Direct naar artikelinhoud

'Van alle grote tech-bedrijven is Facebook het gevaarlijkst'

'Als Facebook 'Springen!' roept, zeggen alle mediabedrijven: 'Hoe hoog?'' Auteur Franklin Foer, broer van Jonathan Safran, heeft geen goed oog in de groeiende macht van quasi-monopolisten Facebook, Google en Amazon. 'Zonder privacy wordt de mens een flapdrol.' Bart Eeckhout en Freek Evers

rolijk wordt een mens niet van Ontzielde wereld, het boek van Franklin Foer. Denk aan De cirkel van Dave Eggers. Maar dan non-fictie.

Op scherpzinnige wijze verbindt de schrijver de persoonlijke achtergrond van de grote technologie-ondernemers Mark Zuckerberg (Facebook), Larry Page (Google) of Jeff Bezos (Amazon) met de geschiedenis van Silicon Valley om een duister toekomstbeeld te schetsen.

Foer vreest voor een toekomst waarin almachtige tech-giganten het privéleven van mensen opheffen, om een conformistische samenleving onder de knoet te krijgen. "Ik kijk met een mengeling van bewondering en angst naar het succes van Google of Facebook", vertelt hij. "Het zijn idealistische bedrijven. Natuurlijk willen ze veel winst maken, maar ze hebben een hogere missie. De wereld verenigen. De dood overwinnen... Je lacht, maar dat willen ze écht, hoor. Het idealisme van hun stichters zit ingebakken in het zakenmodel.

"In de media gaat het uitsluitend over een nieuw iPhone-snufje hier of de nieuwe app daar. Terwijl die bedrijven een op zijn minst eigenaardig mensbeeld hebben - en de wil om de wereld te herscheppen naar dat beeld. En daar wordt het angstaanjagend. Ze hebben intussen zoveel economische vuurkracht dat ze de wereld ook echt kunnen veranderen."

Was dat altijd al de bedoeling?

"Silicon Valley komt voort uit de hippiecultuur. The Grateful Dead komt uit dezelfde regio in Californië, lsd was er populair. De grote techbedrijven - Apple op kop - zouden er zonder die voorgeschiedenis helemaal anders uitgezien hebben. Aan de oostkust had je ook al grote technologiebedrijven zoals IBM of Xerox. Die waren compleet anders: risicoschuw, vertakt met overheid en leger.

"Silicon Valley wil het bewustzijn verruimen. Inderdaad, zoals lsd. De hippiecultuur is ten onder gegaan, maar het idee van de wereld te verbeteren leeft er door. Als iedereen geconnecteerd is, zullen we elkaar anders behandelen. Het probleem is dat die wereldwijde connectiviteit ook het beste zakenmodel aller tijden heeft opgeleverd. De commune is een monopolie geworden. Dat was eerst niet het plan. Larry Page verwierp bij de creatie van Google nog het idee van een commerciële zoekmachine. (lachje) Hij is inmiddels van gedacht veranderd."

Centraal bij Google staat de artificiële intelligentie: de ambitie om machines 'slimmer' te maken. Volgens u heeft dat zelfs een religieus trekje.

"Als je werkt aan iets wat lijkt op de menselijke geest, speel je God. Vandaar komt het idee van 'singulariteit': het unieke moment waarop de machine de mens als schepsel zal overtreffen en machines zelf nog slimmere machines zullen maken. Een verregaande gedachte. Als dat kan, hoeft de menselijke geest zich ook niet meer gevangen te voelen in het lichaam. Dan kun je je brein 'uploaden' in een machine. Dan is de dood overwonnen. Dat is het einddoel: het aards paradijs, alle problemen opgelost. Krankzinnig, maar bij Google nemen ze dat bloedserieus."

Silicon Valley heeft lang een mythische klank van succesvol ondernemerschap en creativiteit gehad. Dat idee lijkt wat weg, nu.

"Omdat we nu met president Trump zitten. Je ontkomt er niet aan dat Facebook daar een zekere rol in gespeeld heeft. Nu pas gaan mensen inzien dat dat succesvolle platform ook een lanceerbasis is voor fake news en propaganda. En dus gaan mensen zich plots vragen stellen over al die megabedrijven. Het besef dringt door dat Google ingrijpt in je privacy, en dat als je Google niet kan vertrouwen er geen alternatief meer is."

Vele jongeren vinden het wel 'oké' dat hun

privacy niets meer voorstelt.

