Direct naar artikelinhoud

'Welkom in de schatkamer van de VRT'

In de kelders van de openbare omroep ligt een gigantische voorraad hoogbejaarde platen. Tjokvol unieke opnames uit lang vervlogen tijden. Een digitale reddingsoperatie moet voorkomen dat de broze platen voorgoed verloren gaan.

"Welkom in de schatkamer van de VRT", zegt Christine Fettweis, hoofd van de audiotheek van de openbare omroep, terwijl ze de deur openzwaait. We bevinden ons in een verre hoek van de gigantische kelder onder het oude VRT-gebouw. In dit kamertje worden de oudste opnames van de openbare omroep bewaard - uit de tijd dat de VRT nog Nationaal Instituut voor de Radio-omroep (NIR) heette. Fettweis hoeft maar één doos uit de rekken te halen om te laten zien wat dat betekent. Op de eerste plaat uit die doos staat een speech die Benito Mussolini in 1938 in Brussel gaf. De tweede, met een goudkleurig laklaagje, bevat een redevoering van Herman Teirlinck. De vraag is hoe verstaanbaar die nog kan zijn. De laklaag heeft betere tijden gekend en laat in grote schilfers los.

Meteen de reden waarom nu een grootschalige reddingsoperatie aan de gang is. Zowat twintigduizend schellak- en lakplaten worden de komende dertig maanden gerepareerd, opgepoetst en op een digitale drager overgezet. En dat is sneller gezegd dan gedaan. Vooral de lakplaten die het NIR tussen 1930 en 1960 gebruikte om zelf opnames te maken, zijn uiterst fragiel geworden. "Die platen hebben een kern van metaal, glas of zelfs karton die met een dun laagje lak overgoten werd", legt Fettweis uit. "Maar temperatuursverschillen, vocht en de tand des tijds hebben die lak aangetast."

Fettweis wijst naar een plaat op haar bureau om te laten zien wat ze daarmee bedoelt. De zwarte schijf is bedekt met een dunne maar hardnekkige laag wit stof. "Dat is de palmolie uit de lak die naar boven komt", legt ze uit. En het kan nog erger. De lak van volgende plaat vertoont barsten en is hier en daar zelfs volledig verdwenen. In zo'n geval is het redden wat er nog te redden valt. "Het eerste wat we met elke plaat doen is ze afspelen en opnemen, ongeacht de staat waarin ze zich bevindt", vertelt geluidstechnicus Klaas Janssens. "Kwestie van toch al iets in handen te hebben voor we aan het schoonmaakwerk beginnen."

Want niet alle platen blijken die grote schoonmaak even goed te verteren. De schijven worden op een speciaal daarvoor ontwikkelde platenspeler gereinigd. Eerst gaat er zeepsop overheen, daarna volgt een behandeling met ammoniak. Het water met het vuil wordt weggezogen door een minuscuul zuigertje dat gemonteerd is op de plaats waar normaal de naald van de platenspeler zit. Daarna begint het knutselwerk. Losgekomen stukjes lak worden waar mogelijk opnieuw vastgelijmd, verdwenen schilfers worden vervangen door stukjes was zodat de naald bij het afspelen niet blijft haperen. Een monnikenwerk. "Gemiddeld rekenen we op ongeveer een uur per plaatkant", zegt Fettweis. "Maar bij zwaar beschadigde platen is dat soms veel langer." De kostprijs is dan ook navenant. Het digitaal opfrissen van de 20.000 platen uit het archief is goed voor een prijskaartje van 650.000 euro.

Unieke fragmenten

De grote kuis in de kelder van de VRT brengt af en toe een schat naar boven. Een radioverslag van de gouden medaillerace van Jesse Owens op de Olympische Spelen die in 1936 in Berlijn werden georganiseerd bijvoorbeeld. Een geluidsfragment waarin komiek Stan Laurel zich aan het Frans waagt. Of een luisterspel van de Duitse componist Hanns Eisler waar enkel het NIR nog een opname van had. En daar zal ook de modale luisteraar binnenkort zijn voordeel mee doen. "De radiomakers hier in huis zijn heel erg enthousiast. Plots krijgen ze de beschikking over een gigantische bibliotheek vol unieke geluidsfragmenten. Nu al wordt er op programma-ideeën gebroed waarin dat archief een plaats zal krijgen. Ook in de wereld van de klassieke muziek wordt vol belangstelling gekeken naar wat er bij de VRT gebeurt. De opnames van Hanns Eisler bijvoorbeeld zijn na hun digitale facelift uitgebracht op cd.

Het digitaliseringsproject is nog maar net uit de startblokken geschoten. En er ligt nog behoorlijk wat werk op de plank. Volgens de meest optimistische planning zijn Fettweis en co. nog tot eind 2019 met zeepsop en ammoniak aan de slag. Worden ze daar niet moedeloos van? "Het is zaak om daar niet te veel aan te denken", zegt Janssens. "Trouwens, eigenlijk is dit voor muziekliefhebbers als ikzelf een fantastische job. Iedereen die geregeld nieuwe platen koopt weet dat die allereerste luisterbeurt een fantastisch moment is. Dankzij dit project zijn mijn werkdagen gevuld met dat soort momenten."