Direct naar artikelinhoud

Toen een Borremans nog een maandloon kostte

Michaël Borremans (52) is sinds deze week de 'duurste' Belgische levende kunstenaar. Het ideale moment om terug te blikken op hét keerpunt in zijn leven: de expo bij de Vrienden van het S.M.A.K., voorjaar 2000. 'Je voelde bij iedereen: 'Dit is anders. Hier moeten we bij zijn.''

Zeventien maart 2000. Michaël Borremans, dan 37, zweet, hoest, vloekt. Het is de openingsavond van zijn tentoonstelling bij de Vrienden van het S.M.A.K. en hij is ziek. Oververmoeid, 40 graden koorts. Toch blijft hij sigaretten roken en pinten drinken. Het is een grote dag: hier heeft hij jaren naar uitgekeken.

"Ik stond op dat moment al elf jaar in het onderwijs en ik wilde eruit. Pas op, ik heb dat met plezier gedaan, maar ik had andere ambities en daar moest ik aan gehoorzamen."

Het is na middernacht als Jan Hoet arriveert. "Ha", zegt die. "Ben jij Borremans? Toon eens wat je gemaakt hebt." De voorvechter van de hedendaagse kunst zigzagt door de tentoonstellingsruimte en zegt meteen welke werken hij wil kopen. Borremans heeft alles door elkaar gehangen, op verschillende hoogte: tekeningen, schilderijen, grafisch werk.

Hoet is enthousiast. Hij verdedigt Borremans tegen critici die zijn stijl te klassiek vinden. De twee raken aan de praat en zakken zwaar door. "We hebben nog tot zes uur op café gezeten", zegt Borremans. "Ik was zo ziek als een hond, maar ik moest toch beleefd blijven?"

Droge komiek

Vorige week ging bij het Londense veilinghuis Sotheby's het olieschilderij Girl with Duck onder de hamer: 2,7 miljoen euro. Met de slag werd Michaël Borremans de duurste Belgische levende kunstenaar.

Tijdens die wilde nacht in 2000 had niemand dat durven dromen. Ook Hans Martens niet, toen medewerker van het S.M.A.K.

"Op die openingsavond heb ik lang getwijfeld om een schilderij van Michaël te kopen", zegt hij. "Het was iets van een 40.000 Belgische frank, herinner ik mij. Niet zo duur, maar voor mij kwam dat toen met een maandloon overeen. Ik heb het uiteindelijk niet gedaan en daar heb ik deze week eens goed om gevloekt."

Martens leerde Borremans vijftien jaar eerder kennen: in het vierde middelbaar aan Sint-Lucas in Gent zijn ze klasgenoten. Als zoon van een middenstandsgezin uit Geraardsbergen - moeder houdt een bloemenwinkel, vader werkt in de wegenbouw - heeft Borremans zijn roeping gevolgd. Kunstenaar zou hij worden, geen voetballer of bankbediende.

Hans Martens: "Michaël was toen al een droge komiek, iets wat je tot op de dag van vandaag in zijn werk blijft zien."

Ook Laura Van, toen nog Hans Van Heirseele, deelt op Sint-Lucas de schoolbanken met Borremans. Van 1984 tot '86 studeren ze samen vrije grafiek. Later zouden ze de rockband The Singing Painters stichten.

"Michaël was de primus van onze klas", zegt Laura Van. "Hij was zeer getalenteerd. Dat zag je meteen, vooral in zijn tekeningen."

Na zijn studies wordt het stil rond Borremans. Hij gaat lesgeven aan het stedelijk secundair kunstinstituut, aan de Ottogracht in Gent. In zijn vrije tijd tekent hij: in 1992 wint hij de Grote Prijs voor tekenkunst van de stad Ronse.

Zijn allereerste expo vindt plaats in een meubelzaak. In 1995 volgt een tweede in Croxhapox, het experimentele kunsthuis dat is opgericht door Laura Van en Guido De Bruyn in het voormalige studentenkot van Borremans.

Laura Van: "Michaël heeft toen voor het eerst een aantal schilderijtjes getoond. Eentje viel op: een schilderij in olieverf van een afgehakte hand. Het was briljant geschilderd, maar de Michaël zoals we die nu kennen was er toen nog niet, tenzij in een notendop. Hij schilderde met zeer zichtbare penseelstreken en in heavy kleuren. Die expo leverde ook Michaëls eerste recensie op. Herman Hoeneveld van het Nederlandse magazine Kunstbeeld schreef toen een artikel over de Gentse scene en gebruikte onder andere een beeld van Borremans."

