Direct naar artikelinhoud

Zakje bloed zet kwaad bloed

De lijst met landen die homoseksuelen bloed laten geven, wordt steeds langer. Na Nederland maakt nu ook Frankrijk bekend hen in bloedbanken welkom te willen heten, als ze een jaar geen seks hebben gehad. Waarom houdt ons land vast aan de levenslange ban?

Het zou een vraag in De slimste mens ter wereld kunnen zijn. "In welke Europese landen mogen homo's bloed doneren?" En er zou wel wat gegokt kunnen worden. Spanje, Portugal, Italië, Groot-Brittannië, Zweden: allemaal laten ze mannen die seks hebben gehad met mannen (MSM) tot hun bloedbanken toe. In 2016 komen daar ook nog Nederland en Frankrijk bij.

Let wel: dat bloed geven mag niet zomaar. Zowel Nederland als Frankrijk verbindt er voorwaarden aan. De MSM-donoren worden alleen toegelaten als ze in de twaalf voorafgaande maanden geen homoseksuele betrekkingen hebben gehad en na een vragenlijst en/of gesprek. Frankrijk wil in een tweede fase wel kijken of plasma geven kan voor mannen die geen twaalf maar vier maanden geen seks hadden en voor mannen die één partner hebben.

Dat homomannen worden geweerd bij donaties, heeft te maken met het verhoogde risico op hiv en andere soa's dat ze lopen. Zo blijkt dat één homoseksuele man op de twintig besmet is met hiv, versus één heteroseksuele man op de duizend.

Vooral ook de vensterperiode, dat is de periode waarin hiv nog niet kan worden opgespoord, ligt bij de bloedbanken gevoelig. Die willen immers het aantal besmette zakjes tot een absoluut minimum beperkt zien. Ze kunnen daarbij niet altijd op begrip van homoseksuelen rekenen. Velen voelen zich uitgesloten door de regel. "Ik vrij altijd veilig" of "ik laat me geregeld testen", werpen zij op.

Geen kruistocht

Verschillende landen hopen aan hun verzuchtingen tegemoet te komen, door de levenslange ban terug te brengen tot een ban van twaalf maanden. Ook in België werd hierover al vaak gediscussieerd, maar het lijkt daarbij te blijven.

"Jammer", vindt een holebivereniging als Çavaria. Daar vinden ze levenslange uitsluiting onrechtvaardig. "Wat niet wil zeggen dat we tegen de weigering an sich zijn. We kennen de cijfers ook", zegt Jeroen Borghs. Dat België bijna een buitenbeentje lijkt te worden, stoort hem niet. "Het is niet zo dat er hier een kruistocht tegen homo's bezig is. Er is goodwill om een en ander aan te passen. Alleen duurt het wel allemaal heel erg lang."

Op het kabinet van minister van Volksgezondheid Maggie De Block (Open Vld) klinkt het dat het de bedoeling is om hier niet te vlug over te gaan. "We willen een weloverwogen keuze maken. Uiteraard kijken we naar de buurlanden, maar die mogen ons beleid niet bepalen. De veiligheid van de patiënt moet vooropstaan."

Het is niet zo dat ze de levenslange ban per se wil behouden. Er wordt verwezen naar de uitspraak van het Europees Hof van Justitie, dat in april stelde dat lidstaten homoseksuele bloeddonoren mogen weigeren als dat voldoende wetenschappelijk onderbouwd is. "De minister heeft daarom een multidisciplinaire werkgroep samengesteld die de wetenschappelijke aspecten herbekijkt, maar ook de maatschappelijke kant onderzoekt. We willen een keuze maken waarin iedereen, zeker de betrokkenen, zich kunnen vinden." In de loop van het komende jaar moet er meer duidelijkheid komen.

Geen budget

Het Rode Kruis, dat in Vlaanderen instaat voor de bloedvoorziening , ziet op dit moment nog geen reden om de MSM-groep plots toe te laten. "Daarvoor zijn er te weinig betrouwbare wetenschappelijke gegevens."

De woordvoerster zegt dat overschakelen van een levenslange uitsluiting naar een uitsluiting van een jaar, zoals in Nederland, wel een optie is. "Op voorwaarde dat de mogelijke risico's in kaart worden gebracht, maar wij beslissen hier niet over. Dat is aan de minister en de Hoge Gezondheidsraad."

Bij de raad klinkt het dat de situatie hier kan verschillen van die in Frankrijk of Nederland. "De epidemiologische gegevens zijn overal anders", zegt wetenschappelijk medewerker Roland Hubner, die nog volop berekent welke scenario's de beste zijn. "Dat gaat heel breed: met aan de ene kant de levenslange uitsluiting behouden en aan de andere kant die uitsluiting volledig opheffen."

Dat het onderwerp tot zulke complexe discussie leidt, heeft volgens de man te maken met de vele factoren: er zijn wetenschappelijke en ethische elementen die spelen, maar ook financiële. "Bepaalde scenario's veronderstellen nieuwe testen en toestellen. Daarvoor zal budget moeten worden gevonden."