Niet ineengedoken zoals toen hij voor het eerst zijn verhaal in deze krant deed, maar met rechte rug en open blik. Acht sessies had hij hier met gedragstherapeute Ingrid De Jonghe (59). Zij richtte in 2010 - morgen precies vijf jaar geleden - de eerste TEJO-afdeling op. Ze sprokkelde geld bij de stad en de provincie Antwerpen en enthousiasmeerde vrijwilligers.

Als advocate en pedagoge zag ze in de praktijk hoe wachtlijsten van - soms relatief kleine - problemen iets onbeheersbaars konden maken. "In de jeugdrechtbank zag ik een heleboel zogenaamde POS en MOF's (Problematische Opvoedingssituaties en Misdrijf Omschreven Feit, SV). 'Wat als ze eerder hulp hadden gekregen', vroeg ik me af. Wat moet je doen met jongeren in crisis? Met jongeren die helemaal verlamd zijn, niet meer vooruit geraken? Die moet je snel en efficiënt helpen, niet drie tot zes maanden op een wachtlijst zetten."

Het idee rijpte voor TEJO, Therapeuten voor Jongeren. De Jonghe: "Het moest iets zeer laagdrempeligs zijn, met of zonder afspraak. Het is op die zogenaamde 'eerste lijn' dat je de problemen kunt opvangen. Anoniem, gratis en snel: dat was het credo. En ik ben oprecht blij dat ik zo veel gemotiveerde therapeuten en vrijwilligers heb kunnen overtuigen. Kijk, je kunt niet altijd naar de overheid wijzen als iets verkeerd loopt. Soms moet je het heft in eigen handen nemen. Ik ben zelf een zondagskind, ik heb mijn hele leven veel geluk gehad. Dit is mijn manier om iets terug te doen."

Rommel ruimen

Inmiddels komen steeds meer jongeren het TEJO-huis binnen. In de ruimte beneden, waar rode stoelen rond een koffietafel staan, zit een tienermeisje te wachten. Haar boekentas op de grond, haar vinger op een smartphone. Een tienerjongen maakt aan de balie zijn volgende afspraak. Op de smalle trap naar boven lopen therapeuten af en aan. Eenmaal de bel op de speelplaats het einde van de dag aankondigt, loopt het hier aardig vol. Je kunt je afvragen waarom jongeren zo veel mentale problemen hebben. Waarom moet dat meisje met de strakke legging een therapeut zien? Waarom heeft die jongen een zesde afspraak nodig?

Vast staat dat de Vlaamse tiener nogal wat emotionele bagage torst. De laatste cijfers van de Nationale Gezondheidsenquête zijn op zijn zachtst gezegd verontrustend. Een op de vier jongeren (15-24 jaar) heeft moeite om de slaap te vatten, 13 procent kampt met depressieve gevoelens - in 2008 was dat nog 5 procent - en bijna 10 procent heeft angsten - 3,5 procent in 2008. België heeft een van de hoogste zelfmoordcijfers in Europa en bij jongeren blijft het een van de belangrijkste doodsoorzaken.

Psychiaters en experten wijzen onder meer naar de enorme stroom aan negatieve berichten. Politici die op tv verkondigen hoe alleen extra besparingen ons van de definitieve ondergang kunnen redden, IS-strijders die en plein public hoofden afhakken of mensen levend verbranden, de hoge werkloosheid... Optimisme of een geloof in de toekomst is ver te zoeken. Of zoals Sam Rijnders (27), redactiesecretaris van het Leuvense studentenblad Veto, onlangs in een opiniebijdrage schreef: "Onze generatie mag vooral rommel ruimen, om zelf wat op te bouwen rest er nauwelijks tijd en al helemaal geen geld."

Tieners moeten goede punten halen op school, moeten over een grote vriendenkring beschikken en moeten al hun wervelende belevenissen op Facebook en op Twitter delen. Vaak ontbreekt het hen volgens De Jonghe aan basisvaardigheden. Duidelijk communiceren, conflicten oplossen, omgaan met tegenslag, en ga zo maar door. "Het is geen toeval dat heel wat jongeren naar ons komen met 'relationele problemen'", zegt de gedragstherapeute "Omdat hun lief het uit heeft gemaakt, omdat ze niet met hun ouders overweg kunnen of omdat ze gebukt gaan onder de conflicten tussen ma en pa. Soms gaat het om zaken die gewoon deel uitmaken van het echte leven, maar waarop ze geen antwoord hebben."

Bij de 16-jarige Sam (*), een magere jongen met zwart krullend haar, was het liefdesverdriet dat hem naar TEJO dreef. Na tien maanden liep zijn relatie op de klippen. "Opeens dumpte ze me, zonder uitleg. Boenk, gedaan. Ik zat helemaal in de knoop. Ik kreeg geen hap meer door mijn keel, sliep nauwelijks. In korte tijd viel ik zeven kilogram af."

