'Lance Armstrong was actief lid van dopingnetwerk'
Amstrong was actief lid van een dopingnetwerk dat verboden middelen verstrekte, toediende, propageerde, verhandelde en trachtte te verbergen, onder meer door renners te intimideren. Armstrong gebruikte zelf jarenlang doping. Dat staat in een aanklacht van het Amerikaanse antidopingagentschap USADA.
De aanklacht is gebaseerd op getuigenissen van meer dan tien (oud-)renners en werknemers van wielerploegen. Zij hebben zelf waargenomen dat Armstrong doping gebruikte, of hem horen verklaren dat hij verboden middelen tot zich nam.
Armstrong heeft volgens de getuigen tussen 1998 en 2005 een reeks middelen of dopingmethoden gebruikt: epo, testosteron, cortisonen en bloedtransfusies. In 1996 gebruikte hij epo, testosteron en groeihormonen. Ook zou hij hebben toegegeven dat een positieve test uit 2001 in de doofpot is verdwenen. Volgens het USADA blijkt verder uit de bloedprofielen van Armstrong, op basis van bloedtests uit 2009 en 2010, dat de Texaan zijn bloed heeft gemanipuleerd met epo of bloedtransfusies.
Armstrong ontkent de beschuldigingen. "Ik heb nooit doping gebruikt, in tegenstelling tot veel van de mensen die mij beschuldigen", schreef hij in een persverklaring. "Ik heb meer dan 500 dopingtests doorstaan en ben nooit positief bevonden." Volgens de oud-renner zijn de aantijgingen van het USADA "gedreven door wrok".
Als Armstrong schuldig wordt bevonden, kan hij zijn zeven Tourzeges kwijtraken en voor het leven worden geschorst. Vanwege de aanklacht is hij per direct uitgesloten van deelname aan triatlonwedstrijden, een sport die hij fanatiek beoefent sinds hij is gestopt met wielrennen. Hij was van plan over tien dagen mee te doen aan de Iron Man van Nice.
Armstrong is niet de enige persoon die in de aanklacht wordt genoemd. De andere leden van het vermeende dopingnetwerk zijn ploegleider Johan Bruyneel, de omstreden Italiaanse arts Michele Ferrari, de Spaanse fysiotherapeut Jose Pepe Marti en twee Spaanse wielerartsen. Pedro Celaya is de huidige arts van RadioShack en voorheen verbonden aan US Postal en Discovery. Luis Garcia del Moral was verbonden aan US Postal. Het is nog onduidelijk of Bruyneel vanwege de aanklacht zijn werkzaamheden als manager van RadioShack kan voortzetten. Daarover beslist de internationale wielrenunie UCI.
Volgens het USADA hebben alle aangezochte Amerikaanse renners "volledig en eerlijk" gesproken over hun gebruik en kennis van doping. De namen van de getuigen zijn niet vrijgegeven. Eerder hebben oud-renners als Floyd Landis en Tyler Hamilton al beschuldigingen geuit. Armstrong wilde niet meewerken met het onderzoek.
Uit de getuigenissen is gebleken dat systematisch en gecontroleerd aan doping werd gedaan. Bij US Postal en Discovery Channel ontwikkelden Bruyneel en de artsen tussen 1998 en 2007 trainingsschema's waarbij van epogebruik werd uitgegaan. Renners werden geïnstrueerd over het gebruik. Armstrong gebruikte het verboden middel ook en verstrekte het persoonlijk aan andere renners.
Voor epo werden codenamen gebruikt zoals 'E', 'Po', 'Edgar' en 'Edgar Allen Poe'. Na de invoering van de epodopingtest, in 2000, kregen de renners uitgelegd hoe ze positieve tests konden vermijden, bijvoorbeeld door kleine doses te nemen, zoutoplossingen te injecteren, of de epo rechtstreeks in de ader te injecteren.
Bloedtransfusies werden ook tussen 1998 en 2007 gebruikt. Meerdere renners beweren dat ze hebben gezien dat Armstrong zijn eerder afgenomen bloed opnieuw injecteerde, ook tijdens de Tour.
Ook testosteron, een spierversterker, werd gebruikt in dezelfde periode. Dokter Ferrari had een speciale mix gemaakt bestaande uit testosteron en olijfolie, die kon worden gegeten of gedronken. De renners spraken onderling over 'de olie'. Testosteron werd ook gebruikt in de vorm van pillen, pleisters of injecties. Daarnaast werden groeihormonen en cortisonen gebruikt, evenals camouflagemiddelen.
Volgens het USADA had het dopingnetwerk meerdere doelstellingen: betere prestaties, hogere inkomsten en meer prestige voor de ploegen, de renners, de werknemers en de sponsors. Het was gemeengoed om antidopingautoriteiten te misleiden met leugens en valse verklaringen onder ede. Getuigen zijn zwart gemaakt en geïntimideerd.
Het USADA heeft volgens de antidopingregels het recht Armstrong en co. aan te klagen, ook al zijn er geen positieve dopingtests. De organisatie stelt dat ook vergrijpen ouder dan acht jaar - de limiet volgens de code van het WADA - in overweging worden genomen, vanwege de ernst van de overtredingen. Naar verwachting zal een panel onafhankelijke arbiters vanaf november hoorzittingen organiseren.