In haar jaarlijkse rapport rond godsdienstvrijheid in de wereld waarschuwt Kerk in Nood voor islamitisch hyperextremisme, een ‘nieuw fenomeen van religieus gemotiveerd geweld’.
Geloofsgroepen moeten haat in hun eigen rangen bestrijden. Dat is de voornaamste conclusie van het jaarlijkse rapport van de katholieke hulporganisatie Kerk in Nood over de toestand van de godsdienstvrijheid in 196 landen. Ze waarschuwt voor de wereldwijde uitwerkingen van ‘een nieuw fenomeen van religieus gemotiveerd geweld.’ Zelf spreekt Kerk in Nood van ‘islamitisch hyperextremisme’. In één op de vijf landen in de wereld zouden tussen juni 2014 en juni 2016 aanslagen gepleegd zijn met een link naar die vorm van extremisme
Essentiële kenmerken zijn onder andere de pogingen om andersdenkenden, inclusief gematigde moslims, te verdrijven, bijzonder wrede handelingen, een wereldwijde reikwijdte en het gebruik van sociale media om geweld te verheerlijken. Dat alles heeft desastreuze gevolgen voor de religieuze diversiteit in de wereld. ‘In delen van het Midden-Oosten, onder andere in Irak en Syrië, roeit dit hyperextremisme alle vormen van religieuze diversiteit uit’, klinkt het in het rapport.
Aanslagen
Pater Jacques Mourad, een christelijke monnik die door Daesh vijf maanden in Syrië werd vastgehouden, getuigt in het voorwoord: ‘Onze wereld staat op de rand van een complete catastrofe nu het extremisme elk spoor van diversiteit in de samenleving dreigt uit te wissen.’
Kerk in Nood legt ook het verband tussen extremistisch islamisme en het immense aantal vluchtelingen, dat volgens de VN een nieuwe recordhoogte van 65,3 miljoen heeft bereikt. Vooral in landen als Afghanisten, Somalië en Syrië is dat zo. In westerse landen ziet de hulporganisatie dat de toestroom van vluchtelingen het sociaal-religieuze weefsel destabiliseert. Die problemen worden nog versterkt door het aantal fundamentalistisch-islamitische aanslagen waarvan het Westen het slachtoffer wordt.
Niet alleen maar somber
Niet alle problemen in verband met de godsdienstvrijheid hebben met de militante islam te maken, zegt Kerk in Nood. De organisatie noemt onder andere het ‘harde optreden’ tegen religieuze groepen in China en Turkmenistan en de aanhoudende ontzegging van de mensenrechten van gelovigen in Noord-Korea en Eritrea.
Toch zijn de vooruitzichten niet alleen maar somber. Het rapport stelde in landen als Bhutan, Egypte en Qatar, die bekendstaan voor hun schendingen van de godsdienstvrijheid, vast dat minderheidsgodsdiensten het er beter hebben.
Westerse beleidsmakers begrijpen godsdienst gewoon niet en moeten hun hele zienswijze opnieuw overdenken, klinkt het nog in het rapport. ‘Het is niet langer houdbaar om te zeggen dat de traditionele godsdienstbeleving tot het verleden behoort, wanneer onomstotelijk wordt bewezen dat godsdienst voor vele miljoenen mensen het middelpunt van hun leven vormt en de drijvende kracht is achter alles wat ze doen.’ (JVL)
