Direct naar artikelinhoud

Jan Goossens rapporteert vanuit het multiculturele Los Angeles over honderd dagen Amerikaans presidentsschap

Obama, de alomtegenwoordige

Jan Goossens is artistiek directeur van de Koninklijke Vlaamse Schouwburg. Hij verblijft met een fellowship van de Eisenhower Foundation in de VS.

Woensdag is Barack Obama honderd dagen aan de macht. Jan Goossens maakte in Los Angeles een eerste balans op. Hij bezocht zowel de beruchte wijk Skid Row als het LA Philharmonic. 'Of het nu is op een t-shirt, in de gesprekken tussen mensen, of op tijdschriftcovers en affiches, Obama, op 29 april honderd dagen aan de macht, heeft een prominente plaats in de debatten en verbeelding van uiteenlopende Amerikanen.'

15 april, Skid Row, downtown Los Angeles. In een van de meest miserabele wijken van de metropool stelt John Malpede van de theatercompagnie Los Angeles Poverty Department (LAPD) me voor aan enkele van zijn medewerkers. Kevin is advocaat, ex-junkie en part-time acteur. Daarnaast actief in een klein opvangcentrum voor daklozen. Met Pasen werden twee van zijn vrienden een paar straten verder doodgeschoten in een drugsgerelateerde afrekening. Kevin probeert een afscheidsceremonie op poten te krijgen.

Een meederheid van de bewoners op Skid Row is niet alleen arm, zwart en (ex-)junkie, maar heeft ook mentale problemen en leeft permanent in shelters voor daklozen. Maar voor het Los Angeles Police Department zijn het criminelen die achter de tralies moeten. Terwijl we in een van de parkjes op Skid Row praten met General Dogon, een burgerrechtenactivist op wiens getekende gezicht te lezen staat dat Skid Row voor hem geen enkel geheim heeft, wordt net naast ons iemand op brutale wijze in de boeien geslagen. Reden? Jaywalking (een straat oversteken zonder rekening te houden met de verkeersregels) volstaat om een dakloze enkele dagen in de gevangenis te stoppen en een boete van honderden dollars te geven. In het park stijgt gejoel op, en General Dogon noteert het voorval in zijn notitieboek. Dagelijks speelt hij informatie door aan advocaten die klachten tegen de LAPD indienen. "Arm zijn is in dit land ongelooflijk hard", zegt John Malpede. "Veel mensen zien het als een misdrijf waar je alleen zelf verantwoordelijk voor bent."

Potentieel

Enkele straten verder begint de Finse topdirigent Esa-Pekka Salonen aan de generale repetitie van zijn afscheidsconcert als muziekdirecteur van het LA Philharmonic. 17 jaar was hij er aan het werk en in die tijd kreeg hij er niet enkel de allure van een rockster, maar realiseerde hij ook een resem andere dingen. Een ervan is de bouw van de nu al legendarische Disney Concert Hall, getekend door Frank Gehry, een akoestisch wonder met 2.000 plaatsen. Dankzij die concertzaal, maar vooral dankzij een ijzersterke hedendaagse programmatie slaagde de 'mainstream' LA-Phil erin een brug naar de toekomst te bouwen zoals je het in de klassieke muziek amper ziet. Ondanks de crisis heeft het orkest een bezettingsgraad van meer dan 90 procent, is het publiek relatief jong en gemengd en reageert het met het enthousiasme van rockfans op werken van Stravinsky, Ligeti en Salonen zelf. De LA-Phil is een springlevende culturele instelling en zette dat in de verf door als opvolger de Venezolaan Gustavo Dudamel aan te duiden. 27 jaar, afkomstig uit de sloppenwijken van Caracas en één brok charisma. Als je weet dat Spaans ondertussen de eerste taal van LA is en dat er sinds twee jaar een Latino burgemeester is, dan lijkt dat een meesterzet. Het zegt ook iets over het potentieel van de Westkust van de VS: met zijn relatief kleinere zwarte en grote Aziatische en Latinogemeenschappen is de Westkust veel multicultureler dan de Oostkust, waar de tegenstelling tussen blank en zwart veel groter is. En als je het LA-Phil vergelijkt met het New York Phil, dan is dat laatste orkest ongeveer even sexy als George W. Bush naast Barack Obama.

