Direct naar artikelinhoud

De kneepjes van vliegende reporters

Een goede indruk maak je tijdens De slimste gemeente van Vlaanderen niet alleen in de tv-studio. Elodie Ouedraogo en Jo Badisco trekken momenteel Vlaanderen rond op zoek naar de grootste troeven van de deelnemende gemeentes. Met wisselend resultaat. 'Wat er hier te zien is? Niets eigenlijk.'

Het rubriekje bezienswaardigheden op de Wikipediapagina van Opglabbeek is slechts een paar zinnen lang. Het dorp heeft een driehoekig dorpsplein, zo blijkt. En ooit stonden er langgevelboerderijen, wat dat dan ook mogen zijn. Maar die zijn lang geleden al afgebroken.

Ook de bewoners van Opglabbeek hebben het moeilijk om de toeristische trekpleisters van hun gemeente in de verf te zetten wanneer ze plots een microfoon onder de neus geduwd krijgen. "Wat er hier te zien is? Niets eigenlijk." Een antwoord waar Elodie Ouedraogo geen genoegen mee neemt. De nieuwbakken reporter staat al sinds kwart na acht in de kou op de parking van de plaatselijke supermarkt op zoek naar leuke citaten om De slimste gemeente mee op te leuken en is niet van plan haar slachtoffer zomaar te laten gaan. Ze vraagt naar de evenementen in het dorp - één keer per jaar avondmarkt én een kerstboomverbranding -, de troeven van Opglabbeek -het feit dat zowat elke grote bank kantoor houdt op de markt van het dorp - en de bijnaam die elke autochtone inwoner van Opglabbeek blijkt te hebben.

Pas wanneer Lizette, zoals de dame in kwestie blijkt te heten, ook nog eens voor de camera de groeten heeft gedaan aan burgemeester Benny mag ze eindelijk de supermarkt binnen. Elodie is een vrouw met een missie. Een vrouw die, na de rondreis die ze de voorbije weken langs Vlaamse dorpen en gemeenten maakte, bovendien gepokt en gemazeld is in het vliegendereporterschap. Samen met collega Jo Badisco moet Elodie 63 gemeenten langs. Daar klampen ze nietsvermoedende inwoners aan in de hoop op een leuk verhaal.

Limburgse gastvrijheid

In Opglabbeek lijkt dat alvast aardig te lukken. Na een paar uur koukleumen hebben Elodie en regisseur Olga Baerten voldoende bruikbaar materiaal gesprokkeld. Met dank aan de leden van de plaatselijke wandelclub, die elke morgen in fluohesje een wandeling door het dorp maken. "Wanneer je zulke figuren ziet opduiken, weet je dat je prijs hebt", vertelt het duo. "Dat soort mensen heeft altijd wel iets te vertellen."

Ook de rest van de plaatselijke bevolking blijkt weinig of geen last te hebben van cameravrees. "Hoe kleiner het dorp, hoe makkelijker we mensen aan het praten krijgen", vertelt de ploeg bij een kop koffie in het plaatselijke cultuurcentrum. "In dit soort dorpen is een cameraploeg nog een evenement. Iedereen komt eens kijken en wil zijn zegje doen. In grote steden is dat wel eens anders. Bovendien heb je in Antwerpen, Gent of Kortrijk heel veel passanten. Je moet moeite doen om mensen te vinden die er ook echt wonen." Al is Jo Badisco, die ondertussen ook in Limburg is gearriveerd, het daar niet helemaal mee eens. "Een klein dorp heeft ook nadelen. Vaak zijn er weinig mensen op straat en meestal is het ook echt zoeken naar leuke verhalen die met het dorp te maken hebben." Ook de vraag in welke provincie het het makkelijkst draaien is, valt moeilijk eenduidig te beantwoorden. "Het ging vlot vanmorgen", vertelt Elodie. "Maar of dat nu aan de Limburgse gastvrijheid ligt?"