Zijn ongeruste ouders stuurden hem uiteindelijk naar de huisarts. "Hij heeft me in september naar TEJO doorverwezen. Voor mij was het belangrijk om met een 'neutraal' persoon te praten. Van mijn ouders wist ik dat ze mijn kant zouden kiezen. Ik wou een onbevangen blik."

Getrokken messen

Jongeren, ouders, sociaal werkers, leerkrachten, beleidsmakers... Iedereen die ooit met TEJO te maken kreeg, is vol lof. De naam mag dan nog niet overal een belletje doen rinkelen, in de jeugd- en welzijnssector is de vzw een begrip. In die mate zelfs dat TEJO stilaan een vangnet is geworden voor veel jongeren die door de gaten in het systeem dreigen te vallen.

"We zien TEJO als aanvullende hulpverlening", zegt De Jonghe. "Een labo waarin we op zoek gaan naar laagdrempelige en kwaliteitsvolle hulpverlening. Wij zijn niet afhankelijk van de overheid en moeten ons dus ook niet om de haverklap verantwoorden. Dat maakt het een pak makkelijker werken. Maar we stellen vast dat hoe langer hoe meer voorzieningen een beroep doen op ons. 'Stuur ze maar naar TEJO', klinkt het dan. Onlangs hoorde ik de directeur van een jongereninstelling zeggen dat hij ook een TEJO zou oprichten, omdat hij de vraag niet meer aankan. Opmerkelijk, vind ik dat. Let wel: hoe meer TEJO's, hoe beter. Wij willen zo veel mogelijk jongeren helpen, maar we kunnen niet alle lacunes vullen."

Onlangs kwam een tienermeisje 's avonds laat het Antwerpse TEJO-huis binnen. Ze had slaag gekregen van haar moeder en was in alle staten. "Wij hebben toen nog lang met haar gepraat. Uiteindelijk vond ik het niet veilig om haar naar huis terug te laten keren en heb ik opvang gezocht. Er bleek nog welgeteld één crisisbed beschikbaar. Voor hetzelfde geld was er dus helemaal geen oplossing. Op zo'n moment kun je niet ontkennen dat er grote tekorten zijn in de jongerenopvang. Als samenleving zijn we verplicht om zo'n tienermeisje een plaats te geven."

Inmiddels zijn er na vijf jaar vijf TEJO's, die om de twee maanden samenkomen om de strategie te bespreken. "Er staan nog enkele huizen op stapel", stelt De Jonghe. "Ons initiatief vindt vaste grond en dat doet deugd. Al besef ik dat er op lange termijn nog meer nodig is. Er is een omwenteling nodig bij iedereen die te maken krijgt met jongeren. We moeten collectief onze verantwoordelijkheid nemen. We moeten in hen investeren, naar hen luisteren, hen weerbaar maken en hen durven te begeleiden. Zelf heb ik vier kinderen en - geloof me - die zijn niet uit zichzelf groot geworden. Ik heb makkelijk praten, dat besef ik ook wel. Zeker in de samenleving waarin we vandaag leven - het moet steeds harder, beter en sneller - is het geen wonder dat sommige ouders daar niet toe in staat zijn. Financiële problemen, emotionele kopzorgen... er zijn grenzen aan wat mensen kunnen dragen."

Ouders zijn soms ook te zeer bezig met ruziemaken. Het is geen geheim dat de vele echtscheidingen het leven van tieners bemoeilijken. Zeker als ouders met getrokken messen hun breuk beslechten en kinderen als pasmunt gebruiken. "Kindermishandeling", noemde Peter Adriaenssens een vechtscheiding ooit. Van de meeste kinderen die bij TEJO aanspoelen, leven de ouders niet meer samen.

Ook de ouders van de 18-jarige Mila (*) wonen apart. Amper twee weken geleden had ze hier haar laatste sessie. "Nu gaat het beter met me. Ik heb stilaan het gevoel dat ik opnieuw kan functioneren." Het meisje met asblonde haren en grote bril lacht haar tanden bloot. Mila's schoolresultaten gingen de voorbije maanden pijlsnel naar beneden. De oorzaak was het drankmisbruik van haar vader en de verbale en fysieke agressie die daarmee gepaard ging. "Mijn moeder en ik hebben regelmatig klappen gekregen. Of ik kreeg te horen dat ik niks waard ben. Op den duur vreet zoiets aan je. Ik ben sowieso een schuchter persoon, maar ik dreigde niemand meer te vertrouwen."

Negen op de tien jongeren die bij TEJO langskomen, kunnen worden geholpen. Mila: "Mijn vader is niet veranderd. Ik wel. Eindelijk heb ik het gevoel dat hij mij niet meer kan kwetsen.

Ruben beaamt. "Het is niet zo dat ze hier met een magische toverstaf je problemen doen verdwijnen. De relatie met mijn vader is nog steeds stroef en mijn broer heeft inmiddels verschillende keren in de psychiatrie gezeten. In mijn rugzak zitten nog steeds dezelfde problemen, maar ik ben nu sterk genoeg om hem te dragen."

*Ruben, Sam en Mila zijn schuilnamen.

www.tejo.be