Het volk blijft weg. Borremans werkt stilletjes voort. In 1999, tijdens een nieuwe solotentoonstelling in Croxhapox, kent hij meer succes. Onder meer Hans Martens en collega-kunstenaar Jan Van Imschoot raken onder de indruk.

Laura Van: "Het project heette The Fetish. Ik herinner me vooral een werk in onwaarschijnlijk hevig karmijnrood. Dat heb ik hem nadien nooit meer weten doen."

Jan Van Imschoot: "Ik had Michaël en zijn werk al eerder leren kennen in café In Den Bouw in Kalken. Zelfstandige tekeningen kregen weinig aandacht toen; Michaël was daarin een uitzondering. Ik hield van zijn stijl: humor, fijne lijnvoering, minuscuul getekend. Ik was enthousiast en als ik enthousiast ben, vertel ik het aan Jan en alleman. Dus ook aan Dirk Schutyser."

Latente gewelddadigheid

Dirk Schutyser, de toenmalige voorzitter van de Vereniging voor het Museum van Hedendaagse Kunst (VMHK), nu Vrienden van het S.M.A.K.: "In onze tentoonstellingsruimte aan de Rode Poort, in een achterafkamer links van het huidige museum, wilden we het publiek sensibiliseren met tentoonstellingen van jonge artiesten."

Michaël Borremans: "In die tijd was dat een plek waar je je als kunstenaar kon tonen en waar je direct een oordeel kreeg. Ofwel werd je opgepikt, ofwel niet. Voor Van Imschoot is die plek belangrijk geweest, voor Luc Tuymans ook, en voor Robert Devriendt, die er een jaar voordien zijn schilderijen van dode eenden had getoond.

"Ik wilde er dus absoluut mijn werk laten zien. Ik had al een paar tentoonstellingen gedaan, hier in Gent. Dan komt er twaalf man kijken en zegt iedereen dat het goed is, maar niemand koopt iets. Je kunt dat blijven doen, maar ik vond dat het op die manier niet veel zin had. Ik wou breder gaan en een ander publiek zoeken. Ik ben toen gestopt met lesgeven om elke dag te kunnen schilderen. Ik had er veel voor over."

De expo komt er, van 17 maart tot 23 april.

Dirk Schutyser: "Wij waren een non-profit: het verkopen van werken gebeurde slechts heel uitzonderlijk. Maar op Michaëls openingsavond hadden we wel drie keer kunnen uitverkopen. Er hing elektriciteit in de lucht, net zoals eerder bij de tentoonstelling van de jonge Luc Tuymans. Iedereen wilde kopen. Je voelde gewoon dat je iets meemaakte dat je je nog lang zou herinneren."

Philippe Van Cauteren, nu directeur van het S.M.A.K. en in 2000 al betrokken bij de tentoonstelling Over the Edges in de Gentse binnenstad: "Door die expo bij de Vrienden is in 2000 voor het eerst een vonk ontstaan rond het werk van Michaël. Ervoor was hij wel actief, maar nu kreeg hij toch een ander platform, een deel van het museum. Ik vond zijn tekeningen merkwaardig: er zat een latente gewelddadigheid in en ze waren heel gedetailleerd getekend, obsessief precies."

Hans Martens: "Vooral zijn tekeningen zijn me bijgebleven. Kleine figuurtjes in grote decors. Het werk Kaas onder meer (eigenlijk: '24 Chopped Heads Pronouncing the Word 'Kaas' Simultaneously', red.). Je voelde bij iedereen: 'Dit is iets nieuws, iets anders. Hier moeten we bij zijn.' Er ontstond een buzz onder de verzamelaars. Dat was voor velen een verrassing, want Michaël kwam uit het niets. Amper iemand kende hem."

Carine Stevens, directeur Cultuur bij de Provincie Oost-Vlaanderen: "Wij hadden al in 1998 werk van hem gekocht, tijdens een atelierbezoek in Sint-Amandsberg. We wilden jonge kunstenaars ondersteunen en Michaël Borremans was samen met onder anderen Griet Musschoot en Thomas Bogaert geselecteerd voor de tentoonstelling Provinciale prijs beeldende kunsten 1997. Het ging om vijf kleine schilderijtjes, voor 100.000 Belgische frank. Twee ervan hangen nog steeds in mijn bureau. Op het ene staan twee linkervoeten, in rode rubberlaarsjes. Op het andere een plankje met zes hoofden. Ze maken mijn dag goed."