"Alles hangt af van de mensen die je voor de camera krijgt", vult Jo aan. "Soms heb je geluk en heeft iedereen die je aanklampt een leuk verhaal klaar. Andere keren valt het tegen en is het echt zoeken. In Antwerpen, tijdens de eerste dag van de solden nota bene, hadden we in twee uur tijd alles wat we nodig hadden. In De Panne daarentegen was de enige die we op het strand tegen het lijf liepen een natuurgids. Weetjes over de fauna en flora op het strand in overvloed, maar over zijn gemeente had hij helaas bitter weinig te vertellen."

Niet alleen de plaatselijke bevolking bepaalt het welslagen van hun missie, ook het weer heeft invloed. "Regen is een drama", zegt Elodie. "Dan komen mensen gewoon niet buiten." Ook de kou is een probleem, maar dan vooral voor de reporters zelf. "Voor mijn eerste draaidag ben ik één dag mee op stap geweest met Jo", vertelt Elodie. "Zonder muts, zonder handschoenen en zonder extra warm ondergoed. Ik heb het nog nooit zo koud gehad." En dan mogen Jo en Elodie nog niet klagen, echt winterweer hebben we dit jaar nog niet gehad. "En dat blijft Sven (De Leijer, die vorig jaar in alle deelnemende gemeentes op reportage ging, PD) ons onder de neus wrijven. Elke keer als we hem zien, heeft hij wel één of ander horrorverhaal over met sneeuw, vrieskou en ijzel klaar."

Phil Bosmans

Jo Badisco wordt tijdens de namiddagshift de loopgraven in gestuurd om de inwoners van het nabijgelegen Meeuwen-Gruitrode aan de tand te voelen. Wat meteen opvalt is het verschil in stijl. Terwijl Elodie vooral rekent op haar natuurlijke charme en haar prille BV-schap om de argwaan bij potentiële praatgasten weg te werken, is het voor Jo veel harder werken. Nochtans heeft zijn cameraploeg bij aankomst in het eerste deel van de fusiegemeente meer dan voldoende bekijks. Maar de stap van gluren achter het gordijn naar getuigen voor de camera is groot, zo blijkt. Telkens als iemand zich op straat begeeft, moet Jo letterlijk de achtervolging inzetten. Tot ongenoegen van de cameraploeg die hem bij moet zien te houden.

Jo Badisco mag dan al wat vrouwelijke charme missen, aan vastberadenheid ontbreekt het hem niet. Wanneer hij dan toch iemand te pakken heeft, laat hij niet meer los. Een van zijn eerste slachtoffers grijpt hij bij de kraag, vlak voor ze haar huis wil binnenstappen. Liefst van al zou het arme mens de voordeur achter zich dichtslaan, maar door Jo's spervuur van vragen krijgt ze daar de kans niet toe. Jo is niet alleen vasthoudend, hij is ook voorbereid. De duinenrij van Gruitrode, de blauwe bessen die er gekweekt worden en Phil Bosmans, zowat de bekendste inwoner van het dorp. Allemaal passeren ze de revue. Toch blijft het zwoegen voor Jo en zijn team. Het plaatselijke café brengt uiteindelijk verlossing. Een openbare verkoop zorgt voor een bescheiden volkstoeloop, wat Jo de mogelijkheid geeft zijn slachtoffers zorgvuldig te kiezen. De camera blijft buiten. "Met een camera op café is immers altijd een slecht idee", laten de camera- en geluidsman weten. "Wanneer je op café iemand interviewt, is er altijd wel één of andere grapjas met een te grote mond die er een flauwe opmerking doorheen roept." En dus moet Jo alleen 't Stamineeke binnen.

Lang is het niet zoeken naar een geschikte kandidaat. Aan de toog zit immers een heerschap met een fluo jas. Altijd prijs, leerden we deze morgen al van Elodie. En jawel, met een pint in de hand ontpopt de fluogele Meeuwenaar zich tot een spraakwaterval. Vijf minuten en een paar sterke citaten later gaat de camera uit. Op naar het volgende dorp.

De slimste gemeente, van maandag tot donderdag om 22 uur op VIER