Direct naar artikelinhoud

Politie na rellen: 'Ingrijpen mocht niet'

Minister van Veiligheid en Binnenlandse Zaken Jambon (N-VA) gaat om een onderzoek vragen naar de omstandigheden rond het politie-optreden van zaterdagavond in Brussel. Na de kwalificatie van Marokko voor het WK voetbal waren er rellen.

Er zijn vragen gerezen over de snelheid en de efficiëntie van het politie-optreden. "Het geweld heeft zware gevolgen gehad voor handelaars en particulieren. Er zijn ook mensen gewond geraakt, vooral politiemensen", zegt de woordvoerder van Jan Jambon. Er werd één iemand opgepakt, maar die is later weer vrijgelaten.

"Het onderzoek door de Algemene Inspectie voor de Geïntegreerde Politie (AIG) is belangrijk in het licht van het toekomstige WK voetbal. Het is van belang dat we alles in het werk stellen om te vermijden dat dit soort van incidenten zich herhaalt", verduidelijkt hij nog. Hij hoopt dat de inspectiedienst op zo kort mogelijke termijn resultaten en aanbevelingen kan voorleggen.

Marokko kwalificeerde zich zaterdag, voor het eerst sinds 1998, voor het WK voetbal. In Nederland was het een groot feest bij de Marokkaanse gemeenschap, in ons land draaide dat anders uit. Het had ook hier een voetbalfeest moeten worden aan de Beurs, maar dat draaide anders uit. 22 agenten raakten gewond, twee auto's werden in brand gezet en verschillende uitstalramen sneuvelden.

Brusselse agenten krijgen nu heel wat kritiek te verduren. De politie zette tot twee keer toe het waterkanon in om de relschoppers terug te dringen. Toch kon het korps heel wat vernielingen en plunderingen niet voorkomen. Uiteindelijk werd één verdachte ingerekend, maar die werd weer vrijgelaten. Het onderzoek van Jambon moet onder meer ook nagaan hoe het komt dat er niemand daadwerkelijk is aangehouden naar aanleiding van de rellen ondanks de omvang van de ongeregeldheden. Volgens het parket is dat omdat er nog niet voldoende bewijzen waren.

Vier Brusselse politieagenten lieten anoniem hun ongenoegen blijken bij VRT NWS. "Wat ze boven onze hoofden ook mogen zeggen: er waren niet genoeg manschappen voorzien voor een eventuele kwalificatie van Marokko. Pas tijdens de match, toen er al incidenten waren op de Stalingradlaan, hadden ze door dat het uit de hand kon lopen", klinkt het.

Een deel van de kritiek komt na de plunderingen op de Lemonnierlaan. "Dat gebeurde voor de ogen van een peloton, maar er mocht niet ingegrepen worden, omdat de situatie dan wel eens zou kunnen escaleren", reageren de agenten. "We hebben traangas en rubberkogels. Het enige dat we niet hebben, is de formele toestemming om die ook in te zetten."

De agenten claimen dat ze niet mochten ingrijpen, tot spijt van onder meer een nachtwinkel in de buurt van de Beurs. Die moest eraan geloven. "Het winkelraam werd ingeslagen met verkeersborden, mensen namen flessen drank en sigaretten mee en sloegen alles kort en klein.", getuigt journalist en fotograaf Yassine Atari.

Daders vervolgen

Olivier Slosse, woordvoerder van de Brusselse politie, zegt dat het korps keuzes moest maken. "We kregen veel oproepen tegelijkertijd, dus moesten we een selectie maken. In dergelijke omstandigheden willen we eerst de orde herstellen, zodat de hulpdiensten hun werk kunnen doen. Op een bepaald moment werd immers ook de brandweer bekogeld en kon zij haar werk niet doen. Van zodra het veilig is, kunnen we de andere, materiële zaken beveiligen. Maar we begrijpen en betreuren natuurlijk dat een aantal mensen zich bedreigd hebben gevoeld."

Burgemeester Philippe Close (PS) laat weten zijn korps te steunen. Hij looft de snelle reactie van de ordediensten, die "professioneel en behoedzaam" hebben gereageerd. De burgemeester zal het parket vragen de daders te vervolgen. "Voetbal moet een feest blijven. Ik sta steeds open voor feestjes aan de Beurs, maar wat hier gebeurd is, is een vernielpartij in plaats van een feest."