"Het is niet oké. Pas als de privacy weg is, zullen we merken hoe fundamenteel ze is. Als alles open ligt, ontstaat er een verstikkende druk om je te conformeren. Je wordt voorzichtig, je wilt het alleen nog goed doen. Zonder privacy wordt de mens een flapdrol.

"Onlangs probeerde een vrouw om bij Tinder haar privégegevens terug te eisen. Ze hebben haar een bundel van 800 pagina's gegeven. Alles wisten ze: belastingaangiftes, alles wat ze leuk gevonden had op Facebook... Wat mensen nooit zouden bekennen tegen hun vrienden, vertellen ze tegen een computer. Die totale transparantie maakt je kwetsbaar. Mensen kunnen je data stelen en er misbruik van maken."

Dus moeten we mensen daar beter bewust van maken?

"Ach, bewustwording... Wereldwijd kampen massa's kinderen met obesitas. We weten allemaal hoe dat komt. Te veel suiker. Te veel cola, te veel McDonald's. We zijn er ons van bewust en het haalt niks uit. Omdat die producten verslavend zijn. Ook sociale media zijn ontworpen om verslavend te zijn. Bewustwording alleen volstaat niet."

Kunnen we nog ontsnappen?

"Ik blijf hopen van wel. Wat me hoop geeft, is bijvoorbeeld de standvastigheid van het papieren boek. Volgens Nicholas Negroponte van de MIT (Amerikaanse topuniversiteit voor technologie, red.) zou het papieren boek tegen 2015 volledig verdwenen moeten geweest zijn. We zijn inmiddels al in 2017 en het boek wint weer aan populariteit. De verkoop van e-boeken stagneert, maar het hardcoverboek zit weer in de lift. Omdat mensen beseffen dat ze af en toe weg moeten van het scherm. Je kunt niet altijd geconnecteerd zijn."

Ook als je er bewust mee omgaat, moet je toegeven dat de grote tech-bedrijven de beste service bieden en vaak nog gratis ook.

"Omdat ze zo groot zijn. Die omvang van de monopolisten hoeft geen eeuwige wet te zijn. Ook in het verleden zijn bedrijven die te groot werden, teruggeduwd door de overheid."

Facebook nationaliseren dan maar?

"Daar geloof ik niet zo in. Willen we echt dat China zijn eigen Facebook creëert om vrijheid nog meer te onderdrukken? Willen we Facebook in handen geven van Donald Trump?

"Europa toont met horten en stoten de goede weg. De manier waarop de onderdelen van Google zijn aangepakt, komt toch al in de buurt. Zachtjes wordt de reus uit elkaar gehaald. Google moet niet kapot, maar het zou niet meer zo mogen domineren.

"Bedrijven als Facebook zijn best wel onder de indruk van die plotse tegenwind. Dat ze in Europa aangepakt worden, noemen ze protectionisme. Maar als je eigen land actie tegen je onderneemt, wordt het mentaal lastiger."

Ook de Facebook-top zelf lijkt zich te willen bezinnen over de risico's van hun netwerk.

"Ik denk niet dat Mark Zuckerberg fel twijfelt over Facebook." (grijnst)

Hij zegt alleszins dat hij het probleem met fake news ernstig neemt.

"Hij wil natuurlijk niet de man zijn die leugens helpt verspreiden over het gehele land. Maar hij zit vast. Als hij zijn verantwoordelijkheid opneemt, wil dat zeggen dat hij erkent dat Facebook verantwoordelijk is voor wat er via het netwerk verspreid wordt. Dat gaat lijnrecht in tegen het zakenmodel. Dat stelt dat Facebook 'alleen maar' een platform is dat door anderen ingevuld wordt. Dat is juist de aantrekkingskracht: de illusie dat jij en jij alleen beslist wat je op Facebook zet.

"Van alle tech-giganten is Facebook het gevaarlijkst. Democratie overleeft bij gratie van goede informatie. Als dat principe gaat wankelen, voel je dat aan de stembus. Zoals gebleken is."

Denkt u dat Mark Zuckerberg president wil worden?

"Hij wilde wel, ja. Zijn kans is verkeken. Zijn reputatie is aangetast na de verkiezing van Trump. Er was een plan, maar in een poll in New Hampshire strandde hij op 2 procent van de Democratische kiezers, zelfs nog ver achter de gepatenteerde losers."

Donald Trump was eerst ook kansloos.

