Direct naar artikelinhoud

'Mijn moeder kreeg een dodelijke injectie en ik wist van niks'

Zijn chronisch depressieve moeder wilde op haar 64ste sterven. Het UZ Brussel maakte euthanasie mogelijk wegens ondraaglijk lijden, iets wat Tom Mortier pas vernam na haar dood. 'Elke dag opnieuw vraag ik mij af of ik dit trauma ooit zal kunnen verwerken.'

Een leven vol chronische depressies en stemmingswisselingen. De 64-jarige Lieve De Troyer besloot in oktober 2011 een aanvraag in te dienen bij het Uitklaring Levenseindevragen-Team van het Universitair Ziekenhuis in Brussel. Een half jaar later kon ze terecht. "Mijn moeder heeft op 19 april een dodelijke injectie gekregen", vertelt Tom Mortier (36), lector chemie aan de Katholieke Hogeschool Leuven. "De dag erna werd mijn vrouw gebeld door het Universitair Ziekenhuis in Brussel. Of ik niet even contact met hen wou opnemen. Daar kreeg ik te horen dat ze was overleden."

Onbegrip en boosheid vochten met verdriet. Mortier wist dat zijn moeder al jarenlang dreigde zelfmoord te plegen, maar dit nieuws kwam volkomen onverwacht. "Jarenlang, al als kind, probeerde ik haar op te beuren en het mooie van het leven te laten inzien. Ik wees haar op haar kleinkinderen en vroeg haar te vechten. In haar ogen voelde ik niet genoeg met haar mee. Anderhalf jaar voor haar dood verbrak ze alle contact."

Die stilte werd in januari vorig jaar doorbroken met een korte e-mail. Zijn moeder deelde hem mee dat ze in Brussel een aanvraag voor euthanasie had ingediend. "Uit onrust heb ik haar dossier besproken met kennissen en artsen", zegt Mortier. "Zij zeiden dat ik me niet te druk moest maken. Haar aanvraag zou om medische redenen waarschijnlijk niet worden goedgekeurd."

Politieke actie nodig

Niets was minder waar. Het UZ Brussel keurde het verzoek goed en De Troyer gaf aan dat haar zoon niet op de hoogte hoefde te worden gebracht. "De behandelend arts en zijn team zeiden dat ik niet hoefde te worden gecontacteerd. Hij heeft de wet aan zijn kant, er is geen verplichting om familie te verwittigen", verklaart Mortier. "Maar een kind moet toch weten dat zijn ouder gaat sterven, wat is anders nog het verschil met zelfmoord? De fundamentele ouder-kindrelatie wordt door de huidige wetten niet erkend. Politieke partijen zouden hier tegen in moeten gaan."

Sindsdien loopt Mortier rond met een gevoel van onbehagen. "Toen ik vijf jaar oud was, verloor ik mijn vader. Hij pleegde zelfmoord. De dood van mijn moeder treft mij nog harder. Elke dag opnieuw vraag ik mij af of ik dit trauma ooit kan verwerken."

Afscheidsbrief

Een paar dagen na het overlijdensbericht ging Mortier naar het huis van zijn moeder. Om op te ruimen en orde te brengen in alle persoonlijke bezittingen. Hij vond iets wat hem alleen nog onrustiger maakte. "In haar slaapkamer lag een ontwerp voor een afscheidsbrief. Daarin zegt ze dat ze een band had willen opbouwen met mijn drie kinderen. Het deed haar verdriet, schreef ze, dat ze hen niet zou kunnen zien opgroeien."

De brief riep vragen op, die vandaag nog nazinderen. "Ik vraag me af of je zo iemand, die lijdt aan hysterische stemmingswisselingen, een spuitje moet geven. Beschikte zij nog over een vrije wil? Ze heeft heel haar leven met haar erge ziekte kunnen omgaan. Toen ik met de arts sprak, zei hij absoluut zeker te zijn dat mijn moeder niet meer wilde leven, maar hoe kun je zoiets zeker weten?"

Het Uitklaring Levenseindevragen-Team van het UZ Brussel kan vanwege het medisch beroepsgeheim geen commentaar geven op de zaak-De Troyer. Wel geeft het aan alles eraan te doen om familie te betrekken bij de euthanasie van een patiënt. "Wij stimuleren patiënten om contact op te nemen, ook bij disfunctionele gezinnen", zegt psychiater Lieve Thienpont. Zij werkt als consulent voor het ULTeam. "Meestal lukt dat ook. Negen op de tien patiënten zijn omringd door naasten."

Maar het lukt dus niet altijd. Sommige mensen willen, door verstoorde familierelaties, het contact niet herstellen. Thienpont: "In zulke gevallen proberen wij erachter te komen waarom, maar op een gegeven moment houdt het op en zijn wij verplicht om de wens van de patiënt te respecteren. Het is begrijpelijk dat nabestaanden het daar moeilijk mee hebben, maar wij kunnen er helaas niets meer aan doen."

Dat de Belgische euthanasiewet daardoor soms naasten in een onverwacht rouwproces stort, is een pijnlijk neveneffect. "Wat mij betreft hoeft de wetgeving op dat vlak niet te worden herbekeken", verklaart Thienpont. "Het is altijd wenselijk dat de familie wordt ingelicht, maar de autonomie van het individu dat euthanasie aanvraagt moet worden gerespecteerd."