Als de jonge Rembrandt

Philippe Van Cauteren: "In die periode heeft het S.M.A.K. de eerste twee schilderijen van Michaël gekocht. Ze verschillen sterk van zijn huidige werk, maar je voelde toch al die typische elementen: de kadrering, de tactiele verfbehandeling, de accurate manier van schilderen."

Michaël Borremans: "In 2000 zat mijn werk ineens juist. Ik heb me twintig jaar moeten ontwikkelen vooraleer mijn werk enige maturiteit begon te vertonen. Het meeste wat ik voor mijn vijfendertigste heb gemaakt, was opwarming. Ik wou te veel mijn best doen. Dat is niet goed. Zoals de jonge Rembrandt die toch vooral zijn virtuositeit wou tonen, terwijl zijn latere werk eigenlijk veel interessanter is."

Ook Frank Demaegd, de oprichter van de Antwerpse Zeno X Gallery, die eerder al Luc Tuymans lanceerde, krijgt het gezoem over het nieuwe talent uit Gent te horen. Enkele maanden na de tentoonstelling bezoekt hij Borremans in zijn atelier.

Frank Demaegd: "Voor 2000 had ik nog nooit van Michaël gehoord, maar ik was serieus gepakt door wat ik in zijn atelier zag. We hebben dus meteen een deal gesloten."

Michaël Borremans: "Daardoor is alles in een stroomversnelling gekomen. Hij had zijn netwerk, mijn werk sloeg plots aan: bám."

Frank Demaegd: "Kort erna had ik op de Armory-kunstbeurs in New York een schilderij van Michaël achter mijn bureau opgehangen. Dat trok veel aandacht van collega's. Daaraan kon je goed merken welk effect zijn werk in het buitenland had."

Na 2000 gaat het snel voor Borremans. New York, Bazel, Tokio, Dallas: werk en kunstenaar reizen de wereld rond. Met de jaren stijgt de kwaliteit, de roem, de prijs.

Vijftien jaar na de eerste vonk in Gent wordt Girl with Duck, een werk uit 2011, voor 2,7 miljoen euro verkocht bij Sotheby's in Londen.

600.000 euro meer dan The Rumour van Luc Tuymans in 2013 bij Christie's in New York.

Borremans reageert rustig. Hij zegt dat het zijn ego streelt, maar spreekt over een dubbel gevoel: hierdoor neemt het speculeren met zijn werk waarschijnlijk toe. Niet zo fraai, vindt hij.

Bijna het Louvre waardig

Hans Martens: "Dit is een ijkpunt, geen eindpunt. Als je kijkt naar de prijzen voor een Marlene Dumas, Gerhard Richter of zelfs de jonge Colombiaan Oscar Murillo, dan zit er volgens mij nog marge op Borremans."

Philippe Van Cauteren: "Toevallig hebben we zaterdag (vandaag, red.) onze allereerste Dag van de Vrienden van het S.M.A.K. en Michaël is een van de sprekers. Dat toont zijn absolute erkentelijkheid."

Carine Stevens: "Op 1 december verlaat ik dit huis en de schilderijtjes van Michaël zijn een van de dingen die ik het meeste ga missen. Elke dag geconfronteerd worden met dergelijke schoonheid, het is een voorrecht."

Jan Van Imschoot: "Wat Michaël momenteel overkomt, doet me aan de jaren 60 denken. Aan de hype rond The Beatles."

Laura Van: "Dat het zo'n vaart zou lopen, had ik destijds niet gedacht. Je kijkt samen op naar El Greco, Velázquez of Jean-Baptiste Corot, je gaat samen naar het Louvre om er naar de grootmeesters te kijken en zoveel jaar later is Michaël zelf bijna van die orde. Hoe kun je dat ooit verwachten, als twintiger?"

Voor de citaten van Michaël Borremans plukte de auteur grotendeels uit zijn interview met de kunstenaar voor het boek 'BelgaCult. 25 momenten die cultureel België veranderd hebben' (Lannoo, 2015).

Nog tot 31 januari 2016 zijn nieuwe tekeningen van Michaël Borremans te zien in de tentoonstelling Drawing. The Bottom Line in het S.M.A.K., Gent.