Ashraf Sekkaki, een leven achter de tralies

Ashraf Sekkaki bracht al het leeuwendeel van zijn jonge leven achter de tralies door.Zijn criminele carrière begint op zijn dertiende, als het Mechelse jeugdparket hem een eerste keer onder toezicht stelt voor “afpersing, diefstal door middel van braak, inklimming, verboden wapen”. Drie jaar later hielp hij enkele ‘vrienden’ een handje bij een bankoverval. Hij nam deel aan enkele kleine hold-ups en werd in 1999 als jongste Belgische crimineel ooit uit handen gegeven door de jeugdrechtbank. Een jaar later werd Sekkaki veroordeeld tot vier jaar effectieve celstraf, een vonnis dat hij als buitensporig ervaarde. In 2003 waagt hij zijn eerste (mislukte) ontsnappingspoging, enkele maanden later lukt het wel. Samen met een kompaan begint hij daarop aan een reeks overvallen, vooral op filialen van Axabank, omdat die zich burgerlijke partij stelde in de zaak tegen Sekkaki. Schoten worden er nooit gelost, maar de aanwezig wordt wel schrik aangejaagd.In februari 2004 wordt Sekkaki ingerekend als hij zijn vriendinnetje wil bezoeken. Er wacht hem een immense gevangenisstraf voor de bankovervallen. Hij slaagt erin een gsm de gevangenis van Dendermonde binnen te smokkelen, en bestelt “voor de grap” een helikopter. Resultaat: nog enkele jaren cel erbij en een overplaatsing naar een superstreng gevangenisregime in Brugge. Daarover correspondeert hij, via tussenpersonen, geruime tijd met De Morgen. In de brieven, die leidden tot een verbijsterde reactie van toenmalig justitieminister Jo Vandeurzen, maakte hij zijn beklag over wat hij “het Belgische Guantánamo” noemde. Meermaals zal Sekkaki stellen dat hij nooit een eerlijke kans kreeg en dat hij zich in een uitzichtloze situatie bevindt. (LB)