Direct naar artikelinhoud

Het (te) late afscheid van ‘Moe Vogels’

Mieke Vogels neemt in het najaar afscheid als voorzitster van Groen!. Never say never, zeker niet bij Vogels. Maar het lijkt er wel op dat het haar deze keer menens is, dat ze niet langer de numero uno wil zijn. Daarmee komt een einde aan een tijdperk dat bijzonder lang heeft geduurd. Te lang. Een partij die twintig jaar lang steunt op één stemmenkanon heeft een probleem.

De dominantie van Vogels is een beetje het verhaal van de kip of het ei. Bleef ze zo lang de touwtjes in handen houden bij Groen! omdat er niemand opstond om in haar voetsporen te treden? Of stond er niemand op om in haar voetsporen te treden net omdat ze zelf zo lang de touwtjes in handen bleef houden? Voor beide uitgangspunten valt heel wat te zeggen.Vogels is een politiek raspaard, dat kunnen zelfs haar grootste vijanden onmogelijk ontkennen. Wat veel mensen in haar partij niet kunnen, en daar knelt het schoentje al heel lang, kan zij als geen ander: de groene boodschap simpel uitleggen. Rechttoe rechtaan, met af en toe een straffe oneliner ertussen. Die stijl heeft van haar altijd een controversiële politica gemaakt. Je bent voor Vogels, of je bent tegen Vogels. Een middenweg bestaat niet. Haar nog altijd behoorlijk indrukwekkende schare kiezers apprecieert haar omdat ze de taal van het volk spreekt, haar tegenstanders vinden dat die taal al te veel naar populisme neigt. Een grijze muis zal Vogels wel nooit worden. De vogel zingt nu eenmaal zoals hij gebekt is.Toen de groenen nog heel erg hard probeerden om vooral geen politieke vedetten te zijn, was Vogels al de uitzondering op die regel. De eerste echte groene BV. Nooit vies van een stunt - denk maar aan de keukenschort op het spreekgestoelte van de Kamer - en een gretig gesolliciteerde gast in televisieprogramma’s van elk mogelijk allooi. Die populariteit legde Agalev geen windeieren. Vogels loodste de partij in 1994, toen uitvoerende mandaten nog een verre droom leken voor de groenen, het Antwerpse stadsbestuur binnen. Ze vocht daar heroïsche ruzies uit met haar liberale collega’s in het college, maar de Antwerpenaars konden haar grote mond wel smaken.In 1999 sloeg Agalev munt uit de dioxinecrisis. De partij bereikte een historische mijlpaal en ging mee regeren. Vogels zei Antwerpen vaarwel en verhuisde naar de Vlaamse regering. Die vaandelvlucht werd haar niet in dank afgenomen. Ze kreeg de reputatie van postjespakker, eentje waarvan ze nooit meer helemaal af geraakte.Vier jaar later werden de groenen genekt door de kiesdrempel en verdwenen ze volledig uit de federale regering. Vogels nam haar verantwoordelijkheid en pakte haar biezen als minister. Een van de analyses voor de verkiezingsnederlaag luidde dat de groenen kampten met een gebrek aan vers bloed, dat ze nood hadden aan nieuwe namen en nieuwe gezichten. Maar al heel snel was de generatie-Vogels daar weer. Terug op het eerste plan.Vogels kreeg er zin in. In 2007 stelde ze zich onverwacht kandidaat voor het voorzitterschap. Ze won het pleit. De andere groene boegbeelden uit de jaren negentig - Jos Geysels, Magda Aelvoet, Vera Dua als laatste - waren een voor een uit beeld verdwenen. Maar Vogels trok meer dan ooit tevoren het laken naar zich toe. Bij de Vlaamse verkiezingen van 2009 trok ze als enige gevestigde waarde de lijst, tussen allemaal nieuwelingen. Het werd geen overdonderend succes. De hoge verwachtingen werden niet ingelost, Groen! geraakte er met de hakken over de sloot. Net als in 2004. En 2006. En 2007.Al die jaren stond er niemand op die electoraal nog maar tot aan de enkels van Vogels reikt. Geen enkele jonge leeuw die ‘Moe Vogels’, zoals de gewezen Antwerpse burgemeester Bob Cools haar doopte, het vuur aan de schenen legde. Ze is en blijft het onbetwiste groene stemmenkanon. Niemand heeft haar uitstraling, niemand heeft haar charisma. Groen! had de voorbije vijf jaar een sterke fractie in het Vlaams parlement, allemaal integere en gedegen dossiervreters. Maar alleen als Vogels het woord nam, luisterde de rest van het parlement en de media. Vogels duwt iedereen in de schaduw. Een schril contrast met Ecolo, waar naast Isabelle Durant ook Jean-Michel Javaux en Jean-Marc Nollet een bijzonder prominente rol spelen. Een ijzersterk triumviraat, geruggensteund door nog een stevige horde degelijke parlementariërs en jonge wolven.Groen! hééft talent in huis. In het federaal parlement doet de jonge groene fractie het meer dan uitstekend met mensen als Meyrem Almaci en Wouter De Vriendt. En ook in de Vlaamse fractie zou flink wat potentieel aanwezig zijn. Maar er is veel tijd verloren, en er zijn veel kansen gemist. In 2007 gaven de partijleden al een signaal. Dat een nobele onbekende als Wouter Van Besien bij de voorzittersverkiezingen 42 procent van de stemmen haalde, was een duidelijke roep om een wissel van de macht. Maar uiteindelijk koos Groen! toch opnieuw voor zekerheid, voor veiligheid. De oudermoord bleef uit. Pas nu Vogels zélf het licht op groen zet, komt er een wissel van de wacht.Rijkelijk laat. Want de man of vrouw die de fakkel in november overneemt van Vogels moet al meteen aartsmoeilijke keuzes maken. Groen! is nu al vijf jaar hoofdzakelijk, en noodgedwongen, vooral bezig met te overleven. Ofwel stelt de partij zich tevreden met de stilaan traditionele zes, zeven, occasioneel acht procent van de stemmen, ofwel zoekt ze een manier om te verbreden en brutaal door dat plafond te breken. De keuze moest eigenlijk al vier, vijf jaar geleden gemaakt zijn. Maar het is het soort knoop dat alleen een nieuwe generatie kan doorhakken.