Direct naar artikelinhoud

Hoezo, een kinderfilm moet altijd vrolijk zijn?

Een jongetje dat zijn moeder doodt en in een opvangtehuis belandt: de nieuwe kinderanimatiefilm Ma vie de Courgette is zware kost. Ook het Amsterdamse mediafestival Cinekid maakt dit jaar komaf met het happy end. 'Niet meer dan realistisch', zegt kinderpsychologe Annelien Van de Broek. 'Nooit eerder zaten zoveel kinderen in de knel.'

Een animatiefilm die vooral voor de kleinsten is bedoeld vindt maar moeilijk centen. Zeker als in die film een jongetje met de vreemde naam Courgette zijn moeder, een alcoholiste, doodt en in een tehuis voor getroebleerde kinderen belandt. "Te zwaar en te volwassen voor kinderen", zo hoorde de Zwitserse tekenaar-animator Claude Barras voortdurend. Terwijl hij net het misverstand wilde bevechten dat een film voor kinderen per definitie opgewekt moet zijn.

Grote hoofden met wijd opengesperde, blauwomrande ogen: ze moeten het eenvoudig maken om emotioneel in de karakters te duiken, duidt Barras nog. Hij liet zich bijstaan door de Franse scenariste Céline Sciamma, die de voorbije jaren furore maakte met drama's als Tomboy en Girlhood. Op het prestigieuze animatiefestival in Annecy ging Ma vie de Courgette, een maand na de première in Cannes, aan de haal met de publieksprijs en de prijs voor beste film. De criticasters kregen lik op stuk.

Het valt op hoe de kinderfilm zijn grenzen verder oprekt. Kijk maar naar Cinekid, het Amsterdamse mediafestival dat zaterdag aftrapt. Nooit eerder telde het aanbod zoveel films met zware, beladen thema's. Zo is er Blanka, een sociaal drama over een Filipijns straatmeisje. Of Scheepsjongens, een Iraanse film waarin het hoofdpersonage moederziel alleen achterblijft op een verroest schip.

Niet alleen de inhoud rijpt, ook de vorm maakt groeistuipen door. Zeker bij Cinekid voor 9- of 12-plussers lijkt er nauwelijks nog een verschil met het volwassen filmaanbod. Zoals de Servische tragedie Enclave: een bloedserieus verhaal over een jongen die opgroeit in een afgesloten bergdorp, als Serviër tussen wraaklustige Kosovaren. Zo fragmentarisch verteld dat ook het ervaren hoofd ervan duizelt.

Het gaat dit jaar zo ver dat zelfs het happy end sneuvelt. Neem nu het Tsjechische drama In Your Dreams!. De hele film lang lopen dromen en realiteit door elkaar. Wat is waar, wat niet? Aan de kijker om zich daar het hoofd over te breken. Hier geen vrolijke afloop, maar een open einde.

Het ziet ernaar uit dat er steeds meer realisme sluipt in de kinderfilm. Dat we de dingen, hoe erg ze ook zijn, gewoon mogen benoemen.

"Eigenlijk is het niet meer dan logisch dat er meer ruimte komt voor een open einde of een slechte afloop", meent Annelien Van de Broek, kinderpsychologe bij het Multidisciplinair Centrum voor Ontwikkeling. "Er zijn meer dan ooit kinderen in nood of in de knel. Ze pikken ook veel meer op van het nieuws dan vroeger, ze weten meer van de echte wereld af. Niets blijft nog toegedekt. Kinderen worden niet langer in die naïviteit gehouden. Dan is het logisch dat dit ook zijn weerslag vindt in film."

Denk ook aan de recente remake van Pete's Dragon: die is veel heftiger dan de musicalfilm uit 1977. Toen zagen we Pete rondhuppelen als weesjongetje, niet wetende hoe zijn ouders het leven hadden gelaten. Nu krijgen we in de eerste scène al te zien hoe zijn moeder en vader in een avontuurlijke autorit verongelukken. Als binnenkomer kan dat wel tellen.

Dat kinderfilms veel meer in your face zijn, raakt ook aan de emoties. Disney sprong ook al op die kar met zijn Pixar-film Inside Out, waarin de hoofdpersonages op zich al gevoelens zijn: plezier, angst, verdriet, woede en afkeer. Samen vertellen zij het relaas van het meisje Riley.

Al mogen we Pixar-successen als deze nog niet verwarren met de 'zwaardere kinderfilm', meent Tim Smits, verbonden aan het Instituut voor Mediastudies (KU Leuven). "De emoties in Inside Out zijn herkenbaar voor elk opgroeiend kind, het zijn gevoelens van iedereen. Maar thema's als armoede, weeskinderen: dat is toch andere koek. Dat lijkt me toch een gewaagdere keuze. Misschien eerder iets voor een artistiek circuit, dat door een beperkt publiek wordt geconsumeerd. Maar of dit een ware commerciële trend wordt: donker durven gaan? Dat blijft nog de vraag."

Gevoelig of veerkrachtig?

Hoe dan ook, zo beklemtoont Van de Broek, laat kinderen hier niet in hun eentje op los. "Weet als ouder of opvoeder goed welk kind je voor je hebt: een gevoelige ziel of piekeraar die moeilijk een onderscheid kan maken tussen wat veraf of dichtbij is? Of een veerkrachtig type dat zo'n film zelf wel verwerkt? Ook pubers, bevattelijk voor negativiteit, kunnen in zo'n donkere film net bevestiging vinden van hun wereldbeeld. Dan is het van belang dat iemand wat positief tegengewicht biedt."

Kinderen hebben vaak een zwaar rugzakje om dragen, stelt Van de Broek nog. Voor Claude Barras was het reden genoeg om zijn film over Courgette te maken. "Volgens mij is het tegenwoordig voor kinderen moeilijker dan ooit om in deze wereld te leven. Ik wil ze graag wat sleutels aanreiken om die wereld te ontsluiten."