Direct naar artikelinhoud

'Tijd dat critici van boeken eensrecensie krijgen'

Hij heeft geen echte boekrecensie verbrand, bezweert uitgever Harold Polis. De suggestie was niettemin voldoende om letterenland te doen ontbranden.

Een boekpresentatie haalt zelden het nieuws. Tot nu. Zaterdagavond werd in De Studio in Antwerpen de eerste roman van Maarten Inghels gepresenteerd, De handel in emotionele goederen. Wat die avond nog gewoon een feestje voor familie en voor vrienden was, werd kort daarna een brandje dat geblust moest worden. Letterlijk en figuurlijk.

Uitgever Harold Polis stak er namelijk 'een kutrecensie in brand'. Althans, zo staat het op de Facebookpagina van uitgeverij De Bezige Bij Antwerpen. De waarheid is iets genuanceerder. Maar eerst: wat voorafging. Inghels' boek was in de krant De Standaard erg negatief onthaald. "Het is een oppervlakkig aantikken van clichés", zo klonk het daar. En als slotzin: "Voor deze combinatie bestaat een adjectief: puberaal."

Dat pikte uitgever Harold Polis niet. En dus stak hij zaterdagavond in De Studio een stuk papier in brand, met de woorden: "Eerst de boze geesten uitdrijven. Maarten zal mij wel begrijpen." Maar, zegt Polis, dat was niet de recensie. Het was gewoon een papiertje dat in zijn broek zat. "Ik heb geen krant in brand gestoken. Ik heb wel een suggestie gewekt, op een podium, in een theatrale context. Mijn actie had dus een symbolische dimensie. Maar ik heb geen enkele wet overtreden."

Polis was erg ongelukkig met die negatieve recensie, zegt hij. Maar negatieve kritiek krijgen, hoort dat er niet bij als je een boek uitbrengt? "Dit stuk was heel duidelijk persoonlijk gericht. Dit was niet meer op de bal spelen, maar op de man. Iedereen mag schrijven wat hij wil, maar dan mag ik ook boze geesten verdrijven."

En nee, dit was geen promostunt, verzekert de uitgever. "Tot vijf minuten voor ik op het podium stapte, wist ik nog niet eens of ik het ging doen. Dat ik het ook gewoon had kunnen laten passeren? Mevrouw, ik laat al zo veel passeren. Kijk, de persvrijheid is absoluut, maar ik heb ook de vrijheid om een gevoel te hebben bij de dingen die verschijnen. Een boek dat goed is, dat mag ik als uitgever toch verdedigen op een speelse manier?"

Nu is het maar de vraag of 'speels' het juiste woord is. Associaties met de boekverbrandingen uit de jaren dertig door de nazi's zijn niet ver weg, zo bleek uit reacties op Facebook en Twitter. Toen schrijfster Ann De Craemer, ook op Facebook, haar steun voor de actie uitsprak, reageerde zelfs CD&V-minister Steven Vanackere: "Men begint met het verbranden van boeken, en men eindigt met het verbranden van mensen (Heinrich Heine)."

De auteur zelf, Maarten Inghels, trekt er zich niet al te veel van aan, zegt hij. "Het optreden van Harold heeft hooguit vijf seconden geduurd. Het was een ludieke actie, een vette knipoog. Dat dit doet denken aan boekverbrandingen is te gek voor woorden. Het was gewoon een fijne avond zaterdag, en die actie van Harold was een fait divers waar verder niemand over sprak die avond."

Dat dit nu nieuws is, daar schrikt hij van. Of hij blij is met de aandacht? "Ik had liever een mooi stuk gehad over mijn roman in plaats van een artikel over wat er op die boekpresentatie is gebeurd. Kijk, ik heb een goed boek geschreven. En ik kan best overweg met kritiek, dit is tenslotte al mijn derde boek. Dat iemand dit geen goed boek vindt, dat kan, maar dat stukje uit De Standaard was nauwelijks een recensie te noemen. Gekwetst ben ik dus niet. Meer zelfs, ik heb er drie dagen om gelachen."

'Als een boek nergens op lijkt, zwijg er dan toch gewoon over.' Dat kreeg Harold Polis ooit te horen van de hoofdredacteur toen hij nog als literatuurcriticus werkte voor de krant. Is dat de literatuurkritiek die Polis wenst? "De strengste straf die je een auteur kunt geven, is zijn of haar boek doodzwijgen. In elk geval: iemand die de moed of ambitie heeft om te schrijven, moet niet gespaard worden. Maar je moet hem of haar wel correct aanpakken, niet afknallen met een bazooka. Als dat toch gebeurt, reageer ik op een even overdreven, maar symbolische manier."

Schrijfster Ann De Craemer, die onlangs De seingever uitbracht bij De Bezige Bij, begrijpt dat sommigen moeite hebben met de manier waarop Polis zijn kritiek heeft geuit, maar ze vindt het wel goed dat hij een punt heeft gemaakt over de literaire kritiek. "Er is een gouden regel dat je altijd moet zwijgen over slechte recensies, zeker als je voelt dat bepaalde kritiek kort door de bocht is. Maar veel auteurs hebben het moeilijk met die regel. In die zin heeft Polis misschien iets hardop gezegd wat veel auteurs niet publiekelijk durven te zeggen." Literatuurkritiek is een heilig huisje waaraan vandaag nog steeds niet mag worden geraakt, zegt De Craemer. "Maar misschien moet het werk van recensenten ook eens gerecenseerd worden."