"Trump is een fenomeen, Zuckerberg niet. Heb je hem al eens horen praten? Hij is geen entertainer, hij heeft geen humor. Zuckerberg is een ingenieur, bij empathie kan hij zich niks voorstellen. Ik denk niet dat een staalarbeider in Ohio ooit zal zeggen: 'Damn, die Mark Zuckerberg is zo authentiek, hij spreekt voor mij'." (lacht)

U ziet in Facebook ook de ultieme bedreiging van goede journalistiek. Zonder sterke inhoud, gaat Facebook toch zelf ook dood?

"Dat is het verkooppraatje. Geloof je het ook zelf?"

Waarom zou je naar Facebook gaan als er niets origineels meer te lezen valt?

"Daar vergis je je al. Facebook draait niet meer om lezen, maar om video."

Klopt. Zelfs bij De Morgen hebben we nu een eigen videoteam.

"Exact. Als Facebook 'springen' zegt, zeggen alle mediabedrijven 'hoe hoog'? Waar komt het geld van jullie investering in video vandaan? Had je dat diep vanbinnen niet liever aan goede, oude onderzoeksjournalistiek besteed?"

Vast wel, maar wat zijn we daarmee als

niemand de stukken leest?

"I know. Video kan journalistiek interessant zijn. Het punt is dat als Facebook plots decreteert dat gebruikers meer video willen, dan hebben wij dat met z'n allen maar te accepteren.

"In de VS betaalt Facebook zelf gereputeerde journalisten om video's te maken. Zelfs de New York Times aanvaardt die sponsoring in dank. Plots lijkt het of Facebook de journalistiek komt redden. Maar de waarden en het businessplan van Facebook worden zo wel ook die van jou. Dat is niet alleen het probleem van journalistiek. Zodra je afhankelijk wordt van een sterk platform, kun je alleen nog doen wat het platform wil."

Nogmaals: wat kunnen we er nog tegen

beginnen?

"Toen de eerste auto rondreed, werd mensen aangereden wanneer ze de straat overstaken. Auto's botsten met elkaar omdat er geen regels waren. Maar plots zijn er gordels, verkeerslichten en uitlaatnormen. We moeten niet bang zijn van nieuwe technologie. Ze heeft het potentieel om ons te bevrijden. Maar ook om ons pijn te doen. In het verleden hebben we daar adequaat op gereageerd. Ik zie niet in waarom dat nu anders zou moeten zijn."

Omdat je dan sterke overheden nodig hebt.

Nu worden ze juist zwakker, mede door de

disruptieve technologie.

"En dat gaat ver. In Toronto (Canada) stelt de stad een stuk land ter beschikking aan Google. Het moet een demonstratie worden voor alle innovatie die Google in de stad kan creëren. Dat is de ultieme overgave. De overheid beseft dat Google het allemaal beter kan, dus trekt ze zich terug.

"Tegelijk is er ook een andere beweging. De volkswoede die nu overal opsteekt, toont juist ook een roep om een sterkere overheid. Jullie landgenoot David Van Reybrouck schreef daar een prikkelend boek over: Tegen verkiezingen.

"Mensen zijn terecht boos. Niet op migranten, maar op het falende leiderschap. Die woede kan geheroriënteerd worden in iets goeds. Voor het eerst in decennia hebben de Democraten de strijd tegen de nieuwe monopolies opgenomen in hun programma. Ze zijn natuurlijk boos op Facebook, omdat het volgens hen de reden is waarom Trump president is geworden. (lachje) Nu daagt plots het besef."

Is dat niet hypocriet? Na de Arabische Lente kregen Facebook en Twitter bijna de Nobelprijs omdat ze dictators hadden helpen verdrijven. En nu ze er mee voor gezorgd hebben dat er een kerel in het Witte Huis zit die we niet moeten, geven we Facebook de schuld.

"Jij noemt het hypocrisie, ik noem het voortschrijdend inzicht. Google en Facebook zagen er oké uit. Ik zag ze zeven jaar geleden ook nog als redelijk positieve bedrijven. Het was moeilijk in te schatten dat ze zoveel macht zouden bereiken waardoor die misbruikt kan worden."

We noemden Barack Obama een genie voor

de manier waarop hij social media gebruikte. Donald Trump deed niet veel anders.

"Dat is zo. Er zijn onder Obama weinig lobbyisten zo vaak over de vloer gekomen in het Witte Huis als de top van Google. We vonden dat met z'n allen 'cool'. Terwijl de regering toen een onderzoek voerde tegen de macht van Google, maar er uiteindelijk niks mee deed. Is dat toeval?