Skid Row en de Disney Hall bevinden zich aan tegengestelde uiteinden van een breed spectrum. Toch valt op dat Obama op beide plekken erg aanwezig is. Of het nu is op een t-shirt, in de gesprekken tussen mensen, of op tijdschriftcovers en affiches, Obama, op 29 april honderd dagen aan de macht, heeft een prominente plaats in de debatten en verbeelding van uiteenlopende Amerikanen. Al zal het nog jaren duren voor de bewoners van Skid Row (hopelijk) de impact zullen voelen van een beleid met meer sociale accenten, ook bij de acteurs van LAPD dringt door dat men in het Witte Huis echt probeert aan 'a more perfect union' te bouwen. In eigen land en internationaal. De toenadering tot Cuba en de handdruk met Chavez sloegen in als een bom. In een land dat in de vorige decennia elk progressief alternatief in Latijns-Amerika hardhanding de kop indrukte, is het een verschil van dag en nacht.

Het valt bovendien niet te onderschatten hoezeer Obama op eieren moet lopen. Uit iedere toespraak blijkt zijn eigen gelijk ondergeschikt aan het vermijden van zinloze tegenstellingen. Dat bleek onlangs nog uit een onderzoek van de PEW-Foundation: bijna 80 procent van alle Democraten is tevreden over Obama, tegenover 30 procent Republikeinen.

Ticking bomb

Een van de affaires waarin Obama zich als evenwichtskunstenaar moet opstellen is die van de martelpraktijken in geheime CIA-gevangenissen na 9/11. Nadat Mark Danner, sterjournalist van de New York Review of Books, het Rode Kruis-rapport publiceerde waaruit zwart op wit blijkt, op basis van interviews met gedetineerden, dat CIA-personeel met orders vanop de hoogste politieke niveaus de grenzen van de illegaliteit overschreed, zit de president in een lastig parket. Toch maakt hij heldere keuzes. Danners artikels leidden rechtstreeks tot zijn beslissing om bepaalde CIA-files over de ondervragingen publiek te maken. Terzelfdertijd is hij geen voorstander van gerechtelijke vervolging van CIA-personeel. Banvloeken uit tegengestelde hoeken waren zijn deel. Ex-vicepresident Dick Cheney stelde meteen dat de martelpraktijken essentïele informatie opleverden voor 'homeland security'.

Mensenrechtenactivisten vinden het dan weer ongehoord dat Obama niet resoluut voor vervolging pleit. Mark Danner blijft er pragmatisch bij: "Obama zou wel gek zijn om, nu hij eigenlijk CIA-baas is, voor rechtszaken tegen de CIA te pleiten. Wat hij wel doet, is echter veel belangrijker: informatie beschikbaar maken die een breed maatschappelijk debat op gang brengt. Ervoor zorgen dat dit in de toekomst nooit meer gebeurt. Meer dan vervolging is daarvoor debat nodig: de hele Amerikaanse samenleving wist eigenlijk wat er in de CIA-gevangenissen gebeurde, maar iedereen zweeg. 'Hoe konden we met zijn allen denken dat we de wet moesten overtreden om ons land te beschermen?' Daar heeft veel toe bijgedragen. Ook televisieseries als 24, die veel Amerikanen opzadelden met het ticking bomb-syndroom: de obsessie dat een aanslag op ieder moment mogelijk is en dat alle middelen geoorloofd zijn om dat te vermijden."

Historicus Adam Hochschild vatte het als volgt samen: "Ons land heeft momenteel een betere president dan het verdient." Hochschild is auteur van King Leopold's Ghost, over de exploten van Leopold II in Congo, en analyseerde al vele politieke regimes. Hij heeft dus recht van spreken. Laat ons hopen dat die president ook na de eerste honderd dagen zijn land en de wereld blijft meetrekken in een opwaartse spiraal.

Het zal nog jaren duren voor Skid Row de impact zal voelen van een beleid met meer sociale accenten. Maar ook bij de acteurs van Los Angeles Poverty Department dringt het door dat het Witte Huis echt probeert aan 'a more perfect union' te bouwen