Direct naar artikelinhoud

BEELDENSTORM

Huizen die naar je lijken te lachen of knipogen. Daar stopt het vaak als de fotograferende medemens architectuur in een abstract beeld probeert te vangen. De Franse fotograaf Matthieu Venot (36) bewijst dat het ook anders kan.

Amper een maand of vijf zaten er tussen de eerste keer dat Matthieu Venot een - deel van een - gebouw fotografeerde en zijn eerste fototentoonstelling. De tijd tussen de eerste keer dat hij een reflexcamera gebruikte en de opening van de expo was zelfs nog korter. "Ik begon pas in april 2014 met fotograferen", vertelt de Fransman. "Eerst deed ik dat met mijn iPhone, daarna leerde ik via tutorials op internet hoe je een reflexcamera gebruikt. Je zult me ondertussen niet meer betrappen op automatisch fotograferen. Ik wil dat alle details goed zitten."

Grote ambities had Venot aanvankelijk niet. Hij wilde gewoon zijn omgeving in beeld brengen. "Nadat ik in 2009 uit Parijs naar Brest verhuisde, merkte ik dat veel mensen dachten dat de stad grijs en lelijk is. Met mijn beelden probeer ik te tonen dat Brest best heel kleurrijk kan zijn. Zulke foto's passen ook veel beter bij mijn optimistisch karakter."

Dat optimisme is nooit ver te zoeken in de reeksen die Venot sindsdien maakt. Wat bijvoorbeeld te denken van de reeks 'Ain't got no troubles', waarvoor de fotograaf details van flatgebouwen isoleerde? "Door bijvoorbeeld een raam of een balkon apart voor een blauwe lucht te fotograferen, lijkt het alsof er niets anders op de wereld is, alsof er ook geen problemen bestaan", legt Venot uit.

Die blauwe lucht is met voorsprong zijn favoriete achtergrond. Al moet hij daarvoor regelmatig wat geduld uitoefenen.

Geen mensen

"Als ik op mijn fiets ergens voorbij rijd, zie ik in een oogopslag waar ik wil terugkeren met mijn camera. Er zijn locaties die mij echt raken. Maar daarna is het inderdaad vaak wachten tot het stopt met regenen, er voldoende licht is én de lucht de juiste kleur heeft."

Zo ging het ook toen Venot de beelden voor Who want sky schoot. In die reeks wilde hij de flatgebouwen in zijn Brest eindeloos doen lijken. "In Parijs was zoiets veel gemakkelijker geweest, maar in Brest zijn de flats niet gigantisch hoog. Ik kon dus niet anders dan ze zo voor de lucht kadreren dat je toch de illusie krijgt dat de etages zich maar blijven opstapelen. Iets zo concreet als architectuur op die manier toch abstract maken, daar speel ik graag mee."

Het is meteen ook de reden waarom je geen mensen op Venots foto's zult vinden. Zij zouden de echte proporties van de gebouwen weergeven en zo het mysterie uit zijn beelden halen.

"Portretten, die maak ik daarom alleen maar van mijn zoon", zegt Matthieu Venot.