"Is het toeval dat Eric Schmidt (bestuursvoorzitter van Google, red.) officieus lid was van de Obama-campagne en dat Obama vervolgens het Google-onderzoek in de prullenmand gooide? I don't think so."

U moest zelf opstappen als hoofdredacteur bij het blad The New Republic, na een conflict met de nieuwe eigenaar, onder meer over de inzet op sociale media. Was dat uw leermoment?

"Het heeft me doen beseffen hoe fout de boel wel is. Ik was al kritisch toen ik nog voor het blad werkte. Ik schreef kritische stukken over Amazon. Maar pas toen ik op straat stond, besefte ik dat er een groter perspectief is."

U schrijft kritisch over uw ervaring met een programma, Chartbeat, dat live monitort hoeveel mensen hoelang stukken online lezen.

Dat gebruiken wij ook. Is het niet goed dat de interactie met de lezer van twee kanten komt? Of is dat naïef?

"Ja, dat is naïef. (lacht) Als dat met mate gebeurt, dan is dat oké. Maar als je Chartbeat op de muur projecteert, wordt het gevaarlijk. Impliciet gebruik je het toch als een maatstaf."

Het is interessant om te leren waar lezers

afhaken. Daaraan willen verhelpen, is toch geen doodzonde?

"Ik wil ook gelezen worden, anders zou ik niet schrijven. Het probleem is wat je aanvangt met de informatie die je krijgt. Ga je jezelf herhalen omdat je weet wat werkt? Populariteit wordt je doel, niet enkel waarheidsvinding.

"Uiteindelijk leiden zulke instrumenten naar homogenisering. Mijn inlevingsvermogen in de lezer verdween juist. Ik wou alleen maar scoren. Waarom schrijven al die nieuwsredacties zo vaak over Trump? Niet omdat ze hem 'cool' vinden, maar omdat 'Trump' werkt."

Waarom werkt Trump volgens u?

"Trump is een pornografie van woede. Het werkt zoals porno. Je weet dat het verachtelijk is, maar je kunt niet anders dan ernaar kijken. Het wekt walging op, maar daar voel je je juist goed bij. Je voelt je moreel superieur. Klikken op een stukje waarin Trump alweer de idioot uithangt, voelt als actievoeren."

En dat primaire gevoel wordt gestimuleerd door Facebook?

"Omdat Facebook een wereld heeft gecreëerd waarin alles overdreven wordt, zodat je het onmiddellijk kunt liken. We zitten in een filterbubbel waarin je alleen nog je eigen wereldbeeld herkent. Dat maakt je zwakker. Je emoties worden uitgebuit. Media draaien om emotie. Denk aan de sensatiebladen. Ik vrees dat die spirit in de hele beroepsgroep geslopen is. "

The New Republic is toch ook een filterbubbel voor zijn lezers? Net als De Morgen, hoor.

"Het is toch anders. We waren progressief, maar we publiceerden stukken uit het hele politieke spectrum, juist omdat we onze lezers wilden confronteren met andere gedachten. Dat is juist wat veranderde door de inbreng van de nieuwe technologie. Van een uitdagend blad werden we een voorspelbaar blad, omdat we steeds meer rekening gingen houden met data en ons aantal lezers. We preekten enkel nog voor de eigen kerk."

"Alles is nog niet verloren. Tot voor een jaar of wat leken The New York Times of de Washington Post relicten uit een vroegere tijd. Sinds Trump hebben die kranten plots weer een bestaansrecht. Zij willen het antigif zijn tegen fake news. Het heeft de redacties weer een stroomstoot gegeven. En ook de lezers volgen massaal. Mensen zijn bang en willen juist geïnformeerd worden. Ze beseffen dat dat een prijs heeft."

Hoe consequent gaat u zelf om met al die

technologie?

"Ik ben natuurlijk een geweldige hypocriet. (lacht) Ik weet zelfs niet hoeveel ik naar mijn telefoon kijk. Ik probeer mijn leven te verbeteren. Facebook staat niet meer op mijn telefoon. Ik heb mijn meldingen aangepast zodat ik enkel door een mens gestoord kan worden, niet door een algoritme. Ik probeer niet met mijn telefoon te slapen. Ik doe mijn best om me gedurende bepaalde delen van de dag af te sluiten. Een boek lezen, een wandeling maken. Maar ik ben niet perfect."

Misschien is het een slingerbeweging en keren we nu terug van het uiterste puntje?

"Dat is wat ik hoop. Het is onze job als mens om altijd beter te willen. We leren altijd bij. Zij proberen ons te manipuleren, maar wij kunnen hen weerstaan."