Direct naar artikelinhoud

De Peppi en Kokki van de Squadra Azzurra

Aanvallers Antonio Cassano en Mario Balotelli kunnen een plaag zijn voor elke defensie, zo bleek tegen titelhouder Spanje. Maar het spitsenduo van Italië is soms ook een plaag voor de eigen coach.

Moet je het nog vreemd vinden dat Antonio Cassano op zomaar een dinsdag in Krakow, tijdens een persconferentie van Italië, zegt dat hij hoopt dat er geen homoseksuele spelers in de Squadra Azzurra zitten? Het eerlijke antwoord is 'nee', als je een beetje weet hoe de aanvaller in elkaar steekt.

In een officiële persverklaring van de Italiaanse bond betuigde Cassano enkele uren na zijn faux pas alweer spijt. Hij had niemand willen beledigen. Hij was geen homofoob. Zijn woorden waren verkeerd geïnterpreteerd, zo luidde de tekst. De kans dat hij zich later dit toernooi, op welke manier dan ook, opnieuw vergaloppeert, is overigens aannemelijk.

Op het moment dat bondscoach Cesare Prandelli besloot dat zijn spitsentandem tijdens het EK zou bestaan uit Cassano en Mario Balotelli, nam hij min of meer een ingecalculeerd risico. Als je het puur vanuit voetbaltechnische overwegingen bekijkt, en dat deed Prandelli, dan heb je twee onberekenbare spitsen die elke verdediging tot last kunnen zijn. Maar, en dat is een klein beetje de crux, bij Cassano en Balotelli is het uitgesloten louter naar voetbalkwaliteiten te kijken. Over een maand wordt AC Milan-speler Cassano 30, maar de pubertijd lijkt hij nog altijd niet te hebben afgesloten.

Niet voor niets riepen tal van zijn vaste volgers, over de gewraakte homo-uitspraak: "Kom op, het is Cassano." Oftewel: neem het niet te serieus, hij weet niet beter.

Op dezelfde persconferentie werd Cassano gevraagd of hij niet de mentor van Balotelli zou moeten zijn. Zijn veelzeggende antwoord: "In dat geval zijn we in grote problemen. Want wie is de mijne dan?" Ja, als ze zich in Italië tijdens Euro 2012 ergens géén zorgen om hoeven te maken, dan is het wel het vullen van de krantenkolommen. Never a dull moment, met deze heren.

In zekere zin klopt het wel dat juist de 21-jarige Balotelli het zo goed met Cassano kan vinden. Bij de spits van de Engelse kampioen Manchester City zitten op zijn minst evenveel steken los, zo heeft het afgelopen seizoen wel weer duidelijk gemaakt. Het is haast ondoenlijk al zijn misdragingen, zowel op als buiten het veld, op te sommen. En bewijzen van een verbeterde houding zijn vooralsnog niet te ontdekken. Al verklaarde Balotelli tijdens het trainingskamp in Coverciano: "Maak je geen zorgen, er zullen geen problemen zijn tijdens het toernooi. Ik zal mezelf onder controle houden." Het werd allemaal driftig genoteerd door de Italiaanse pers, maar al te veel waarde werd er niet gehecht aan zijn woorden.

Prandelli heeft in elk geval het idee dat hij de impulsieve aanvaller in toom kan houden. De bondscoach houdt hem voor dat hij moet genieten van deze uitzonderlijke mogelijkheid, het EK dus. Al zag ook hij dat Balotelli tegen Spanje (1-1) nog te vaak afwezig was op het veld. Zijn vervanger, de 34-jarige Antonio Di Natale van Udinese, scoorde direct na zijn entree. Meteen begon het gespeculeer: zal Prandelli vasthouden aan zijn basisploeg? Dat wordt vandaag duidelijk als Italië in Poznan zijn tweede poulewedstrijd speelt, tegen Kroatië.

"Ik heb er als kleine jongen altijd van gedroomd om te spelen tijdens het EK", zei Balotelli voorafgaand aan het toernooi in de Corriere dello Sport. "Net als de anderen wil ik een geweldig toernooi spelen, zodat we iets aan de Italiaanse bevolking kunnen geven." Balotelli was nogal geschrokken van de hartklachten van Cassano, die hem acht maanden geleden op een zijspoor leken te zetten. Hij onderging volgens een verklaring van AC Milan 'een kleine cardiologische ingreep' en keerde eind april weer terug op het veld. Bij zijn rentree tegen Genoa scoorde hij direct.

"Voordat we vrienden op het veld werden, waren we dat erbuiten al. We praten veel en lopen elkaar ook vaak te dollen. Antonio is een geweldige jongen", zei Balotelli.

"Toen hij uit het ziekenhuis werd ontslagen, heb ik hem thuis opgezocht. Ik zei: 'Als jij niet naar het EK gaat, dan ik ook niet. Antonio antwoordde: Het is ondenkbaar dat het gaat lukken. Maar ik had zelf geen twijfels, omdat ik weet hoe hij in elkaar zit. En ik zat er niet naast, zoals nu wel is gebleken."